Lesbos is sinds 2015 één van de drukste aankomstplekken van migrantenbootjes. Op die bootjes arriveren duizenden échte vluchtelingen, maar nog veel meer gelukzoekers uit veilige landen in Afrika. De cijfers:
– Momenteel zitten er 4000 migranten op het eiland, met een eigen populatie van 86.436 zielen (cijfer uit 2011).
– Gemiddeld is de wachttijd voor een beslissing over hun status 10 tot 12 maanden.
– Op Lesbos kwamen in juni 2017 volgens cijfers van de politie 940 vluchtelingen en migranten aan. Dat is het hoogste aantal aankomsten van dit jaar. In januari waren het er 456, in februari 252, in maart 336, in april 281 en in mei 534.
Als iemand wordt uitgezet, betekent dat een enkele reis Turkije. Maar voordat het zo ver is, zitten de meeste immigranten op Lesbos in het centrale kamp Moria. De omstandigheden zijn er zeer slecht, maar er zijn talloze hulporganisaties actief en de wereldpers kan geen genoeg krijgen van het leed van de ‘wanhopige vluchtelingen’.
Afgelopen maandag werd er, voor de zoveelste keer, brand gesticht in Moria en braken er rellen uit. (Zie video hieronder.) Ook toen ging weer alle media-aandacht uit naar de immigranten, hun stress, hun psychische problemen, hun onzekere positie etcetera. De Lesboanen worden vergeten en genegeerd, hun ellende is niet fotogeniek genoeg. Opkomen voor de Europese slachtoffers van de immigratiecatastrofe is niet politiek correct, want dan moet je de immigratie zélf ter discussie stellen en dan ben je al vrij snel een hele of halve fascist natuurlijk.
Dus geeft (vrijwel) niemand in de media een kik over de aanzuigende werking van de open grenzen. Of over de veerdiensten die ‘hulp’organisaties hebben opgezet om kansloze gelukzoekers naar Europa te halen. Over de asielindustrie die mensensmokkel alleen maar in de hand werkt. En al helemaal geen woord over de inwoners van Lesbos, die ooit op een kalm, toeristisch eiland leefden maar nu opgescheept zitten met duizenden mensen die niet werken, de taal niet spreken, ongecontroleerd en onaangepast zijn en de toeristen weghouden. Cijfers uit 2016 laten een daling in hotelboekingen zien van 40 á 45%, terwijl het toerisme een belangrijke inkomstenbron was op Lesbos.
De inwoners van Lesbos hebben overigens aanvankelijk de immigranten geholpen waar zij maar konden, en zijn zelfs voorgedragen voor een Nobelprijs om hun gastvrije houding. Maar zelfs aan de befaamde Griekse hartelijkheid zit een grens; de inwoners zijn wanhopig en de neonazipartij Gouden Dageraad wint er aan invloed. Dit is een splintergroepering met geringe politieke invloed, vooralsnog, maar wel een beweging die geweld niet schuwt.
Alle mooie woorden van Europese regeringsleiders ten spijt, is de last van de gedwongen ‘solidariteit’ (en aanhangend terrorisme, hoge kosten, huizen- en banentekorten etcetera) met immigranten wel erg onevenredig verdeeld, met de inwoners van Lesbos als kop van Jut. Zij ervaren de impact van het onder de voet gelopen worden door immigranten, direct, zonder buffer.
Een impact die zich als een olievlek over Europa zal verspreiden. Als we de instroom van asielzoekers niet snel en radicaal stoppen – zeker nu de immigratie-zomerpiek er weer aankomt – is Lesbos ons voorland.