De Franse Revolutie is een van de meest veelbewogen periodes uit niet alleen de Franse geschiedenis, maar ook uit de geschiedenis van Europa. Het is een periode die al vele malen beschreven is, zowel in de geschiedenisboeken als in romans en beeldende kunst. Nu is er dan ook het stripboek van de Belgische stripmaker Bernar Yslaire en de Franse schrijver Jean-Claude Carrière.
De strip is onderdeel van de reeks Un Autre Regard, waarin telkens een andere stripmaker door het Museé du Louvre wordt gevraagd of zijn of haar visie op het Louvre te geven. De kunstenaars wordt daarbij alle vrijheid gegund in hun uitwerking van de strip, waardoor telkens weer unieke perspectieven op het museum ontstaan.
Yslaire en Carrière zijn erin geslaagd om het verhaal van de Franse Revolutie op een vernieuwde manier te brengen, die de lezer echt de geschiedenis in trekt. Het stripboek brengt de beweging die de Revolutie maakte van idealisme naar terreur op indringende wijze in beeld, door middel van de relatie tussen Jules Stern en de schilder David. De verhouding tussen deze twee personages is één van de kernelementen in het verhaal. De jonge Jules komt in contact met David, omdat hij op zoek is naar zijn moeder. Later gaat hij voor hem werken als model, wanneer David in opdracht van Robespierre werkt aan twee verschillende doeken.
Jules staat zoals gezegd model voor David, niet alleen in de letterlijke betekenis van het woord, maar ook in de figuurlijke. Bij hun allereerste ontmoeting waarschuwt hij David al dat de revolutie haar kinderen zal komen opeten en dit blijkt uiteindelijk niets minder dan de waarheid, zowel in het stripboek als in het verloop van de geschiedenis.
De plaats waar veel van de actie plaatsvindt is het Louvre, het museum dat door de revolutionairen is geschapen uit een paleis. De achterliggende gedachte was dat kunst voor het volk is, niet uitsluitend voor de elite. In die zin hebben we de revolutionairen van toen ook nu nog veel te danken. David heeft zijn ateliers in het Louvre en veel van de interactie tussen hem en Jules vindt daar dan ook plaats. Het is een plaats waar artistieke virtuositeit wordt bereikt, maar waar ook gepassioneerde en verhitte discussies gevoerd worden tussen deze twee hoofdpersonen. In het Louvre kan dat, lijken de stripmakers te willen suggereren.
Het verhaal verloopt op een ontzettend natuurlijke wijze, waarbij nergens de indruk wordt gewekt dat er slechts historische feitjes worden afgedraaid of dat de strip ter ondersteuning dient van een historisch verslag. De striptekeningen die de dialoog en de tekstfragmenten begeleiden hebben daarin een belangrijke rol. Door de stijl die Yslaire gehanteerd heeft is bij iedere tekening direct duidelijk wat hoofd- en bijzaken zijn en heeft iedere tekening ook een eigen dynamiek, die het verhaal gaande houdt en als vanzelfsprekend vooruit stuwt, naar het onontkoombare einde toe.
Hoewel dat einde in de strip tot stand wordt gebracht door de terreur van de Franse Revolutie, leven de idealen van de revolutie nog altijd voort in de moderne westerse samenleving; dit boek brengt dat prachtig in kaart.
Bernar Yslaire & Jean-Claude Carrière – De hemel boven het Louvre. Vertaald door Toon Dohmen. Uitgeverij Zet.El, Bilthoven. 72 blz. €21,95.