Voordat we een beslissing nemen, moeten we eerst nadenken. Dat is wat we noemen ’filosoferen’. Filosofie biedt ons de kans verantwoordelijker te leven. Filosofie is eerst en vooral een vragenstellen. Niet elke vraag is filosofie, maar elke vraag kan filosofie worden zodra men verder wil doordringen. De mens is de levende die vragen stelt. We zijn niet tevreden, zoals de dieren, met de verzadiging van onze behoeften. Sommigen misschien wel en wie doodarm is en honger lijdt, zal wellicht geen filosofische vragen stellen. Zodra zijn behoeften zijn bevredigd, voelt de mens de aandrang om zich te rechtvaardigen, alsof hij zijn plaats op de wereld wil verantwoorden.
Het vragenstellen is in het bijzonder relevant als het gaat om de vraag wat de zin is van wat we doen, wat de zin is van ons leven, waar we met de samenleving naar toe gaan of willen gaan. In deze tijd van een toename van het antidemocratisch terrorisme, van de economische onevenwichtigheden, van de verzwakking van de soevereine staten en van de ethische problemen die samengaan met de globalisering lijkt het meer dan ooit noodzakelijk diep na te denken over de vraag hoe we op een verantwoordelijke manier kunnen reageren op deze uitdagingen.
Filosoferen om actuele kwesties in vraag te stellen is een risicovol beroep. Al bij de oude Grieken moest Socrates sterven omdat hij de gangbare opinies in vraag stelde. Wie in de tijd van de Shoah kritische vragen stelde over het nationaal-socialisme kwam in Dachau terecht. Wie nu vragen stelt over de multiculturele samenleving wordt verketterd.
Er is één antwoord dat alle vragenstellen doet stoppen. Wie zegt dat de mens leeft om te sterven, weet genoeg. Dan gaat het erom er zo goed mogelijk van te leven. Ethiek is in dit geval flauwe kul. Alles is toegelaten om zoveel mogelijk te genieten. Het is wel verstandig om met anderen een soort ’sociaal contract’ aan te gaan. Dat sociaal contract krijgt de vorm van de rechtspraak en van alle instituties die erop waken dat er een zekere orde heerst in het land. Ethiek wordt, met inbegrip van elke vorm van religie, vervangen door de Rede.
Als de Rede heerst is filosofie niet meer nodig. Dat zien we bijvoorbeeld in onze universiteiten. Vroeger werden nagenoeg alle menswetenschappen gedoceerd binnen de Faculteit der ’Wijsbegeerte’. Nu begeren we die wijsheid niet meer en is de Faculteit Filosofie verworden tot een clubje wereldvreemde mierenneukers. De menswetenschappen gaan verder op het pad van het empirisch onderzoek.
Er is echter een probleem. Voordat we vragen stellen of voordat we beginnen na te denken, moeten we er zijn. De aartsrationalist Descartes zei weliswaar ’Ik denk, dus ik ben’, maar vergat daarbij dat hij eerst moest zijn om te kunnen nadenken. Precies aan dat zijn ligt hij niet aan de oorsprong. Het zijn is hem gegeven.
We kunnen niet zijn zonder anderen. Ieder mens heeft een vader en een moeder die hem hebben verwekt, wat LHBT’ers soms lijken te vergeten. Verder er is ook de samenleving zonder dewelke we niet zouden kunnen overleven. We zijn geworden wie we zijn dank zij onderwijs, gezondheidszorg en al diegenen die zorgen voor de levensbehoeften, van boeren tot distributeurs van goederen.
Het leven in gemeenschap, dit is het gezin en de samenleving, is daarom het begin van de filosofie. Menselijk leven is altijd leven in gemeenschap. De filosofie die hierover vragen stelt is geen theoretisch verhaal, geen boekenwijsheid, maar het gaat om vitale vragen, om vragen die ons dagelijks leven en overleven betreffen. Vragen die even belangrijk zijn als de voeding en waarvan het antwoord zal uitmaken of de mensheid als zodanig zal overleven. Als we de vraag stellen naar de zin van ons bestaan, dan komen we vanzelf op de vraag waar onze verantwoordelijkheid ligt tegenover de anderen en tegenover de planeet waarop we leven.
Ons leven speelt zich af in de gewone dagelijkse omgang met andere mensen. We lopen naast het leven als we de bevrediging van onze behoeften zien als de vervulling van ons leven. Dit is onzinnig, want we kunnen niet zonder de anderen. Zodra ik een mens ontmoet, word ik door hem, al of niet doelbewust, verantwoordelijk gesteld. Ik kan hem negeren, maar dat negeren is slechts mogelijk als ik eerst bewust ben geworden van zijn aanwezigheid. Negeren is dan mijn antwoord daarop. Een vreselijk antwoord, want negeren is in zekere zin hem dood wensen.
Voor veel mensen is het ware leven afwezig. Het ware leven begint daar waar we onze verantwoordelijkheid opnemen. De naasten dwingen ons als het ware daartoe. Met naasten worden zelfs bedoeld de toekomstige generaties die zullen moeten leven op de planeet die we voor hen achterlaten.
Helaas is een gebrek aan verantwoordelijkheid overal zichtbaar. We vernietigen ons ecosysteem, een van de rijkste landen ter wereld (Saudi-Arabië) ligt naast het armste land (Jemen) en beide zijn islamitisch, de onrechtvaardige verdeling van de welvaart neemt toe. Maar onze verantwoordelijkheid gebiedt niet te capituleren voor al het kwaad op de wereld en na te denken over constructieve oplossingen.
Hier biedt de filosofie een uitweg. De filosofie kan duidelijk maken wat rechtvaardigheid en wat het ware leven is. Voorwaarde is echter dat de filosofie verder gaat dan een wetenschappelijke en objectieve vraagstelling. Spinoza bijvoorbeeld zegt dat het een kwestie is van begrijpen. Kan men spreken over oorlog en over het lijden zoals men spreekt over atomen en driehoeken?
Om die reden wordt gepleit voor een filosofie die het geraakt worden door de naaste als uitgangspunt neemt. Het ware leven is niet de bevrediging van de eigen behoeften, maar aangedaan zijn door het lot van de Ander en het opnemen van zijn verantwoordelijkheid voor de Ander. Daarmee is ook de zin van het leven aangeduid.
Tot slot: waarom doe ik hier een oproep tot filosoferen? Wanneer dieper wordt nagedacht over wat de media schrijven over de fipronil-affaire, dan ontdekken we dat de enige oplossing om zoiets in de toekomst te voorkomen ligt in het niet meer kopen van kippenvlees van de bio-industrie. De politicus die dieper nadenkt over de multiculturele samenleving zal moeten toegeven dat de veiligheid van de burgers slechts gewaarborgd wordt als mensen die onze cultuur haten worden geweigerd. Trump heeft blijkbaar beter nagedacht.