Daar rolt de sneeuwbal al van de berg. Het begint met een paar sneeuwvlokjes bovenaan de berg in Amsterdam, het eindigt met een enorme sneeuwbal helemaal onderaan in Limburg. Want ook daar, in het diepe Zuiden, moet de realiteit, die immers uitsluitend in de taal bestaat, worden gedeconstrueerd en vervangen door Nieuwspraak. Een nieuwe realiteit, klaar voor het nieuwe denken.
Homobelangenclub homoseksuele mannen en vrouwenbelangenclub Regenboogbelangenclub COC afdeling Limburg is immers nu al laaiend enthousiast over het Amsterdamse Regenboog Nieuwspraak Woordenboek (editie 2017). Dat dames en heren mensen mensen en dieren voortaan niet meer als man of vrouw worden aangesproken maar als één diffuus collectief zonder individuele kenmerken (laat staan individueel onderscheid of, oh horror, individuele gedachten) is kennelijk een uitstekende manier voor het promoten van homo LGTBHI-tolerantie. Dus ook in Limburg.
“Want door neutrale termen te gebruiken wordt niemand meer uitgesloten”, aldus COC Limburg-voorzitter Gerrit-Jan Meulenbeld (is Gerrit-Jan niet een wel heel erg genderbinairebevestigende naam of word ik gewoon afgeleid door de naam Meulenbeld?) tegen 1Limburg.
Juist ja. “Niemand meer uitgesloten”. Maar hoe werkt dat dan als je Amsterdammer bent en je verhuist naar Limburg vervolgens te worden aangesproken met ‘beste Limburger?’. En is ‘beste mensen’ niet een beetje al te vijandig tegenover dieren en planten? Zijn er eigenlijk ook mensen die zich meer dier dan mens voelen, of is dat de eerstvolgende ‘minderheid’ waarvoor we straks de realiteit opzij moeten schuiven om ‘inclusief’ te kunnen zijn?
Meneer Mens Gerrit-Jan bedoelt het natuurlijk erg goed, daar niet van. Maar het feit dat COC Limburg nu al op deze bandwagon springt belooft weinig goeds. Bitter weinig. Het zal niet lang duren voordat deze aanval op de realiteit overal plaats vindt. Dit soort dingen wordt altijd in relatieve stilte doorgevoerd. Je moet het water in de pan met kikkers langzaam op kooktemperatuur brengen. Het is een beproefde tactiek.
Dat is het stiekeme van deze postmoderne, cultuurmarxistische manipulatie: je hebt nooit door wat er werkelijk gaande is, maar ineens is het overal een feit, is het een wet, heeft het de realiteit daadwerkelijk vervangen.
Ga maar na, hoe lang is het geleden, denkt u, dat iets als ‘gender’ nog helemaal geen issue was in het publieke debat? Niet lang in elk geval. Een paar jaar misschien. Opeens was het er gewoon, opeens greep het om zich heen. Opeens is er die nieuwe realiteit. Een realiteit waarmee uw gedachten steeds verder in de tang worden genomen, waarmee u wordt gecontroleerd, gemanipuleerd, gestuurd, beperkt. Steeds verder, tot u geen kant meer uitkomt en er alleen nog maar het besef is van het volmaakte collectief. Waaruit geen ontsnappen mogelijk is. Denken is niet langer noodzakelijk.
Onthoud wat ik nu schrijf: binnenkort doet een D66- of GroenLinks-Kamerlid een wetsvoorstel om het aanspreken van groepen mensen met ‘dames en heren’ te verbieden. ‘Dames en heren’ zeggen moet dan worden behandeld als alle andere vormen van discriminatie, net als ‘hij/zij’ aanduidingen of geslachtsaanduidingen bij bijvoorbeeld de aangifte van een geboorte. Dat wetsvoorstel zal heel even aandacht krijgen, daarna zal het debat volledig stilvallen, opeens is het door de Eerste Kamer en een feit.
Onthoud ook dit: dat zal heel binnenkort al gebeuren. Het zal veel sneller een wet zijn dan u nu voor mogelijk houdt. Het zal u, wederom, totaal verrassen.
Met de juiste vlamhoogte kan water zó geleidelijk worden verwarmd dat werkelijk geen enkele kikker uit de pan zal willen springen. Tot hij het is doodgekookt. De kikker zelf zal nooit weten wat hem haar xie is overkomen.