Er hangt iets in de lucht. Voel je het ook? Een onheilspellend relativisme, wat je de ziekte van onze tijd zou kunnen noemen, die ervoor zorgt dat ingrijpende gebeurtenissen met een schaaps soort schouderophalen terzijde worden geschoven, terwijl- heel bijzonder- betrekkelijk onbeduidende zaken een onevenredige hoeveelheid stof doen opwaaien.
Je kunt natuurlijk tegenwerpen dat de termen ingrijpend en onbeduidend wat lukraak aandoen in dit verband, maar mon dieux! wat een infernale ellende, dat nieuwsberichten over voortschrijdende islamisering bijvoorbeeld worden weggewuifd als incidenteel en overtrokken, terwijl Trump menig millenniaal donshaartje doet opstuiven, waarbij onmiddellijk moet worden opgemerkt dat die onevenredigheid in de beoordeling van de actualiteit niet uitsluitend aan de hologige millennial of anderszins om levenskracht verlegen subgroep kan worden toegeschreven. Sterker: leeftijd lijkt van geen enkele invloed op het al dan niet ontvankelijk zijn voor deze ziekte, net zo min als maatschappelijke status of politieke oriëntatie. De enige gemene deler lijkt te zijn: humor, of beter het gebrek daaraan, en een hoge tolerantie voor cognitieve dissonantie die we bijvoorbeeld nog wel eens waarnemen bij derdegolfsfeministische deugdroïds wanneer ze schande spreken van fatshamende barbiepoppen in de schappen, maar je glazig aankijken zodra je vrouwonvriendelijkheid binnen de islam ter sprake brengt. Dat werk.
Maar de wortels schieten, zoals altijd, dieper dan je op eerste oogopslag zou bevroeden. De aandiening waarop ik doel gaat gepaard met een diep ingesleten deugdrift, dat wil zeggen het tot elke prijs willen.. nee moeten deugen, ook als de eigen idealen of voor idealen gehouden opvattingen daarbij in het geding komen. Friedrich Nietzsche, een filosofische geweldenaar die met cartografische onverbiddelijkheid de moraal ontleedde, beschreef die lukrake deugdrift als ‘moraline’. Nietzsche benadrukte dat die niet zozeer psychologisch van aard is, aangejaagd door allerlei sociologische processen, maar vooral haar oorsprong vindt in de fysiologie: een biochemisch goedje dat rondsuist in de miezerige millimeter tussen hersenvlies en schedeldak, dat door eeuwenlange christelijke toediening tot de fatsoensdronk heeft geleid die er nu voor zorgt dat de kater aanhoudt, hoeveel paracetamol je er ook tegenaan gooit.
Maar het Orakel van Veghel zou het Orakel van Veghel niet zijn als hij niet op de valreep met een wonderbaarlijk elixer op de proppen kwam, bij voorkeur in te nemen met een straffe slok Schultenbräu.
Er zijn een tweetal mogelijkheden. Men kan zich een slag in de rondte werken om de tentoongestelde moraal in een fraai psychologisch model te wringen alvorens deze met behulp van allerlei langdurige, om niet te zeggen peperdure systeemtherapeutische wroetsessies te bezweren, of men kiest voor een wat meer drastisch plan van aanpak om de fatsoensaandrang te smoren. Voordat ze écht schade kan aanrichten, zeg maar.
U merkt al dat ik neig naar de laatste, uit zowel tijds- als kostenbesparende overwegingen, waarbij de voorkeur van uw correspondent in zonderheid uitgaat naar elektroshocks, one flew over the cuckoo’s nest-stijl, eventueel in combinatie met een straffe hormonale behandeling om het moraline-overschot te onderwerpen aan een grondige totaalbehandeling, want als het aankomt op de moraal, kun je niet volstaan met halve maatregelen.
Ik geef u de moralinevergruismachine 2000 ©. Een soort BioStabil die wél werkt, te groot weliswaar om in een hangertje om de hals te worden gedragen, met meer gekke draadjes ook, en evenmin verkrijgbaar in zilver- dan wel goldplated editie zoals haar halfzachte Tell Sell-evenknie (dus in die zin minder verkoopbaar), maar daar staat tegenover dat de moralineverpulveraar, anders dan Bruno Santanera’s liefdesbaby, niet allerlei omslachtige polarisatiemagneetjes nodig heeft ter onderdrukking van hardnekkige fatsoenssymptomen, maar gewoon rechtstreeks de hersenstam aanspreekt. En als je dan toch bezig bent, vergeet dan ook niet om enkele bloedzuigers op de kaalgeschoren schedel te plaatsen ter aderlating van het overtollige vloeistof. De gehele procedure zou in een mum van tijd voorbij moeten zijn, mits men zorg draagt voor een strikt steriele setting met inachtneming van alle wetten der hygiëne.
Natuurlijk bestaat de mogelijkheid om na afloop van de ingreep, mits vooraf voor akkoord getekend door de patiënt, analyse plaatsvinden op de onttrokken moraline zodat er een effectief antigif kan worden ontwikkeld ten bate van de patiënt in het bijzonder, en de mensheid in het algemeen. Want zo ben ik.