In hoger beroep heeft het Openbaar Ministerie opnieuw acht jaar onvoorwaardelijke cel en tbs met dwangverpleging geëist tegen Bart van Urk voor het doden van politica Els Borst en zijn zus Loïs. Daarbovenop eiste het OM ook nog zes maanden cel voor verboden wapenbezit.
In eerste aanleg kreeg Van Urk tbs met dwangverpleging opgelegd. Het Openbaar Ministerie had ook toen acht jaar celstraf geëist en ging in daarom bij het gerechtshof in Den Haag in beroep tegen de uitspraak van de rechtbank in Rotterdam vorig jaar.
Van Urk (40) heeft eerder bekend politica Borst in 2014 en zus Loïs een jaar later met tientallen messteken om het leven te hebben gebracht. Hij zou in een chronische psychose verkeren. De vraag waar het om draait in de behandeling in hoger beroep is daarom in hoeverre hij verantwoordelijk gehouden kan worden voor zijn daden. De Rotterdamse rechtbank vond van niet, het OM is van mening dat Van Urk weliswaar “sterk verminderd toerekeningsvatbaar is”, maar niet volledig.
Van Urk hoorde de eis uiterlijk onbewogen aan. Net als afgelopen woensdag zat hij onophoudelijk met zijn benen te trillen. Tijdens die zitting herhaalde hij zijn motief om Borst te doden: hij had een “goddelijke opdracht” op zijn zevende jaar gekregen om degene te doden die verantwoordelijk was voor het euthanasiebeleid in Nederland. Zijn zus Loïs, met wie hij samenwoonde, moest dood omdat ze hem in zijn optiek pestte.
Anp