Na de terreuraanslag op de kerstmarkt in Berlijn eind vorig jaar heeft de politie rijkelijk laat gereageerd. In de uren nadat jihadist Anis Amri met een vrachtwagen was ingereden op bezoekers zijn de veiligheidsdiensten ernstig in gebreke gebleven. Dat blijkt uit het rapport van een evaluatiecommissie, waaruit het nieuwsplatform RBB en de Berliner Morgenpost vrijdag citeren.
De zoekactie die hoort te volgen na een terreurdaad kwam pas na drie uur op gang. Op dat moment hadden de agenten de omgeving van de Breitscheidplatz, waar Amri twaalf mensen doodreed en bijna zeventig verwondde, nog niet afgezocht en werd er ook niet gecontroleerd op de straten en stations die als vluchtweg konden dienen. De dader kon Berlijn ongehinderd verlaten en werd pas enkele dagen later, na ook even in Nederland te zijn geweest, in Noord-Italië doodgeschoten.
“De evaluatiecommissie moest een niets en niemand ontziende analyse maken van de gang van zaken en de zwakke punten noteren”, zei een woordvoerder van de gemeenteraad. “Als er fouten zijn gemaakt, is het goed en belangrijk daarover te praten”.
Volgens Focus Online, waaruit de NOS citeert, maken Berlijnse politici maken zich zorgen:
“Het falen van de politieleiding is op zich al erg genoeg, maar het maandenlange verzwijgen van deze fouten tegenover het Berlijnse parlement en de media maakt dat de positie van de top van de Berlijnse politie onhoudbaar is geworden.”
Anp/TPO