Ze kijkt me al weken overal aan vanaf de verkiezingsposters in de stad: Angela Merkel. ‘Für ein Deutschland, in dem wir gut und gerne leben’, staat er onder haar schuwe glimlach. Op twitter is er van die slogan door het CDU campagne-team #fedidwgugl gemaakt, wat wel een beetje werd opgepikt door fans en aanhangers maar natuurlijk nog niet zo lekker bekt als #MAGA (‘Make America Great Again’) van Donald Trump. Toen ik zojuist #fedidwgugl intikte kwamen er vooral veel blije tweets tevoorschijn. Je moet zoeken naar de kritische noot. Dat is niet ongewoon tegenwoordig. Op social media wordt kritiek, of eigenlijk gewoon ‘een teveel’ aan Merkel gecensureerd – en dat ligt ook voor de hand.
Het was Angela Merkel zelf die in 2015 tijdens een etentje tegen Facebook CEO Mark Zuckerberg zei: “hoe zorgen we dat er geen negatieve berichten over vluchtelingen meer rondgaan?” “Dat gaan we regelen”, zei Zuckerberg toen, allebei niet wetende dat hun microfoon nog open stond. Natuurlijk heeft Merkel invloed op wat er naar buiten komt, maar dus ook op wat er niet naar buiten komt. Ze heeft bovendien een hekel aan ophef. De hoeveelheid negativiteit wordt van alle kanten kunstmatig gedoseerd, waarbij de talrijke “Merkel muss weg” roepers alleen naar voren worden geschoven als de gehekelde, kwaadaardige populistische stem. ‘Als je geen argumenten hebt, dan kan ik daar niets mee’, zei Merkel over hen. En: ‘gelukkig zijn er ook nog andere mensen’. De mainstream media gaan daarin nog veel verder.
Verder is er schrikbarend weinig ophef te bekennen. Analyses van de verkiezingsstrijd – de Wahlkampf – die in de ogen van de meesten geen echte strijd is maar een gelopen race, zijn in de media sowieso allemaal erg ingetogen en veilig. De krant Die Zeit had vorige maand doodleuk een voorpagina met Merkel prominent afgebeeld als de voor de hand liggende kandidaat. ‘Onze kanselier’ stond er boven haar foto. In de online-krant Stern werden ‘vier goede gronden’ genoemd om niet op Merkel te stemmen (1. geen toekomstvisie, 2. afbrokkelende macht wegens de komende periode waarin er ook binnen de CDU naar een vervanger gezocht moet worden, 3. ze neemt geen positie in en 4. haar arrogantie), met als conclusie: ‘drie ambtstermijnen zijn genoeg’. De urgentie van dat advies blijft echter uit. En zo glijdt het allemaal gemakkelijk van de ‘Teflon-Kanzlerin’ af.
Volgens een peiling op vrijdag van ZDF en dagblad der Tagesspiegel komen de CDU zondag uit op een onveranderde 36 procent, de SPD op 21,5 procent, die Linken op 9 procent en de AfD op 11 procent. “Twintig procent extremisten en populisten. Dat is geen goede ontwikkeling”, schreef Duitslands extremisme-expert Hubertus Knabe deze week op Twitter. Daarmee bedoelde hij de laatste twee partijen. Het is inderdaad de vraag hoe Merkel in haar laatste termijn opgewassen zal zijn tegen een harder, extremer geluid in het parlement. Maar vooralsnog is ze een one-woman show, die van geen wijken wil weten – niet van haar weinige standpunten maar ook niet van haar macht.
‘Jullie kennen mij’ is Merkels eigen favoriete verkiezingsslogan. Ze herhaalt het vaker in interviews en in toespraken, vooral als het haar een beetje te heet onder de voeten wordt. Het betekent zoveel als: ‘jullie moeten je bekend voelen met mijn aanwezigheid, als een moeder. En zoals het met moeders gaat: die hoeven niet steeds uit te leggen waarom ze doen wat ze doen. Dat geldt voor mij ook’.
Hoe anders was dit met Merkels voorganger en politieke peetvader Helmut Kohl, die voortdurend onder vuur lag in de media. De media is voor Merkel eerder een bondgenoot, zo lijkt het. In het ‘TV-duel’ vorige maand met Martin Schulz leek het alsof ze op staatsbezoek was in de studio, niet bij een overhoring van kritische journalisten. Dat heeft volgens velen alles te maken met de politieke kleur van journalisten in Duitsland. Volgens Manfred Güllner van het ‘Forsa Instituut‘ zijn ongeveer 36 procent van alle Duitse journalisten sympathisanten van groene partijen, 26 procent van de sociaal-democraten, 10 procent van de vrije democraten (FDP) en 9 procent van de CDU. Journalisten, als de ideologische soldaten van de ether, hebben in Duitsland duidelijk een linkse agenda.
Deze week nog riep de Duitse mediamagnaat Matthias Döpfner in Stuttgart bij een groot evenement bevlogen op tot kritische journalistiek, maar het lijkt erop dat de oude media, met name ARD en ZDF, hopeloos afhankelijk zijn geworden van de staat. Voor Merkel is dit een enorm voordeel. Ze beweegt (daarom) zelf ook makkelijk naar links en kaapt graag thema’s weg bij de sociaal-democraten (SPD) of wie dan ook, steeds zodra ze de indruk heeft dat het volk ‘om is’ over iets. Ze schijnt iemand te hebben die dit voor haar in de gaten houdt. Of het nou gaat om vluchtelingen, milieu of economie. Als ze ruimte ziet, pakt ze haar kans.
Wat weten we eigenlijk over Angela Merkel? Als ze 24 september wint en haar termijn tot 2021 uitzit dan zal ze Helmut Kohl voorbij zijn gestreefd. Haar visie, achtergrond en agenda zijn echter na al die jaren nog steeds moeilijk te achterhalen. ‘Ze heeft geen visie’ is steeds de teneur, een armoedige conclusie die ze zelf nota bene uitbuit. Volgens haar grootste en best geïnformeerde critica, Gertrud Höhler, is die agenda er wel, maar gewoon goed verborgen. Höhler kent de CDU van binnenuit en betoogt in haar boek Demokratie im Sinkflug dat Merkel helemaal niet van democratie hoúdt. Zij zegt dat de nationalisering van de energie-industrie (Höhler: ‘de Energiewende is een geldverbrandingsmachine’), de open grenzen voor vluchtelingen en de passieve rol van het Duitse parlement allemaal passen in haar idee over een politieke omwenteling – een langzame revolutie waarin democratie tot het verleden zal behoren en de ‘Grote Transformatie’ naar een soort ecologisch-socialisme zal leiden.
Als dat waar is, hoe is dit te verklaren? Het is ook nogal een statement – om over iemand zonder ‘mission statements’ (aldus Hölher) te zeggen dat zij niet van democratie houdt en deze ondermijnt. Maar ook andere boeken over Angela Merkel: ‘Merkel – Eine Kritische Balanz’, een verzameling van 22 artikelen van Duitse intellectuelen, ’Merkels Maske’ van Hinrich Rohbohm en ‘Angela Merkel, koningin van Europa’ van Wierd Duk, geven allemaal een ander, minder eendimensionaal beeld dan dat wordt geserveerd door de mainstream media. Deze auteurs graven in de jeugd en intellectuele ontwikkeling van Merkel, die opgroeide in de DDR maar als natuurkundig wetenschapper mocht reizen naar het Westen en de politiek als rode draad in haar leven pakte en niet meer losliet.
Ook de Duitse filosoof Peter Sloterdijk waagde zich deze week aan een diepteanalyse van de ‘Alternativlose’ bondskanselier in het artikel ‘Der Merkel-Faktor’ – Das Interessante ist weg, es bliebt das Vage. Einige Anmerkungen zu einer stark betäubten Bundesrepublik’ (Het interessante is weg, het vage blijft over. Enkele opmerkingen over een sterk verdoofde Bondsrepubliek).
“Het woord ‘verkiezingsstrijd’ klinkt als een citaat uit een vervlogen tijd. Ook het woord ‘beslissing’ is als een motief op een oud behangetje. De tv doet wat het kan om nog wat spanning te creëren, waarbij de usual suspects voor de camera’s stappen en hun scripts voordragen. In het publiek voelt echter niemand dat er 24 september een echte keuze te maken valt. Alle signalen wijzen op een vrije val voor de continuïteit.” (…) Men denkt onwillekeurig aan het gezegde: denk eraan, degene op de rotonde heeft altijd voorrang.
Open blijft slechts de vraag of de opspelende liberalen onder leiding van Christian Lindner het tot een coalitie kunnen brengen, of dat de kanselier toch weer verder gaat met de sociaal-democraten. Dat die zwart-gele variant politiek interessanter zou zijn dan de zwart-rode zou voor elke waarnemer evident moeten zijn – maar toch onthult zich hier in de ‘vraag der interessantheid’ de Duitse crux, die zonder de Merkel-factor niet begrepen kan worden. Het behoort tot de sociaal-psychologische resultaten van het tijdperk Merkel dat de Duitsers als kiezersvolk de zin voor het ‘interessante’ (men zou het vroeger het progressieve genoemd hebben) vedreven hebben. Zeker, ook in het tijdperk Adenauer was de CDU succesvol met de slogan: ‘geen experimenten’. Het was een these, die Frau Merkel in een enorm dynamische wereld opnieuw tot leven geroepen heeft.”
“De ‘Kanzlerin’ heeft als eerste persoon aan het hoofd van een staat ‘verveling’ als politieke kracht opgevoerd. Verveling, die in combinatie met haar vitaliteit een vreemde mix van betrouwbaarheid en onvoorspelbaarheid teweegbrengt. (…) De saaie momenten wekken de indruk dat men zich geen onnodige zorgen hoeft te maken, omdat het gebrek aan bereidheid van de bevolking om essentiële veranderingen te dulden zich weerspiegelt of weerspreekt in de schijnbare traagheid van de overheid.”
Sloterdijk heeft het verder over Merkels ‘Lethargokratie’, hij ziet de langzaamheid en het gebrek aan profiel als een wapen zodat de bevolking haar interesse in politieke zaken verliest. Elke zweem van interesse wordt verbannen uit het publieke leven, net als de geest van escalatie. Kijk naar haar uiterlijk, haar gebaren, garderobe en kapsel, zegt Sloterdijk, alles maakt onderdeel uit van een retoriek van onbeduidendheid. “Ze laat het aan de smaak van de kiezer over om gezien te worden als maagd, matrone of grootmoeder,” schrijft hij. Ze laat zich hiermee ook graag onderschatten, zodat ze haar vijanden altijd een stap voor is.
Sloterdijk zegt wat veel Merkel-critici zeggen: haar meesterwerk zit hem vooral in het verspreiden van de suggestie dat de Christen-democraten eigenlijk de betere sociaal-democraten zijn. De rechtervleugel van de CDU was en is daar niet blij mee, maar het kapen van linkse thema’s (volgens auteur Rohbohm: het liefst op het terrein van “ecologisch socialisme”) heeft haar geen windeieren gelegd. In het midden viel voor Merkel veel meer te halen dan ze ter rechterzijde ooit zou verliezen.
Dit opportunisme kenmerkt haar hele carrière, dat ze combineert met een verveelde houding – en als daar ze daar onzekerheid mee oproept dan is daar nog altijd de Merkel als natie-moeder, ‘Mutti’, die helemaal geen visie, principes of vastberadenheid nodig heeft om haar gezin oer-instinctief te beschermen.
Het fenomeen Merkel is dan weliswaar weinig bekritiseerd in de media maar dus wel ernstig onderzocht door politieke wetenschappers. In hun ogen bezit Angela Merkel een enorme kracht. Die bestaat erin dat er in haar persoonlijkheid niets te vinden is van een nationale neurose. Ze is vrij van grootheidswaanzin en moedert over buurlanden vanuit een overheersende, maar geen bedreigende positie. Ze is bovendien anti-Berlusconi, anti-Poetin, anti-Erdogan, anti-Orbán, anti-Trump. Zo beschermt ze de Duitse belangen en houdt ze rekening met belangen van buurlanden. Bezorgder zijn wetenschappers over haar ‘politiek van depolitisering’. Voor wie daar dieper in wil kijken, Heiner Mühlmann schreef een essay daarover (opgenomen in de bundel ‘Regierung ohne Volk’), over de beweging die de strategie van ‘asymmetrische demobilisatie’ handhaaft. Dat gaat eigenlijk over het zojuist genoemde in ‘slaap sussen’ van de bevolking. ‘De chloroform’, zoals Sloterdijk het zelf noemt, zal in de regel bij de tegenstander beter werken als bij het ‘eigene’. De eigen aanhang zal nog wel naar de stembus gaan, maar de tegenstanders zullen het opgeven. Dat bevalt Merkel wel. Haar rechterhand Peter Altmaier (CDU) zei deze week iets in die trant: ‘Als je AfD gaat stemmen, stem dan maar helemaal niet’.
Politieke strategie is een voor de hand liggende verklaring voor Angela Merkels keuzes – ze wil graag aan de macht blijven, zo gaat dat, maar er blijven nog veel vragen onbeantwoord. Wat is die “grote transformatie” die ze voor ogen heeft? In welke wereld wil zij leven en welke erfenis wil ze achterlaten?
Ik denk dat kennis over haar jeugd en achtergrond noodzakelijk is om hier iets van te begrijpen. Hoewel ze volgens historicus Wierd Duk in zijn boek ‘Angela Merkel, koningin van Europa, juist vanwege haar jeugd in de DDR bewondering heeft voor Amerika, voor vrijheid en die manier van leven, stroomt dat gevoel denk ik niet door haar aderen. Die jeugd, gekleurd door haar vader en haar groeiende geloof in een ecologische omwenteling zijn bepalender geweest voor haar handelen dan de schitteringen aan de horizon van de westerse vrijheid.
Haar vader, Horst Kasner, was in 1954 een jonge, linkse Lutheriaanse priester uit Hamburg. Een paar maanden nadat zijn dochter Angela was geboren verhuisde het gezin naar Templin, vlak boven Berlijn, in het voormalige DDR. Dat was opvallend. De meeste mensen vetrokken juist uit het oosten naar het westen. Horst Kasner voelde echter een opdracht en werd bekend als de ‘de rode pastoor’ – het was zijn missie om priesters op te leiden tot socialistische kerkleiders. Angela Merkel ging natuurkunde studeren in Leipzig en later aan de Academie voor Wetenschap in Berlijn. Ze was lid van communistische jeugdorganisaties, waaronder de Freie Deutsche Jugend (FDJ) en sprak vloeiend Russisch. Ze las diepgaand Marx en Lenin en ze werd hoofd van de afdeling propaganda van de FDJ in Berlijn. Haar ideologische basis werd later aangevuld met een grote interesse voor ‘perestroika’ en ecologie die ze deelde met een linkse criticus van de DDR, Robert Havemann.
Volgens Merkel had de DDR een socialistische omwenteling nodig. Naar buiten toe had Merkel echter een onopvallend profiel. Ze deed hoogstaand natuurkundig onderzoek samen met haar nieuwe man Joachim Sauer (met wie ze niet trouwde – van haar eerste echtgenoot Ulrich Merkel scheidde ze in 1982), de twee mochten bij hoge uitzondering reizen naar het Westen. In de archieven van de Stasi is echter niets terug te vinden over die reizen, en Merkel ontkende in eerste instantie in haar zeldzame interviews zulke reizen gemaakt te hebben. Ook een essay dat ze schreef vlak voor haar dissertatie (dit was verplicht) over de ‘Sozialistische Lebensweise’ was later niet meer terug te vinden. Merkel heeft verder over die tijd gezegd dat ze zich weinig kon herinneren van haar werk voor de FDJ, in haar herinnering was ze ‘hoofd van de afdeling cultuur’ en niet propaganda.
De val van de muur in 1989 betekende het einde van de Communistische Partij in zijn oude vorm. De hervormers namen het stokje over. Er zouden nu vrije verkiezingen komen en Merkel sloot zich aan bij de Allianz für Deutschland van Wolfgang Schnur, een goede vriend van haar vader. Het motto van de partij was: ‘opbouw – sociaal – ecologisch’. De partij was onderdeel van een alliantie met de oostelijke CDU, geleid door de advocaat Lothar de Maizière. Een paar weken voor de verkiezingen van 1990 werd onthuld dat Schnur een geheim agent was geweest voor de Stasi, waardoor de partij dramatisch verloor. Merkel stapte gauw over naar de CDU waar ze plaatsvervangend perswoordvoerder van De Maizière werd. Ze nam het stokje over van De Maizière, nadat bekend werd dat ook hij jarenlang informant voor de Stasi was geweest.
Alleen zij bleek onbesmet, en mocht – zonder dat ze ooit lid te zijn geworden van de partij – onder Helmut Kohl aan haar snelle klim omhoog beginnen. Ze werd door Kohl aangesteld als minister van Familiezaken (terwijl ze zelf geen kinderen had en niet getrouwd was). In 1994 werd ze minister van milieu en kon ze vanuit haar eigen ideologie verder werken aan haar ambitie: het tegengaan van klimaatverandering en het veranderen van Duitsland door middel van een grote transformatie.
Op 22 december 1999, opzettelijk vlak voor de kerst, leverde Angela Merkel Helmut Kohl een Machiavelliaanse streek door in een interview met de Frankfurter Allgemeine Zeitung (dat ze zelf had opgezet) te zeggen dat de CDU toe was aan verandering, en dat de partij maar eens onder de vleugels van Kohl vandaan moest komen. Een combinatie van schandalen van CDU leiders, Merkels gave om competitie binnen de CDU te elimineren en de kwetsbaarheid van de sociaal-democraten vanwege noodzakelijke arbeidsmarkthervormingen (Gerard Schröder moest het veld ruimen) uit te buiten, leverde haar uiteindelijk -nipt- het kanselierschap op in 2005.
Al snel bleek dat ze een internationale positie wilde. Samen met soulmate Barack Obama begon ze aan een wereldwijde transformatie van het kapitalistische systeem in een ecologische richting. In 2009 werd er een grote conferentie gehouden (waar nagenoeg bijna geen journalisten bij aanwezig waren) in Essen, “De Grote Transformatie”. Het programma bestond uit de volgende doelstellingen: Afscheid van kolen, een planeconomie, mensen moesten aangemoedigd worden zo min mogelijk te reizen met auto, minder vlees eten, en de samenleving moest meer als een mierenhoop georganiseerd worden, dat zou veerkrachtiger zijn en tot slot, dit alles moest een lange termijn visie zijn en geen korte-termijn populistische backslash opleveren.
De plannen hielden in de praktijk in dat de Duitser enorm veel meer gingen betalen voor energie, hoewel Merkel beloofd had dat dit niet zou gebeuren. De totale kosten van de Energiewende tot 2020 zijn geschat op 1 triljoen euro. Het is in feite een economische apocalyps. Daarbij is de uitstoot van CO2 niet minder geworden in de afgelopen jaren en zijn fossiele brandstoffen nog altijd hard nodig om aan de vraag te voldoen. Die nieuwe energie heeft wel een hele nieuwe klasse van investeerders aangetrokken, de zogenaamde ‘Wind Junkers’ die enorme bedragen verdienen aan deze ecologische koers. Daarbovenop besloot Merkel kernenergie af te schaffen na de ramp in Fukushima in het voorjaar van 2011. Op tv werd gedaan alsof er duizenden doden door de kerncentrale waren gevallen – in plaats van door de tsunami zelf. Dat is overigens typerend voor Merkels aanpak. Ze grijpt gebeurtenissen die mensen emotioneren aan om haar plannen versneld door te zetten – hetzelfde gebeurde met het aangespoelde Syrische jongetje op het Turkse strand.
Ook in de eurocrisis wierp merkel zich op als de bondskanselier – de koningin van Europa – die ‘nou eenmaal geen alternatieven’ had. Haar beroemde uitspraak: ‘als de euro valt, valt Europa’ betekende dat iedereen zich moest committeren om de munt te redden. Reddingsoperaties voor Spanje, Griekenland en Portugal waren onvermijdelijk. Helmut Kohl had altijd beloofd dat de euro even sterk zou zijn als de D-mark en dat de EU geen ‘schuldenunie’ zou worden. Merkel stapte daar zonder blikken of blozen overheen.
Ook in de vluchtelingencrisis heeft Angela Merkel de Duitsers – en een heel continent, opgezadeld met haar zogenaamde gebrek aan alternatieven, met beleid dat onverkoopbaar zou zijn als je het rationeel zou bekijken en dat electoraal afgestraft zou worden zodra je de kans zou krijgen, maar die kans voelen de Duitsers niet. Hun (on)geloof in de politiek gaat voorbij het gevoel van ‘teleurstelling’ dat tot actie zou kunnen inzetten. Het lijkt inderdaad vooral de verveling en de schijn van continuïteit die de behoeftigen in de armen van een ‘Mutti’ drijft. Merkel ligt al met al voor in een spel, dat het Europese volk nog maar net een beetje begint te begrijpen.