Het Informatiepunt Detentieverloop (IDV) van het Openbaar Ministerie heeft vorig jaar 43 keer verontschuldigingen gemaakt aan slachtoffers van zware misdrijven en nabestaanden, omdat zij te laat zijn ingelicht over vrijlating, ontsnapping of verlof van daders.
De cijfers schommelen door de jaren heen nogal, zo blijkt uit het overzicht over 2016 dat advocaat Sébas Diekstra verkreeg na een beroep op de Wet Openbaarheid van bestuur (Wob). In 2015 gebeurde het negentien keer dat slachtoffers van zware misdrijven en nabestaanden te laat in kennis werden gesteld. In 2014 ging het om 61 meldingen die te laat werden gedaan.
Diekstra, die zich onder meer bezighoudt met de rechten van slachtoffers en nabestaanden, stelt dat de problemen met het tijdig doen van meldingen al jaren bekend zijn. “Dat het nog altijd fout gaat, is werkelijk een schande”, vindt hij.
Volgens de regels moeten slachtoffers en nabestaanden minimaal een week van tevoren worden geïnformeerd. Die meldingen moeten een onverwachte confrontatie met de dader voorkomen. De informatieplicht geldt als de dader minimaal acht jaar cel of tbs heeft gekregen, of als de slachtoffers in de rechtszaal spreekrecht hebben gehad.
De cijfers worden bijgehouden sinds 2012. Toen waren er nog 265 te late meldingen.
Minister Stef Blok (Veiligheid en Justitie) kondigde in februari aan te onderzoeken hoe kan worden voorkomen dat slachtoffers en nabestaanden te laat worden ingelicht. Hij zei dat naar aanleiding van de excuses die vader Martin Huisman van ‘het meisje van Nulde’ kreeg omdat hij pas laat op de hoogte was gesteld van het verlof van tbs’er Mike J., de man die zijn dochter om het leven bracht.
Anp