Partijen kunnen na de komende Tweede Kamerverkiezingen waarschijnlijk geen zogeheten lijstverbindingen meer aangaan. De Tweede Kamer besloot dinsdag zo’n krachtenbundeling, die een extra zetel kan opleveren, niet langer toe te staan. De Eerste Kamer moet zich nog wel over het wetsvoorstel uitspreken.
Partijen krijgen sowieso de zetels die ze helemaal zelf in de wacht hebben gesleept bij verkiezingen voor de Tweede Kamer, Provinciale Staten, gemeenteraad of Europees Parlement. De zetels die overblijven, de zogeheten restzetels, vallen toe aan de partijen die per behaalde volle zetel de meeste ‘reststemmen’ overhouden. Omdat dat systeem in het voordeel van grote partijen werkt is het slim een lijstverbinding aan te gaan. Zo’n partijencombinatie maakt meer kans op een restzetel.
De VVD wilde van de mogelijkheid van lijstcombinaties af omdat een stem dan kan terechtkomen bij een andere partij dan de kiezer bedoelde. Tegenstanders als de PvdA en de christelijke partijen houden vol dat zo’n stem beter een geestverwante partij ten goede kan komen, dan dat een heel andere partij er profijt van trekt. Ook minister Ronald Plasterk (Binnenlandse Zaken) wilde er eigenlijk niet aan, maar zwichtte voor de Kamermeerderheid.
Bij de Tweede Kamerverkiezingen van 15 maart mogen lijstverbindingen nog wel. PvdA en GroenLinks en ChristenUnie en SGP gaan samen die verkiezingen in.
De ChristenUnie en de SGP, die al meermaals profiteerden van hun lijstverbinding, deden nog een poging de pil te verzachten. Ze stelden een andere verdeling voor, die kleine en grote partijen gelijk behandelt. Maar de meerderheid van de Kamer voelde daar niets voor.
Anp