Een visser zit rustig met zijn hengel aan de oever van een grote rivier. Op het einde van dag hoopt hij zijn kostje verdiend te hebben. Een voorbijganger maakt met hem een praatje en vraagt waarom hij niet met een net vist. Op de vraag van de visser waarom hij met een net zou moeten vissen, antwoordt de voorbijganger: “Dan kan je veel meer vissen vangen en als je geld genoeg hebt verdiend, kan je een bootje kopen”.
“Waarom zou ik dat doen?”, vraagt de visser.
“Dan kun je naar visrijke wateren varen en nog meer verdienen. Na enige tijd zul je een hele grote boot kunnen kopen”.
“Waarom zou ik dat doen?”, herhaalt de visser.
“Dan kan je heel veel geld verdienen en na enkele jaren kan je rentenieren”.
“Waarom zou ik dat doen?”
“Wel dan kan je genieten van de opbrengst van jouw kapitaal en kan je rustig gaan hengelen”.
“Dat doe ik nu al”, antwoordde de visser.
De visser staat voor de gewone man. De voorbijganger is de kosmopoliet. Zogenaamde populistische politici staan achter de visser. De traditionele partijen staan achter de voorbijganger. Deze laatsten zeggen dat de visser die genoegen neemt met hengelen een luiaard is. De rijke die uit genoegen zit te hengelen heeft het volgens hen verdiend.
Het begrip populisme heeft iets beschuldigend en minachtend. Dit is onterecht. We kunnen populisme beter positief definiëren als opkomen voor de gewone man, voor het goede leven en voor het behoud van tradities en de eigen identiteit. De gewone mensen zijn terecht ongerust over wat de kosmopolieten en de hen steunende gevestigde politieke partijen hebben aangericht en nog aanrichten. Die laatste partijen kijken vooral naar de toekomst. In die toekomst moeten we nog rijker zijn en nog machtiger. De gewone man voelt zich daardoor bedreigd. De gewone man kijkt naar het verleden, houdt van zijn tradities, hij wil bewaren wat goed is. Dit verlangen van de gewone man is absoluut legitiem. De elite kijkt echter minachtend naar het volk en verwijt hen ongeloofwaardige populistische politici achterna te lopen.
Een sprekend voorbeeld van de tegenstelling tussen de gewone mensen en de van hen vervreemde politici is de enorme schade die het dogma van de economische groei teweegbrengt. Wij verbruiken op dit moment vijf planeten, maar we hebben er maar één. Die hele grote boot wordt een Titanic. De havenmeesters van Rotterdam en Antwerpen melden elk jaar met trots dat het aantal containers weer met honderdduizenden is toegenomen. Wat niet wordt gezegd is dat de meeste containers volgestouwd zijn met nutteloze kitsch uit China. Onlangs spoelde een deel van die plastic rotzooi aan op het strand van het Duitse Waddeneiland Langeoog.
Een ander, nog dramatischer voorbeeld, is de massa-immigratie van mensen uit andere culturen. Dit is goed voor de economie, zeggen de zelfverzekerde politici. Het zal wel, maar moeten we de huidige economie zomaar verder zetten? Die immigratie is niet alleen een drama voor de gewone man die zijn oude volksbuurten moest ontvluchten. Ook de immigranten zelf zouden gelukkiger zijn indien zij in de landen van herkomst in menswaardige omstandigheden kunnen leven, tussen de mensen met wie ze een cultuur, een religie en een geschiedenis delen. Dan zouden ze geen last hebben van discriminatie. Dan zouden ze trots zijn op wat ze zelf verwezenlijkt hebben.
Ik zou hieruit durven te concluderen dat de ’populistische’ politici uiteindelijk een veel humaner beleid zullen voeren dan de gevestigde partijen die de wereld naar de Apocalyps leiden. Politici als Geert Wilders zullen bereiken dat de moslims zelf hun verantwoordelijkheid opnemen voor de vrede en de welvaart in de landen van herkomst. Wilders kan ‘populist’ best als geuzennaam aannemen.
De conflictueuze tegenstelling tussen populisme en de gevestigde politiek wordt op Europees niveau versterkt door de heilloze constructie van de Europese Unie. De gewone man herkent zich helemaal niet in het Europa dat vanuit Brussel wordt geleid. Het is een wereld van procedures en bureaucratie. Zeer bemoedigend voor al wie gelooft in de kracht van de gewone man, was de Engelse boerin die het had over de gevolgen van de Brexit. Voor de tv-camera verklaarde ze dat Brexit voor haar betekent dat ze jaarlijks 25.000 euro EU-subsidie zal verliezen. Dat nam ze er echter graag bij, als ze maar verlost is van de bemoeizucht van een anonieme macht. Die boerin is als de visser die de voorkeur geeft aan het gewone leven dat hij zelf in handen heeft.
Traditioneel gezien is de politiek gericht op de toekomst. Die toekomst is nu erg onzeker geworden. Alleen bij een gestoorde vorm van verdringing ziet men niet in dat we zo niet lang meer kunnen doorgaan. Hoe veel meer natuur moet er nog vernield worden? Hoe vuiler moet de lucht nog worden? Hoe groot moet het verschil tussen rijk en arm en tussen de ontwikkelde en onderontwikkelde wereld nog worden?
De gewone man vergeet het verleden niet. Hij koestert zijn tradities. Hij bouwt voort op de wijsheid van de vorige generaties. In de gewone man leeft onze beschaving verder. Politici als Geert Wilders die opkomen voor de rechten van de gewone man staan daarom borg voor de voortzetting van onze beschaving.
De kosmopoliet breekt oude, waardevolle monumenten af en bouwt een parkeergarage in de plaats. Leve de ’vooruitgang’!. De politici bouwen op zee windmolenparken die de horizon voor de strandwandelaar vervuilen. Door hun beleid zullen de toekomstige generaties heel veel moois ontberen.