Opinie

‘Groene liberalen verspillen hun stem bij de VVD’

12-02-2017 14:33

Op 8 februari schreef NRC Next over VVD-ers die zich hard hebben gemaakt voor duurzame toevoegingen aan het VVD verkiezingsprogramma. Zij zijn teleurgesteld in de verwaterde vorm waarin hun ideeën, die door het partijcongres zijn overgenomen, verwerkt zijn. De steun voor het klimaatverdrag van Parijs zou nog te omfloerst zijn en het is te weinig specifiek over duurzame energie. Het programma bekijkend zie ik mooie woorden, maar vooral veel ruimte om weinig tot niets te doen. Op basis van het recente verleden neem ik aan dat dit laatste ook de bedoeling is. Een geval van A zeggen en B blijven doen.

Groene economie is big business

De afgelopen jaren heeft Nederland onder VVD-aanvoering al veel kansen laten liggen om voorop te lopen in één van de grootste groeisectoren van de wereldwijde economie. Groene economie is namelijk big business. De wereld van windenergie, zonne-energie, elektrisch vervoer, duurzame voeding, circulaire mode enzovoort draait al lang niet meer alleen om groene idealen, maar ook om harde euro’s en echte banen. En net als alle nieuwe industrieën hebben deze investeringen, innovatie, ruimte, maar ook een voorop lopende overheid nodig.

Gelukkig zijn er in Nederland veel ondernemers en bedrijven die de groene kansen zien en grijpen. Maar ze vonden in de opeenvolgende kabinetten Rutte eerder een tegen- dan een medestander. Geleid door een premier die roept dat windmolens op subsidie draaien en met VVD-Kamerleden als Leegte en Nepperus die tot een paar jaar geleden aan de handrem van klimaatscepsis hingen. Zij legden zich toe op het opblazen van wetenschappelijke randdiscussies over het klimaat om maar vooral niets, of met hangen en wurgen het minimale, te doen. De afgelopen jaren is er gelukkig wel wat bereikt, maar vooral op initiatief van de constructieve oppositie, gevolgd door steun van de coalitiegenoot PvdA.

Klimaatontkenners vs optimisten

Met deze lijn koos de VVD er de afgelopen jaren voor om dicht tegen de klimaatontkenners van de PVV aan te schuiven in plaats van bij de groene liberale optimisten van D66. Ik vrees dat op het gebied van duurzaamheid en groene kansen, net als op veel andere onderwerpen, de VVD de komende jaren voor deze PVV-light lijn blijft kiezen. Nu hoeft u dat niet alleen van mij aan te nemen. Op 16 februari zullen het Centraal Planbureau (CPB) en het Plan Bureau voor de Leefomgeving (PBL) een heldere beoordeling van de echte plannen van de partijen geven. Net als de meeste andere partijen heeft de VVD concrete plannen voor bijvoorbeeld duurzame energie, kolencentrales en vergroening van het belastingstelsel in moeten leveren. We zullen dan zien of de vrijblijvende mooie woorden in het verkiezingsprogramma of de daadwerkelijke acties van de afgelopen jaren de richting voor de komende jaren aangeven. Kijk bijvoorbeeld op 16 februari naar de CO2 reductie die de VVD realiseert – een reductie van 55 procent is nodig om Nederland te houden aan Parijs. En kijk naar de impact op biodiversiteit in Nederland, waar herstel broodnodig is. Ik verwacht dat de VVD-resultaten sterk tekort zullen schieten.

Het is goed te zien dat er VVD-ers zijn die proberen iets van de partij van Winsemius en Nijpels terug te brengen. Vooralsnog is er echter bij de VVD geen sprake van een ‘groen liberale’ agenda. Liberale kiezers die echt om duurzaamheid geven moeten hun stem niet verspillen aan deze VVD.