Pussyhatfeminisme en de quasi-bewondering voor de islam. Deze twee uitgangspunten sluiten elkaar niet uit. Integendeel: op een bijzondere wijze weerhouden hedendaagse feministen zich van enige kritiek op deze gewelddadige religie. Maar naast de kritiekloze aanvaarding lijken feministen, en meer mensen waarvan je het op het eerste opzicht niet zou verwachten, zich goed te kunnen vinden in het islamitische ideaal. Dat klinkt behoorlijk tegenstrijdig, aangezien onderwerping (letterlijke betekenis van islam) en emancipatie niet bepaald hand in hand gaan.
Het geval waarbij uitgesproken doelen totaal niet overeenkomen met de uiteindelijke inhoud en handelingen lijkt steeds vaker voor te komen. Het constateren van dergelijke tegenstrijdigheden kun je simpelweg al doen door een middagje aapjes te kijken op het Malieveld. Een demonstratie voor tolerantie en vrede waarbij groepen met ongewenste opvattingen, eventueel met geweld, moeten verdwijnen. Diversiteitspredikers die ten diepste willen verplichten tot sentimentele eenheid en culturele gelijkheid. Moekes die tijdens een protest tegen haat voornamelijk de eigen rancune niet meer kunnen onderdrukken, et cetera. Maar ook bij feministen lijkt het niet te gaan om emancipatie maar om hoe je woke onderdrukkingsculturen kunt verdedigen.
Een gedachtekronkel van bevrijding naar zekerheid en houvast lijkt zich hier te voltrekken. Hoe verklaart deze dubieuze omslag zich? De islam biedt de moderne vrije mens zekerheid binnen de gemeenschap, duidelijke omgangsregels en een, in zekere zin, veilige kritiekloze cultuur (mits je je aan de regels houdt). Hier heeft waarheid geen prioriteit. Deze zekerheden binnen de islam kunnen voor weifelende en angstige mensen een toevluchtsoord zijn. Immers, duidelijkheid en zekerheid geven rust. Vrijheid kost een mens veel meer moeite; twijfel en verdeeldheid vragen om verantwoordelijkheid en inspanning. Feministes die zich aangetrokken voelen tot een dominante mannencultuur, het zou grappig zijn als het niet zo treurig was.
Ondanks de vele verontrustende berichten van moslima’s die de Nederlandse media bereiken, blijven feministen roepen dat de hoofddoek ‘een keuze’ is. Het is toonloze pedanterie om de westerse keuzevrijheid loos te projecteren op moslima’s in islamitische gemeenschappen. Waar dergelijke lieden vanzelfsprekend uit gaan van keuzevrijheid, roepen zij tegelijkertijd dat behoud van deze westerse waarden niks is. Daarnaast gaan de discussies hoofdzakelijk over het ideaal van intersectionele feministen in plaats van de feitelijke gebeurtenissen die zich om de hoek van de straat voltrekken.
De ambivalentie van het feminisme is daarmee haar doel meer dan voorbij geschoten. Wellicht dat een cultuur van zekerheid en fanatisme aantrekkelijk is omdat het enige soelaas kan bieden aan het cultuurnihilisme? Maar de gevolgen van onvrijheid zijn allesbehalve plezierig en vrouwen die hier slachtoffer van zijn dienen beschermd te worden.
En zo protesteren duizenden vrouwen door het breien van pussyhats en het uitdragen van een hippe identiteit. Omdat we heel erg open staan voor iedereen, maar dan moet je wel leuk meedoen. Waar de Kaviaars en Dekkers naast fatsoen voor demonstreren weet eigenlijk niemand. Jezelf pacifist en feminist noemen om een wending te kunnen geven aan je identiteitscrisis is kennelijk voldoende.