Het naïeve klimaatoptimisme van rechts Nederland

26-06-2018 20:43

Wat zijn mensen toch heerlijk optimistische wezens. Vol spanning zag ik begin vorig seizoen hoe Sevilla in de laatste minuut van de wedstrijd gelijk maakte tegen Liverpool (3-3) om vervolgens te zeggen: zie je wel! En dat terwijl zelfs met 2-0 voorstaan al in 98% van de gevallen voor een overwinning zorgt. Toch geloven we heilig in de comeback, dat het allemaal nog wel goed komt. Dit irrationele optimisme breekt ons op als het gaat om klimaatverandering. Ach, maar die modellen van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) die zullen vast niet zo lopen. Als we nu maar goed investeren in rendabele oplossingen dan vinden we vanzelf wel iets uit was oplossing biedt. Ja, maar een beetje opwarming is toch eigenlijk alleen maar goed voor onze kassen? Goede kans dat je deze uitspraken al een keer op een feestje voorbij hebt horen komen, of zelf in een gesprek hebt gebruikt. Toch is dit ‘klimaatoptimisme’ zo lek als een mandje. In dit stuk leg ik uit waarom.

De mens en klimaatverandering

Voordat we kunnen praten over klimaatoptimisme is er iets wat we eerst moeten behandelen: Human Induced Climate Change, door de mens veroorzaakte klimaatverandering. Iedereen kent wel een klimaatontkenner die na het lezen van een ‘verlicht’ opiniestuk denkt dat klimaatverandering komt door fluctuaties in de hitte van de zon, een tussenijstijd of door een soort mystieke natuurlijke kracht. Dat terwijl 97% van de klimaatwetenschappers beweert dat klimaatverandering door de mens een wetenschappelijk feit is en een probleem vormt. Er is wel significante onenigheid over de mate waarin. Ongeveer 20% van de wetenschappers denkt dat in werkelijkheid de situatie erger is dan de klimaatmodellen van het IPCC en 20% denkt dat het in werkelijkheid minder erg zal uitpakken.

Hoe belangrijk is nu die wetenschappelijke consensus? De beste manier om consensus uit te leggen is door het te vergelijken met een stuk vuurwerk. Stel je hebt een stuk vuurwerk gekocht en je besluit voor het afsteken van het stuk vuurwerk wat onderzoek online te doen naar je aankoop. Het blijkt dat 90% van de gebruikers het vuurwerk omschrijft als levensgevaarlijk en 10% stelt dat er een mooie kleurenfontein uit het stuk vuurwerk ontstaat. Zou je het vuurwerk dan afsteken? Is het zeker dat het vuurwerk je hand aan stukjes blaast bij het afsteken? Nee dat is het niet, maar het zou wel een ongelofelijk domme keuze zijn om het af te steken. Dit is precies hoe wetenschappelijke consensus werkt. De waarschijnlijkheid dat 97% van de wetenschappers het goed heeft, is veel groter, dan de waarschijnlijkheid dat ze er naast zitten.

Het is natuurlijk logisch dat we ons tot op zekere hoogte in ons blinde optimisme voelen aangetrokken tot het betere verhaal. Als 9 artsen zouden vaststellen dat ik ongeneeslijk ziek ben zou ik ook tegen beter weten in de 10de achterna rennen die het tegendeel beweert. Dat maakt mijn optimisme niet minder irrationeel en de waarschijnlijke waarheid dat ik terminaal ben er niet minder op. En in dit geval liegt de prognose van de arts er niet om: onze voedselzekerheid wordt aangetast, risicogebieden voor droogte, overstromingen, extreem weer en bosbranden nemen wereldwijd toe en wetenschappers spreken van een Mass Extinction Event waarin talloze diersoorten jaarlijks verdwijnen.

De trein en de afgrond

Dus als het goed is zijn we het er nu over eens dat het eindeloos CO2 in de lucht in pompen niet precies is wat we willen doen. Nu zal de klimaatoptimist stellen dat de prognoses van het IPCC te duister zijn, dat het eigenlijk allemaal niet zo heel snel gaat. Nu is mijn vraag: is dat een reden tot optimisme?

In een lezing die ik bijwoonde vergeleek de filosoof Floris van den Berg onze situatie treffend met een trein. We bevinden ons in een trein die onherroepelijk ergens een keer een ravijn in stort. We weten nu al zeker 45 jaar, sinds Limits to Growth uit kwam dat onze trein ergens gaat stoppen. Sinds dat we dit weten is de hoeveelheid CO2 in de atmosfeer enkel toegenomen. Dus, om even de zelfde analogie aan te houden, we zijn enkel harder gaan rijden. Hoe hard rijden we dan precies? Dat durf ik niet te zeggen. Waar zit de afgrond precies? Geen idee. Dit zijn enkel geen relevante vragen zolang we geen poging doen om tot stilstand te komen. De onzekerheden waar de klimaatoptimist maar al te graag bovenop duikt zijn allerminst een reden tot optimisme. Te pas en te onpas roepen klimaatoptimisten zoals Marcel Crok erg enthousiast dat de huidige data dichter bij de lage schattingen van het IPCC liggen dan bij de hoge schattingen. Dit is zowel incorrect als irrelevant, want dat zou enkel betekenen dat we meer tijd hebben om de trein tot stilstand te brengen, terwijl de realiteit is dat we geen idee hebben hoe dit moet.

De eenhoorn die duurzame ontwikkeling heet

Duurzame ontwikkeling schijnt het codewoord te zijn als het om oplossen gaat. We willen duurzaam zijn: zorgen dat onze huidige manier van leven voor de toekomst behouden kan worden. In andere woorden we willen niet boven de draagkracht van de planeet zitten. Aan de andere kant willen we ontwikkeld zijn: een hoge Human Development Index (HDI) hebben. Als je deze twee factoren tegen elkaar uitzet is er geen enkel land dat én duurzaam is én ontwikkeld. Er is dus geen enkele reden om aan te nemen, dat we weten hoe je duurzaam moet ontwikkelen, of dat we wel gaan uitvinden hoe je duurzaam en ontwikkeld leeft. En dat terwijl grote delen van de wereld toenemen in bevolkingsaantal en ontwikkelingsgraad. Elk jaar wordt het grijze vak in de grafiek kleiner, en moeten er meer mensen naartoe gebracht worden. Enig alarmisme terwijl we gezamenlijk in de trein zitten is dus wel degelijk terecht.

Linkse hobbies en de coach van Sevilla

In Nederland lijkt klimaatbeleid voorbehouden voor linkse mensen. De VVD heeft haar klimaatparagraaf uit het verkiezingsprogramma geschrapt. De FvD zwemt rond een heerlijk naïeve optimistische bubbel en de PVV stopt volledig de kop in het zand. En dat terwijl we nu in een essentiële ontwerpfase zitten. Dat vakje in de grafiek, waarin zich de heilige graal van de duurzaamheid bevindt, moet worden gedefinieerd. Daar moet rechts Nederland een visie voor hebben, want de trein raast door en een oplossing moet er komen. Tenzij dat rechts Nederland zich tegen die tijd graag schikt naar de plannen van GroenLinks.

Toen Sevilla terugkwam van een 3-0 achterstand vertelde de coach in een gepassioneerd betoog dat hij prostaatkanker had en behandeling zou ondergaan in de komende weken. Gegrepen door dit gevoel van urgentie zette de ploeg de schouders eronder om, tegen alle verwachting in, de comeback te faciliteren. De mensheid heeft nu kanker, en rechts Nederland staat met 3-0 achter, ga verdomme terug het veld op en ga scoren. Anders wordt het nooit 3-3.

 
Helaas: deze aanbieding is verlopen, maar probeer deze boeken eens