Bij TPO kwam dinsdag een mailtje binnen van Marinus Vermooten. U kent hem niet, maar hij is gemeenteraadslid in Den Helder. Hij werd verkozen voor Helder Onafhankelijk, een PVV-achtige lokale partij. In 2014 deed de partij voor het eerst mee en Vermooten kwam met voorkeursstemmen in de gemeenteraad. Hij splitste zich supersnel af en bleef vier jaar zitten. Nu staat hij op de kandidatenlijst van de Seniorenpartij. Vermooten vindt dat uw verslaggever ‘een riooljournalist’ is. Een argument staat er niet bij. Het zal dit stuk wel zijn. Uw verslaggever heeft Vermooten overigens nooit ontmoet.
Met de Seniorenpartij is iets mis: een visie op ouderen ontbreekt, zo blijkt niet alleen uit het programma, maar ook uit de eigen debatbijdragen. De lijsttrekker heeft een conflict gehad met de gemeente. Vermooten vindt dat kennelijk geen probleem, anders gaat hij niet op die kandidatenlijst staan. Je vraagt je af welke intenties deze man heeft om weer verkiesbaar te zijn. Maar zo’n kritische vraag, dat mag in Den Helder niet.
Dit heeft alles te maken met hoe men op lokaal niveau de term ‘journalistiek’ opvat.
Er gebeurde deze week nog iets. Dinsdagavond was er een debat bij het Junior College in Julianadorp. Daar sprak Geurt Visser. Uw verslaggever interviewde hem deze zomer. Visser werd als wethouder onsterfelijk door een schandaal met seksueel getinte appjes die hij aan ambtenaren zou hebben gestuurd. Het college wilde niet met hem verder en hij moest vertrekken. Er kwam een rapport over de zaak waaruit bleek dat Visser fout zat.
Visser wil nu terugkomen met zijn eigen partij. Iedere commentator zou zeggen: doe het niet. Visser wil niet de gemeenteraad in: hij wil weer wethouder worden. Hij is in de praktijk helemaal niet herbenoembaar maar hij lijkt zich dat niet te realiseren. Door weer mee te doen wordt zijn zaak weer opgerakeld. Dat is iets wat de journalistiek doet: uitleggen wie de kandidaten zijn, wat hun achtergrond en motivatie is en waar ze voor staan. Bij Visser gaat het dan over zijn verleden als wethouder. U raadt al hoe hij in Den Helder wordt herinnerd.
Uw verslaggever brengt dit feit dinsdagavond een paar keer via Twitter in herinnering. Opeens staat een boze mevrouw voor zijn neus. Het blijkt de nummer twee van Vissers partij te zijn. Ze wil weten waarom uw verslaggever deze zaak weer oprakelt en wat hij daar nou zelf van vindt. Het antwoord is: iedereen met kennis van zaken legt dit verband sowieso wel. Daarom zou het slim zijn geweest als Visser niet had meegedaan en elders met een schone lei was begonnen. Zijn hele deelname in Den Helder is op zichzelf zinloos.
Boze reacties op kritische vragen zijn hier in Den Helder schering en inslag. Bij hetzelfde debat spreekt een man uw verslaggever aan. Hij valt over de uitspraak dat het een raar debat is omdat de avond alleen over Julianadorp gaat: een los dorp in de gemeente. Hij meldt op dwingende, boze toon dat uw verslaggever het fout ziet: het is juist de bedoeling dat dit alleen over Julianadorp gaat. Maar Julianadorp is geen afzonderlijke gemeente en deelt dus heel veel thema’s met de rest van Den Helder. Maar Helderse thema’s die zich niet fysiek in Julianadorp afspelen worden hier genegeerd.
We wisselen een paar keer onze standpunten uit maar de sfeer wordt zo dreigend dat uw verslaggever het gesprek afkapt.
Als je pretendeert iets aan journalistiek te doen, moet je opschrijven wat er echt gebeurt. Dat mag in Den Helder dus niet: van Marinus Vermooten mag je niet kritisch schrijven over een Seniorenpartij met een flinterdun programma en een controversiële kandidatenlijst. Van de nummer twee van de partij van Geurt Visser mag je niet schrijven wat de achtergrond is van haar eigen lijsttrekker. Dat mensen in Julianadorp onderdeel zijn van de gemeente Den Helder mag ook niet in herinnering worden gebracht. Dan worden mensen boos.
Meerdere politici uit Den Helder willen sowieso niets weten van journalistieke kritiek. Hun norm is een hele andere: de lokale journalistiek hoort alleen op te schrijven wat de politicus in kwestie wenst. Dit is waarom ook De Helderse Courant zo wordt bekritiseerd: die schrijft allerlei negatieve dingen over de lokale politici. Veel politici vinden dat de journalistiek er niet is om de context en de achtergrond van gebeurtenissen te schetsen en al helemaal niet als die hen onwelgevallig zijn: de journalistiek moet alleen opschrijven wat de politici willen. Dat dat geen journalistiek maar PR is, ontgaat hen.
Zo leren we wat er gebeurt nu journalistiek lokaal op een steeds lager pitje komt te staan: de hele definitie van journalistiek verandert. Journalistiek is het verspreiden van uitspraken van politici, niet het controleren of ze ook iets zinnigs zeggen. Journalistiek is het melden dat politici aan de verkiezingen meedoen, niet of ze wellicht vreemde of ronduit dubieuze motieven hebben om deel te nemen. Journalistiek is persoonlijke aanvallen van politici aan anderen optekenen, niet opschrijven wie er in zo’n conflict gelijk en ongelijk heeft.
De lokale krant is weliswaar het laatste bastion wat nog aan lokale journalistiek doet, maar ideologisch heeft de krant de strijd allang verloren. Het hele idee over checks and balances op lokaal niveau is velen vreemd. Zo begrijpen we opeens welk medium in Den Helder het belangrijkst is. Dat is de website DenHelderActueel.nl, want die heeft nauwelijks een redactie en plaatst ook persberichten. Voor eigen PR, daar gaan de duimen van Helderse politici altijd voor omhoog.
Tot aan de gemeenteraadsverkiezingen in maart is er drie keer per week: Chris Aalberts in Den Helder. Een serie over de gemeentepolitiek van de marinestad en wat de rest van Nederland daarvan kan leren.