De VN-veiligheidsraad heeft een resolutie aangenomen die de Israëlische nederzettingenbouw veroordeelt. Behalve dat het niet terecht is, is het een heel onverstandige stap. Waarom? Ik citeer drie belangrijke redenen:
Ten eerste zal het de standpunten van beide partijen slechts verharden.
Ten tweede zal het beide partijen daarmee alleen maar aanmoedigen om weg te blijven van vredesonderhandelingen.
Ten derde zal het tot een patroon leiden dat bij elke impasse de partijen opnieuw naar de VN Veiligheidsraad stappen.
Dit citaat is niet van een of andere rechtse Israëli maar van Susan Rice in 2011, destijds de Amerikaanse VN ambassadeur onder president Obama en nu zijn Nationale Veiligheidsadviseur. Zij zei dit toen in de VN een gelijksoortige resolutie werd voorgesteld, die door haar om bovengenoemde redenen met een veto tegengehouden werd. Bovenstaand zijn politieke argumenten waarom deze resolutie onverstandig is. Het bemoeilijkt het komen tot vredesonderhandelingen en dus tot vrede. Vrede kan alleen duurzaam zijn door wederzijdse overeenstemming als gevolg van directe onderhandelingen.
Er zijn ook nog andere argumenten, zoals juridische argumenten.
De resolutie is namelijk strijdig met de belangrijkste VN-resolutie die de VN-veiligheidsraad eerder heeft aangenomen, resolutie 242 (land voor vrede) uit 1967, waarop tot nu toe alle vredesonderhandelingen tussen de Arabieren en Israël gebaseerd zijn. Die zegt namelijk dat in ruil voor gedeeltelijke terugtrekking Israël recht heeft op erkenning, vrede en veilige grenzen – dus grenscorrecties. Dit mede omdat Israël de Westbank verkreeg in een verdedigingsoorlog, na de aanval van Jordanië (dat het gebied geannexeerd had) in 1967.
De resolutie is ook strijdig met het eerder gesloten Palestijns-Israëlische vredesverdrag (Oslo II), dat zegt dat Israël legitiem het zogenaamde gebied C van de Westbank bestuurt.
De resolutie ontkent tevens de legitieme rechten van Israël op (een gedeelte van) het gebied, zoals erkend in het unanieme besluit tot de oprichting van een Joods Nationaal Tehuis van de Volkerenbond in 1922, dat de VN heeft overgenomen en dat daarmee nog rechtsgeldig is.
Wat in de resolutie de grenzen van 1967 worden genoemd, zijn in feite de wapenstilstandslijnen van 1949, die geen enkele status hebben in het internationaal recht.
Bovendien werden vóór die wapenstilstand de Westbank en Oostelijk Jeruzalem – met daarin de eeuwenoude Joodse wijk van Jeruzalem, naast de Klaagmuur – etnisch gezuiverd van Joden door het Jordaanse leger. Er is uiteraard een enorm breed politiek draagvlak in Israël dat men nooit meer zal toestaan dat de eeuwenoude Joodse wijk en de Klaagmuur opnieuw etnisch gezuiverd zullen worden van Joden. Vandaar de woede van Israël en premier Netanyahu over deze resolutie.
Dat is nog afgezien van het feit dat deze resolutie de Palestijnse rol waarom er nog geen definitief vredesverdrag is negeert: de weigering tot rechtstreekse onderhandelingen, de weigering om Israël als Joodse staat te erkennen en de hand van de Palestijnse leiders (zowel van Fatah als Hamas) bij geweldverheerlijking en aanzetten tot Jodenhaat en terreur.
Het is ook strijdig met het Amerikaanse beleid. In 2004 erkende president Bush de logica om bevolkingscentra met een vrijwel volledig Joodse bevolking bij Israël te laten in een vredesregeling. Dat betreft slechts enkele procenten van de Westbank, waar dus vrijwel geen Arabier woont, dat zou dus ook geen probleem mogen zijn. Deze toezegging van president Bush was in ruil voor de volledige terugtrekking uit Gaza – die helaas ook daar geen Palestijnse vredelievendheid teweeg heeft gebracht. De toezegging werd ondersteund door besluiten van de Amerikaanse Senaat en Congres, met 97 procent van de stemmen van de parlementsleden.
President Obama staat nu dezelfde resolutie toe die hij vijf jaar geleden liet vetoën. En dit terwijl zijn presidentiële opvolger al gekozen is, iets wat tegen het Amerikaanse gewoonterecht ingaat. Beide feiten laten zien hoe hij kinderachtig wraak wil nemen op de aanstaande president Trump en op premier Netanyahu, vanwege diens verzet tegen de Iran-deal.
Het past in het beeld van een rampzalig Midden-Oosten beleid gedurende zijn presidentsperiode, waarbij moslimfundamentalisten gepaaid werden. De afschuwelijke gevolgen zijn nog elke dag zichtbaar: in Syrië, Iran, Jemen, Irak, Egypte, Libië en Turkije.
Om positief te eindigen: een zelfde soort eenzijdige resolutie werd in 1979 aangenomen onder het bewind van de eveneens Israël niet goed gezinde president Carter. Het effect in de afgelopen 37 jaar is nihil geweest.
Terwijl voor president Trump het waarschijnlijk een aanleiding zal vormen om zich nog steviger tegen dit rampzalige beleid van zijn voorganger af te zetten. Het effect zou daardoor wel eens negatiever voor de VN dan voor Israël kunnen zijn. Want er is nogmaals gebleken dat de VN als doorgeefluik fungeert van het machtsblok van de een derde aangesloten islamitische landen.
De aanstaande president Trump zal zich vermoedelijk weinig meer aan de VN gelegen laten liggen en de financiële steun aan zowel de Palestijnen als de VN zoveel mogelijk verminderen. Zoals hij als reactie in een tweet al liet weten: “Na 20 januari zal het er anders aan toe gaan bij de VN.”