Waarom de Wiv vernieuwen?
Momenteel heerst er veel maatschappelijke commotie over de per 1 januari 2018 in werking tredende Wiv, de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, in de volksmond beter bekend als de Sleepwet.
De reden van de vernieuwing van de oude Wiv, die stamt uit 2002, zijn de technologische ontwikkelingen sindsdien. De inlichtingendiensten zouden niet genoeg bevoegdheden meer hebben omdat de technologische vooruitgang gedurende de afgelopen 15 jaar de wet heeft ingehaald. Zo bestond social media destijds niet en vond mobiel dataverkeer grotendeels plaats via SMS of telefoongesprekken.
Wie de wet nauwlettend heeft gelezen zal niet zozeer schrikken van de inhoud maar wel van wat er niet in staat. Daarmee doel ik op de ruime manier waarop de wet geformuleerd is en de ondenkbaar grote hoeveelheid ramen die hiermee op een kier worden gelaten. Niet alleen is de geheime dienst bevoegd om op een ongehoord massale wijze data te vergaren, ook mag ze deze data gedurende drie jaar op de plank laten liggen. Volgens minister Plasterk, huidig minister van Binnenlandse Zaken en daarmee de baas van de veiligheidsdiensten, is het “mogelijk nuttig” als de diensten veel historische gegevens op de plank hebben liggen. De Raad voor de rechtspraak kon zich hier niet in vinden en sprak haar zorgen uit: “als je zoveel gegevens van gewone burgers drie jaar wilt bewaren, moet dat ‘noodzakelijk’ zijn, en niet ‘mogelijk nuttig’.”
In een steeds verder digitaliserende samenleving krijgen de geheime diensten steeds betere mogelijkheden om individuen te monitoren. Een veelgehoord argument ter ondersteuning van de uitbreiding van de bevoegdheden van veiligheidsdiensten is dat het de maatschappelijke veiligheid ten goede komt. Hoewel dit een logische redenering is, zeker met het oog op terrorisme, kan als tegenargument worden aangevoerd dat geheime diensten reeds meer data verwerven dan dat ze aankunnen. In het verleden is tenslotte herhaaldelijk gebleken dat terroristen al op de radar van de geheime diensten waren ten tijde van het plegen van een aanslag. Weer anderen beweren niets te verbergen te hebben. Spoiler alert: dat heb je echt wel.
Dan wellicht een van de grootste vragen van deze tijd: is het zo dat het belang van de maatschappelijke veiligheid het belang van de privacy van het individu overstijgt? In mijn ogen is het geven en nemen. De Wiv in haar huidige vorm is aan vernieuwing toe, dat staat buiten kijf. De fout die bij de modernisering van deze wet gemaakt is, zit hem in de te ruime formulering. In het formeel strafrecht bevinden zich vele waarborgen die de burger beschermen tegen invloed van de overheid. Zo mag de politie bijvoorbeeld geen huis binnentreden zonder tussenkomst van de rechter-commissaris. Dit heeft een duidelijk doel: de persoonlijke levenssfeer beschermen. Een massale vergaring van data zoals mogelijk gemaakt wordt door de Wiv in haar nieuwe vorm staat in schril contrast met dergelijke waarborgen. Hoewel men niet hoeft te vrezen voor plotselinge Orwelliaanse toestanden biedt de eerdergenoemde, ruime wijze van formuleren binnen de Wiv stof tot nadenken.
Op 11 juli 2017 is de Wiv aangenomen door de Eerste Kamer en de wet zal zoals genoemd per 1 januari 2018 in werking treden. Waarom een referendum als er niets meer aan de wet veranderd kan worden? Hoewel de wet inderdaad niet meer aangepast kan worden voor de inwerkingtreding, kan de uitslag van het referendum het debat over privacy, dat de komende jaren alleen maar relevanter zal worden, op een gunstige wijze voeden. En daar heeft iedereen belang bij.
U heeft nog tot en met 12 oktober om het referendum te steunen, dus teken gauw. Het zou zomaar eens de laatste kunnen zijn.