Als witte heteroseksuele man kom ik niet graag op voor mijn identiteit. Identiteit is namelijk iets voor losers om zich cultureel achter te verschuilen. Een witte heteroman die enkel God vreest, en dus geen tribale mensengroep aanhangt, weet dat oelieboelie roepen terwijl men al twerkend en/of billen trillende op een trommel slaat, geen blijvend effect heeft op zijn ziel. Kortom, ik haat hiphop-cultuur en houd van, en geloof nog steeds aan, Zwarte Piet.
Journalistiek is een vak bij uitstek voor blanke heteromannen. Met de onbesneden penis koloniserend infiltreren in vreemde culturen en daar dan vervolgens bij zinnen afstandelijk over schrijven. Dit maakt de joodse journalist al meteen anders dan de christelijke journalist. Het gaat niet om exodus, maar om coïtus. Niet de betrokken uittocht maar de afstandelijke intocht hoort centraal te staan.
Een journalist moet infiltreren en niet deelachtig zijn aan een gemeenschap tijdens het gemeenschappelijke nieuwswaardig verkeer. Een journalist is idealiter de permanente buitenstaander die de natte smeuïge werkelijkheid durft te betreden in al haar welriekende of stinkende eigenheid. En vervolgens daar dan over durven schrijven. Dat is journalistiek.
Ik weet nog niet of ik journalist ben of wil worden. Wat ik wel weet is dat er iets als objectiviteit bestaat. Wanneer men objectief en eerlijk is over ervaringen, komt de mannelijke energie openbaar. Seks tussen man en vrouw heet in de volksmond niet voor niets ‘de daad’. Er gebeurt iets. En dat iets, dat gebeuren, is niet louter subjectief maar zeer zeker ook objectief. Als er iets niet subjectief is, is het seks. Twee of meer subjecten vallen of smelten (sacrament) dan namelijk waarachtig samen.
De afstandelijke intocht staat centraal. Afstandelijk in de mannelijke zin dat je tijdens de geslachtsgemeenschap er iets anders overheen kan fantaseren en ideologiseren. En iedereen maar denken dat vrouwelijke seksualiteit een ongrijpbaar mysterie is. Mannelijke seksualiteit is nog meer een mysterie, hij moet immers infiltreren en fantaseren om tot een extatische ervaring te komen.
En daar dan vervolgens over durven schrijven.
