De prefabmoralist

12-11-2017 19:34

Er was eens een tijd waarin mensen in onze gebieden hun moraal ontleenden aan het christelijk geloof. De Tien Geboden en de catechismus vormden het fundament van de moraal van Jan met de pet, al was Jan analfabeet en zijn moraal bedenkelijk.

Dan was er nog een tijd waarin moraal een gedeelde moraal werd, in die zin dat met de opkomst van het socialisme en het liberalisme in de 19de eeuw andere morele beginselen opgang maakten, naast de traditionele christelijke. De Tien Geboden werden aldus aangevuld met vaak uit het christendom gedistilleerde morele principes. Christelijke naastenliefde verwerd tot solidariteit verwerd tot rigide gelijkheidsdenken verwerd tot inclusie verwerd tot sjw-activisme. Eerst de zuilen en dan de subculturen in de 20ste eeuw, boden het populace morele waarden waarop ze konden bogen. De vrome katholiek, de rechtgeaarde protestant, de ‘in de mens gelovende’ vrijzinnige en de veganistische punker/kraker verpersoonlijkten het rijk geschakeerd kleurenpalet van ‘moralen’ die het leven van de westerse mens in de tweede helft van de 20ste eeuw zin gaven.

De ontdekking van de hemel in de vorm van optimistisch marktdenken in de 20ste eeuw tenslotte, bombardeerde het individu echter meer en meer tot drager van zijn eigen moraal. De individualisering schreed voort. Conform het marktdenken en het ongebreideld consumentisme dat de regel werd, begon het aan zijn verdwijnende gemeenschap onttrokken individu zich een moraal bijeen te shoppen. Dit onder de noemer van een zulker morele principes, namelijk: ‘ontplooi uzelf.’ Aan het begin van de 21ste eeuw lijkt het tijdperk van de winkelkarretjes-moraal die daarvan een gevolg was, tot volle ontwikkeling gekomen.

Sterre shopt zich een moreel kader bij elkaar

Niet goed wetend van welk hout pijlen te maken, baseert Sterre met de pet anno 2017 haar moraal op…tja, op wat eigenlijk? Al niet op enig moreel fundament zoals dat tijdens het ancien régime bestond. Ook niet op een morele ondergrond die door een bepaalde zuil werd geboden en die indertijd als ‘modern’ werd beschouwd. Ook de subculturen-cultuur lijkt haar beste tijd gehad te hebben en plaats te maken voor één grote uniforme monocultuur, waarin iedereen hetzelfde denkt, praat en voorstaat.

De moraal waarop deze grote wereldgemeenschap van consumenten zich zou baseren wordt op eclectische wijze bij elkaar gewinkeld en toegevoegd aan het boodschappenlijstje van Sterre. Weg Oude moraal, weg Moderne moraal, welkom Postmoderne moraal. Alles is even goed en alles is even slecht. Gemakkelijk, eenduidig én het vergt geen enkele inspanning! Een postmoderne moralist hoeft enkel de hedendaagse classics af te vinken (men denke aan ‘cultural appropriation’, ‘verkrachtingscultuur’, ‘structureel racisme’,…) en hop: de duivels en demonen die deze wereld naar de verdoemenis helpen zijn bezworen!

Miserere

Helaas. Aan alle mooie liedjes komt een eind. Ook het postmoderne requiem is aan haar finale begonnen. Want de in haar met ‘duurzaamheid’, ‘eco’ en ‘no borders’ versierde consumenten droom vertoevende Sterre modaal wordt, in de confrontatie met de Ander die de islam is, gedwongen na te denken over zichzelf. En dat doet pijn. Pas nu begint het sommige Sterretjes te dagen dat er in concreto niet zo heel veel moraal meer is waarop ze hun gezapige leventjes kunnen enten. Doorgaans komen ze, indien gedwongen om een standpunt in te nemen, aanzetten met oneliners (van het boodschappenlijstje): ‘leven en laten leven’, ‘iedereen doet met zijn lijf wat hij wil’, of: ‘ieder zijn geloof’. De gemakzucht van deze algemeenheden-waarop-waarzeggers-jaloers-zouden-zijn, vormt het fluwelen pantser waarmee de westerse Sterretjes hun kolonisatoren tegemoet treden.

Sterre fietst rond. Zomaar

Geprangd tussen de afbetaling van haar bakfiets, de uitstapjes naar het shoppingcenter, de

jaarlijkse verplaatsing naar een fashionable vakantieoord en de onontkoombare existentiële vraag ‘of het volgend weekend een iPhone 8 danwel een citytrip naar Porto zal worden’, is een doordachte moraal wel het laatste waar Sterre haar kwali-tijd aan wil besteden. Het is te zeggen: moraal met consequenties, beter bekend als moraal die ook niet-leuke beslissingen impliceert.

Want weet u, Sterre geeft immers wel degelijk blijk van haar bekommernis over morele quaestiones. Die bevlogen meester Bart die haar jeugdjaren maar niet haar karakter gevormd heeft, propte Sterretjes hoofdje vol met utopische praat voor de vaak. Moraal betekende voor meester Bart: anderen een goed gevoel geven. Waarmee hij in feite bedoelde: jezelf een goed gevoel geven, maar dat zei meester Bart er niet bij.

De duiding die vriendelijke televisiegezichten-zonder-eigen-mening gaven bij de menselijke problemen en conflicten overal in de wereld, duwden Sterre verder richting utopische waanbeelden over de aard des mensen. Zich voorstellend dat de wereld in de nabije toekomst één grote safe space zal worden, huppelt en bakfietst ze zichzelf een weg door een leven waarvan de wegen nergens heen leiden.

La querelle des Anciens et des Postmodernes.

Zeker, ooit heeft Sterre op school weleens die belegen christelijke moraal tot zich genomen. En ooit heeft ze die saaie kantiaanse filosofie bestudeerd, al was het van ver. Maar wie heeft er nu nood aan zouteloze praatjes van allang begraven praatjesmakers, als het postmoderne leven zoveel te bieden heeft? Waarom doordenken over inzichten die misschien al eens belegen klinken, maar desondanks op een lange traditie en dito diepgang kunnen bogen, als Dalilla Hermans en Asha Ten Broeke hapklare millennialschrijfsels produceren waarin exact datgene staat wat Sterre op de tong ligt? De morele axis Bart-Dalilla-Asha loopt als een morele leidraad door het leven van Sterre. Weet Sterre veel dat het olijke trio van de 21ste-eeuwse moraal allang zelf de weg kwijt is…

Niet dat geen enkele Sterre weet wat moraal inhoudt, laat staan dat ze allemaal immoreel zouden leven. Ze houden zich door de band aan algemene morele principes zoals: ‘doe je naasten geen kwaad’ en ‘spreek steeds met twee woorden’. En uiteraard beleed de christen met de pet van 800 jaar geleden niet altijd de moraal die hij uitdroeg, of praktiseert de inclusiepropagandist van vandaag zijn grootse principes. Het is niet omdat je grootse morele principes uitdraagt, dat je ze ook belijdt.

Wat Sterre doet, maar waar ze zich niet bewust van is, tot op het moment waarop ze met psychische problemen begint te kampen, is dat ze als een blinde ronddoolt in een doolhof zonder uitgang. Gezien haar uiterst beperkte notie van wat tradities en doorgegeven waarden kunnen betekenen, moet ze het zien te redden zonder morele grond onder haar voeten. Alles-en-nietszeggende hashtags genre #metoo, Zwarte Piet-interpretaties die de zeer postmodern-moralistische ‘blackface’-lulkoek papegaaien en koekendozenromantische platitudes à la ‘ieder1’, vormen het pseudomorele toevluchtsoord van de Sterretjes die ons tijdvak bevolken. Enige introspectie aangaande het waarheidsgehalte van deze pop up-moraal uit het morele shoppingpaleis, is niet aan de orde. Moraal moet leuk zijn, moraal moet hip zijn en vooral: moraal mag nimmer mensen kwetsen.

Morele knopen doorhakken /= yolo.

Wel Sterre, deze laatste dingen moet moraal net wél doen. Niet moedwillig, maar wel indien je morele beginselen wilt hanteren die echt en authentiek zijn. Het is bijvoorbeeld erg hip en het klinkt bijzonder nobel om ‘niemand is illegaal’ of ‘de wereld is van iedereen’ te roepen, als je meest periculeuze bezigheid bestaat uit het naar de loungebar bakfietsen via de Lange Lozanastraat (een straat in Antwerpen. Ik kon ook de Stropstraat in Gent of de Anspachlaan in Brussel gekozen hebben.) Je ideeën, als je ze zo kunt noemen, hebben namelijk consequenties. Een daarvan is dat allerlei malafide figuren uit de vier windstreken zonder probleem in de Lange Lozanastraat, de Stropstraat of de Anspachlaan kunnen komen te leven. Diezelfde figuren houden er – zeker indien ze uit islamitische landen afkomstig zijn (wat nogal eens voorvalt) – doorgaans ietwat misogyne ideeën op na. Het zou zomaar eens kunnen voorvallen dat een groep vers (of minder vers) gearriveerde “wereldburgers” je op een blauwe maandag, wanneer je naar je werk in de Oxfam-Wereldwinkel bakfietst, bij je arafatsjaal grijpt, om je middels strijdkreten van het type ‘slet’ of ‘hoer’ duidelijk te maken hoezeer morele beginselen bij verschillende culturen kunnen verschillen.

Je kunt dan meteen ook die ergerlijke #metoo-hashtag aan de haak hangen, naast de rest van je prefabmoraal. Eventueel kan je eens aan introspectie doen. Je kunt bijvoorbeeld eens stilstaan bij de consequenties van die morele beginselen die jou ‘een goed gevoel’ moeten geven. Ga eens kijken in een of andere shariawijk (daar hoef je tegenwoordig niet zo lang naar te zoeken), leg je oor eens te luisteren bij hulpverleners en leerkrachten in ‘hete wijken’, stap eens van die bakfiets en breng een bezoekje aan al die mensen wier leven je middels de Malleus Maleficarum van de 21ste eeuw, #metoo, hebt helpen ruïneren.

En sta vervolgens eens stil bij de manier waarop je door de raddraaiers van het Westen, de prefabmoralisten, een oor bent aangenaaid.