Hoewel er wel belangwekkende gebeurtenissen waren op het politieke vlak, zoals de aanvullende verklaring inzake het verdrag met Oekraïne en de positieve prognose van het CPB, zien we deze week geen verschuivingen in politieke voorkeur. Je zou kunnen zeggen dat wat er gebeurt is deze week in de lijn van de verwachtingen van de kiezers lag. We zullen daar verderop in ons verslag dieper op in gaan.
De laatste peiling van 2016 gebruiken we om een overzicht te geven van het verloop van de politieke voorkeur over 2016. (pdf) De dominante twee partijen in deze grafiek zijn PVV en VVD. Hoewel de patronen niet helemaal een spiegelbeeld van elkaar zijn, zien we duidelijk een relatie. Nadat aan het begin van het jaar de PVV meer dan 20 zetels voor lag op de VVD, was het verschil in oktober van dit jaar weggewerkt.
Sinds de verkiezing van Trump zien we het verschil weer duidelijk toenemen 50PLUS is dit jaar 7 gestegen en DENK staat nu op 3. Het CDA is dit jaar 6 zetels gezakt en de SP 4. Inmiddels staan er 6 (!) partijen tussen 10 en 14 zetels.
Ten aanzien van de aanvullende verklaring bij het verdrag tussen de EU en de Oekraïne zijn een aantal vragen gesteld. Die zijn uitgesplitst naar het stemgedrag tijdens het referendum.
Er is dus een grote verdeeldheid onder de Nederlanders ten aanzien van dit verdrag in relatie tot het referendum. Dat blijkt uit ook deze slotvraag wat het Parlement zou moeten doen.
Ook deze bovenstaande tabel laat zien hoe groot de scheiding is tussen twee groepen in de samenleving. En hoe ook deze kwestie alleen maar de scheiding tussen die groepen vergroot. Ook dit wijst op de sterke (electorale) confrontatie tijdens de verkiezingen tussen de VVD en de PVV, Rutte en Wilders.