Twee weken geleden stelden we vast dat bij het aantreden van het kabinet de hoop dat ze tot 2021 zouden blijven zitten duidelijk was gestegen. Het betekent het begin van ‘wittebroodsweken’, zoals vaker bij het aantreden van een nieuw kabinet optreed.
Maar door de discussie rondom het afschaffen van de dividendbelasting, kunnen we vaststellen dat die wittebroodsweken maar kort hebben geduurd.
Vier weken geleden wilde 41 procent dat het kabinet tot 2021 zou blijven zitten. Twee weken geleden was dat 50 procent. Nu is het terug naar 42 procent. Bij kiezers van de VVD is deze score nu 80 procent (was 93 procent). Bij de kiezers van de andere regeringspartijen ligt de score tussen de 60 procent en 67 procent (lag rond de 80 procent). Nu denkt 32 procent dat het kabinet 2021 haalt. Dat was twee weken geleden 38 procent.
Per saldo hebben de regeringspartijen deze week 3 zetels verloren. (pdf) VVD ging van 29 naar 28 zetels, CDA van 16 naar 15 en D66 van 18 naar 17. De toename met 1 zetel zien we bij GroenLinks (van 13 naar 14), SP (van 12 naar 13), FvD (van 11 naar 12).
Zo’n 57 procent vindt dat de regering het voorstel over het afschaffen van de dividendbelasting moet intrekken. Van de VVD-kiezers is dat 28 procent, van de CDA-kiezers 42 procent en van de D66-kiezers 63 procent.
Bij de antwoorden op de zeven stellingen in relatie tot de dividendbelasting zien we dat de kiezers van D66, CDA en ChristenUnie sceptischer zijn over dit onderwerp dan die van de VVD.
Alleen van de VVD-kiezers denkt 51 procent dat het goed is voor de Nederlandse economie als de dividendbelasting wordt afgeschaft. Bij de kiezers van CDA en D66 is dat 30 procent. Bij alle Nederlanders is dat 26 procent.