De afgelopen dagen kwamen twee uitdagende werkjes, On Truth en On Bullshit, van Harry Frankfurt over de waarde van waarheid en lariekoek regelmatig in herinnering. Lariekoek wordt door hem gedefinieerd als een poging “to manipulate the opinions and attitudes of those to whom they speak.” Zij die lariekoek gebruiken “care about (..) whether what they say is effective in accomplishing this manipulation.” Het maakt daarbij dan ook niet uit of het gezegde waar is of niet.
Zonder te verzanden in de eeuwenlange discussie over wat waarheid vervolgens is, laat Frankfurt zien wat de waarde van waarheid is in onze samenleving. Waarheden die instrumenteel gebruikt kunnen worden hebben waarde voor mensen. Het verschaft hen namelijk inzicht in de aard en samenstelling van die waarheden, zoals memes plegen te doen. Voor zover waarheden een praktisch nut dienen verschaffen ze ons accurate kennis over de eigenschappen van de zaken en gebeurtenissen waarmee we in de realiteit mee te maken krijgen. Daarmee geeft het de mogelijkheid om tot rationele oplossingen te komen voor de zaken die mensen in hun leven willen bereiken.
Dit kan alleen als we in staat zijn, of in staat worden gesteld, genoeg relevante informatie te verzamelen ten aanzien van wat we willen en niet willen. Dan kunnen we met enige zekerheid succesvol handelen. Het gaat er om dat we genoeg van de realiteit weten als nodig is om op intelligente wijze onze doelen te formuleren en pogen te bereiken. Zo zorgt waarheid ervoor dat we onze weg kunnen vinden in deze wereld.
Zonder waarheid hebben we geen mening over hoe de dingen zijn, of kunnen we niet vaststellen dat onze mening verkeerd is. We kunnen zo niet weten wat er in de wereld speelt, laat staan in onszelf. Uiteraard is onwetendheid “bliss” zoals Orwell postuleerde, maar Frankfurt pareert terecht met de notie dat deze onwetendheid de omstandigheden verergeren omdat ze niet gecorrigeerd worden door waarheid.
Zonder waarheid is er dan ook geen rationaliteit mogelijk. Hoe kan een mens rationeel zijn als hij niet weet wat waar is en wat niet? Rationeel wordt hier gedefinieerd als “fundamentally a matter of being appropriately responsive to reasons.” Deze gronden (reasons) bestaan uit feiten. Het feit dat het in een bepaald gebied regent betekent dat er een grond is voor mensen die niet nat willen worden om een paraplu bij zich te dragen. Alleen als het inderdaad waar is dat het regent in dat gebied is er een grond voor die mensen om een paraplu bij zich te dragen. Stellingen die niet waar zijn dragen dan ook niet bij aan de vorming van rationele argumenten.
Rationaliteit, in het verlengde rationeel handelen, dient dan ook voorzien te zijn van waarheden om van enige substantiële betekenis te zijn. Als het respect voor waar en niet-waar verdwijnt, verdwijnt daarmee ook de grondslag van onze rationaliteit. Dat heeft verdere gevolgen.
Gemeenschappen en het sociale leven rusten in grote mate op vertrouwen. Zouden de mensen om ons heen over het algemeen onbetrouwbaar en oneerlijk zijn, dan wordt een vredig en productief sociaal leven onmogelijk. Nu, met één enkele leugen, of broodje aap-verhaal valt de samenleving natuurlijk niet uit elkaar. Het gaat er dan ook niet om dat de ander niet mág liegen, maar dat wij zelf in staat zijn om waar en niet-waar te onderscheiden. Het gaat erom dat zo’n leugen ons schaadt.
Waarom? Frankfurt schrijft
The most irreducibly bad thing about lies is that they contrive to interfere with, and to impair, our natural effort to apprehend the real state of affairs. They are designed to prevent us from being in touch with what is really going on.
Degene die liegt probeert daarmee zijn wil, zijn versie van de wereld aan ons op te leggen. Voorzover hij daarin slaagt leven we vervolgens in een fantasiewereld, die niet van onszelf maar van de leugenaar is. Wij kunnen niet eeuwig in zijn realiteit leven. Hijzelf ook niet, omdat het niet de realiteit is. Hij moet zich daarom opsluiten, terugtrekken. Hierdoor kunnen mensen niet daadwerkelijk bij hem zijn. Anders zou hij moeten zeggen dat hij liegt.
Ontdekken we nu dat iemand een leugen vertelt heeft van wie we meenden uit te kunnen gaan dat hij de waarheid sprak, dan laat het zien dat wij niet meer op onze eigen waarneming kunnen vertrouwen. Tegelijkertijd verliezen we vertrouwen in degene die de lariekoek verspreidde. Uiteindelijk vergaat zo de autoriteit waarmee zij spreken. Dat probleem is nog veel groter bij autoriteiten die bekleedt zijn met publieke functies.
Dit zijn zomaar wat gedachten bij de afgelopen dagen waarin een geradicaliseerde in Eindhoven werd gearresteerd bij Guus Meeuwis, een Astenaar stond te schreeuwen bij het Evoluon in Eindhoven, een aantal Belgen bij de grens werden tegengehouden, een Amsterdammer bij Amsterdam Centraal een aantal mensen aanreed. Vanwege de summiere berichtgeving, in deze en vele andere zaken, is het niet meer mogelijk voor burgers om hier een rationeel antwoord op te formuleren.
Mensen die genegen zijn tot ontkenning van islamitisch fundamentalisme zullen kunnen verwijzen naar de realiteit van nieuwsberichten waar met geen woord gerept wordt over deze zaken. Mensen die genegen zijn tot overdrijving van islamitisch fundamentalisme zullen kunnen verwijzen naar de totale onbetrouwbaarheid van de bronnen en zo al deze gebeurtenissen kunnen scharen onder ‘islamitisch fundamentalisme’. In een vollediger realiteit zitten beide mensen er waarschijnlijk naast. Dat kunnen we echter niet weten omdat voor ons allen deze cruciale informatie ontbreekt.
Daarmee plaatsen autoriteiten zich in een ondoenlijk parket. Eenmaal de weg ingeslagen van de wenselijkheid van berichtgeving dient deze onvolledige waarheid consequent doorgevoerd te worden. Zoniet, dan zij ze immers ongeloofwaardig. Tegelijkertijd leidt dit consequent weglaten van informatie tot erosie van de eigen autoriteit in de ogen van burgers. Die gevolgen zijn op de lange termijn veel groter dan het bewaren van de lieve vrede op dit moment.
Als burgers praten we over zaken die gebeuren. Er worden meningen mee gevormd over mensen. Op basis van die meningen ontstaan beelden en ideeën over hoe onze samenleving eruit ziet. Als we daarin niet volledig kunnen zijn praten we allemaal lariekoek. Niet omdat we dat willen, maar omdat we niet anders meer kunnen. Om met Frankfurt af te sluiten: “Bullshit is unavoidable whenever circumstances require someone to talk without knowing what he is talking about.” Daar is niemand bij gebaat.