Een bronzen beeldje van een jonge vrouw op blote voeten heeft een diplomatieke rel ontketend tussen Japan en Zuid-Korea. Japan roept zijn ambassadeur in Seoul tijdelijk terug naar huis uit verontwaardiging over het beeld, dat door activisten voor het Japanse consulaat in de stad Busan is neergezet. Het herdenkt de vele duizenden vrouwen die tijdens de Tweede Wereldoorlog tot seksslavin werden gemaakt door het Japanse leger.
De Japanse regering noemt het beeldje “extreem betreurenswaardig” en vindt het een schending van een eerdere afspraak. De landen sloten in 2015 een “definitieve en onomkeerbare overeenkomst” over de troostmeisjes, zoals de tot prostitutie gedwongen vrouwen vaak eufemistisch worden genoemd. Japan bood excuses aan en beloofde omgerekend 8 miljoen euro te betalen aan een fonds dat slachtoffers van weleer helpt. Veruit de meesten leven niet meer.
Het beeld in Busan is overigens niet het eerste of enige monument voor de Koreaanse slachtoffers. In de Zuid-Koreaanse hoofdstad Seoul staat sinds 2011 een groter soortgelijk beeld, pal voor de Japanse ambassade.
(ANP)