Nu de kruitdampen van wéér een agressieve oudejaarsnacht zijn opgetrokken, kunnen we de balans opmaken. Weer méér geweld tegen hulpverleners, politieagenten die geen vertrouwen meer hebben in de politiek en een landelijke overheid die opnieuw weigert in te grijpen. Hoog tijd dus om politieagenten en hulpverleners op lokaal niveau bij te staan.
Tijdens oudejaarsnacht waren er in Amsterdam diverse geweldsincidenten tegen blussende brandweerlieden. In Den Haag werd de ME bekogeld met stenen en vuurwerk toen zij op het Kaapseplein een afzetlint aanbrachten om te voorkomen dat mensen de plaats zouden betreden, waar de inmiddels overleden agent Mario eerste hulp kreeg aangeboden. Landelijk gezien was er deze jaarwisseling 79 keer sprake van geweld tegen een agent. Ook het geweld tegen andere hulpverleners, zoals brandweerlieden, ambulancepersoneel en beveiligers nam toe. En de landelijke politiek? Een kansloos tweetje van de minister van Veiligheid Ard van der Steur, met daarbij een woordvoerder die stelde dat er ‘geen nieuwe maatregelen‘ in de maak zijn om geweld tegen hulpverleners in te dammen. Hoe anders is de klip-en-klare boodschap van de politievakbond ACP, die van een minister verwacht dat hij meer doet tegen geweld.
Je kunt bij de patstelling tussen de wensen van de ACP en de landelijke politiek als lokale politiek twee dingen doen; aan de kant blijven staan of zelf met voorstellen komen. Groep de Mos in Den Haag en de Partij van de Ouderen in Amsterdam kiezen voor het laatste. Wij willen dat raddraaiers die geweld gebruiken tegen politieagenten en hulpverleners, naast de straffen die rechters opleggen, worden ‘getrakteerd’ op lokale sancties. Waar mogelijk moet de bijstand van daders worden gekort en bij recidive volledig worden ingetrokken. In geval van minderjarige relschoppers moet dit gebeuren bij de verantwoordelijke ouders. Alleen door toe te slaan op de plek die mensen het meest voelen – de portemonnee – kun je het alsmaar toenemende wangedrag een halt toe roepen. Bij tuig van de richel moet niet geschroomd worden om andere lokale maatregelen te treffen, zoals het niet toekennen van een (sociale) huurwoning, het intrekken van andere gemeentelijke uitkeringen, zoals tegemoetkomingen in zorgkosten, het intrekken van kortingspassen, parkeervergunningen en dergelijke.
Voor minderjarigen die met hun gedrag tijdens Oud en Nieuw of op andere dagen hele wijken ontwrichten, hebben we heropvoedingskampen in de aanbieding. In een gedisciplineerde omgeving worden zo de waarden en normen van onze samenleving met de paplepel ingegoten bij jeugdigen die de boel terroriseren en die het werken van hulpverleners onmogelijk maakt. Het doel moet zijn dat jongeren structuur en sociale vaardigheden krijgen bijgebracht om te kunnen functioneren in onze maatschappij. Ouders die hun kroos niet in toom kunnen houden moeten hierbij worden betrokken.
Tijdens de jaarwisselingen en bij groepen jongeren die hele wijken, zoals de Banne in Amsterdam, terroriseren, zou standaard gewerkt moeten worden met het ‘Je was erbij, je bent erbij’-principe. Hiermee kunnen jeugdbendes of andersoortig reltuig in groepsverband aangepakt worden. Straatboefjes die stelselmatig bezig zijn met treiteren, belagen en terroriseren verdienen een onorthodoxe aanpak. Een aanpak die bovendien hun enige redding kan zijn bij hun veelal snelle carrière tot crimineel.
En last but not least, omarm de wens van de politie om gebruik te maken van stroomstootwapens en bodycams. Politievakbond ANVP pleitte al eerder voor de invoering van de taser, een wapen dat zij zien als ideale geweldsmiddel tussen de stok en het vuurwapen. Met de taser zouden agenten kwaadwillenden binnen zeven tot acht seconden plat kunnen leggen. Bovendien zou het ervoor zorgen dat agenten minder snel hun wapen trekken. De bodycam smoort meteen de discussie over etnisch profileren in de kiem, omdat zowel het handelen van de agent als van de omstanders wordt vastgelegd. Neem als grote steden het voortouw bij het faciliteren van agenten met deze hulpmiddelen en wacht daarbij niet tot de volgende jaarwisseling.
