“Globalisering afschaffen kan niet, maar haar beschaven kan wel”, zegt Pascal Lamy (1947) in een interview. Lamy is oud-Eurocommissaris Handel (1999-2004) en Directeur-Generaal van de WTO (2005-2013). Hij was kabinetschef van Jacques Delors van de Europese Commissie. Lamy kijkt terug op 60 jaar Europese integratie en stelt het volgende.
Lamy weet goed de vinger op de zere plek te leggen, maar zijn oplossingen zijn zo tekenend voor de stagnatie van het Europese project. Hij constateert dat na zestig jaar Europese integratie het dat desintegratie dreigt als we niet een volgende stap maken. Hij wil de bekende ‘sprong voorwaarts’ maken. Volgens Lamy moeten we ‘daaraan werken’: de maakbare samenleving. Lamy zou inmiddels beter moeten weten. Hij dient te rade te gaan bij de PvdA. Deze partij weet maar al te goed dat een maakbare samenleving niet bestaat.
De euro was het resultaat van ‘overconfidence’ en de gedachte dat de maakbare samenleving er wel omheen geplooid kon worden. Als Lamy constateert “Wij hebben de beschavingstraditie, wij zijn die traditie”, dan moet hij zich realiseren dat met ‘wij’ niet Europa bedoeld wordt, maar de traditie die is opgebouwd bij de afzonderlijke landen en regio’s. Een ‘Europse traditie’ as such bestaat immers niet.
Lamy wil dingen die burgers niet willen omdat ze ten langen leste geconstateerd hebben dat het niet werkt. Maak politici en burgers dan geen verwijten dat ze niet doorpakken. Dwing burgers niet ‘hun schouders’ er onder te zetten, ondanks dat Lamy zelf constateert dat burgers bij Europa geen geborgenheid, en ‘nestgeur’ ervaren. Dwang is uit den boze. Hoe kun je je schouders onder iets zetten, als je er niet achter staat? Iedere realiteitszin is Lamy vreemd. Het zorgt onnodig voor een gapende kloof. Praat niet tegen de trend in: waarom wil je iets dat Europese burgers niet willen, terwijl je dat nota bene zelf constateert.
De gedachte dat economen schadelijk zijn voor Europese integratie is ronduit schandelijk. It’s the economy stupid! De Europese integratie is een in basis economisch project. Door waarschuwingen van economen in de wind te slaan is door dromers als Lamy Europa in gevaar gekomen. Niet alleen Europa kan globalisering temmen en zeker niet op de wijze waarop Lamy c.s. het wil.
Geachte heer Lamy, de Europese Unie is volgens u een redder in de nood als u zegt dat in de vorming ervan een poging is gedaan tot vrede. Is dat echt zo? Lijkt me niet. U klinkt als een idealist met hoop op de komst van een Europese heilstaat. Adolf Hitler (1889-1945), een in Oostenrijk geboren Duitse politicus en de leider van de Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij, schijnt ook dat soort ideeën gehad te hebben. Dat is hem toen ook niet gelukt, geloof ik. De realiteit is zo anders. De EU rolt van de ene crisis naar de andere. De schuldencrisis is nog steeds niet opgelost, Griekenland is vrijwel failliet, de positie van Italië, Frankrijk en Portugal is penibel. Brexit. De Europese Centrale bank wordt door economen bekritiseerd, de Europese aanpak van de vluchtelingencrisis is op een rampscenario uitgedraaid door de afschuwelijke dwangpositie waarin de EU is komen te verkeren door de Turkije-deal, Europa wordt overspoeld met Afrikanen.
Burgers zijn zich gaan realiseren hoe kwetsbaar de vrijheid van meningsuiting is door de komst van immigranten. Door de weigering onze eigen grenzen te verdedigen hebben we ons afhankelijk gemaakt van anderen. Onze positie wordt ondermijnd en dwingt tot principeloos beleid. De EU is bedoeld om de krachten te bundelen en samen sterk te zijn. Nu maken we samen ruzie en zijn we samen zwak, afhankelijk en onveilig. Laten we daar de ogen niet voor sluiten. Uw vrede duurt maar kort. Wat ons te doen staan is realiteitszin te betrachten. Dat betekent downscaling van de EU naar het haalbare. Dat betekent bevoegdheden teruggeven aan de natiestaten, wie sneller kan en wil integreren moet die vrijheid gelaten worden. In zijn afscheidsrede ‘Stability and Differentiation in the European Union’ zei prof dr Jaap de Zwaan “it is better to facilitate those who want to advance, instead of forcing the non-willing to cooperate”.