De Lexus LC 500 oogt steeds mooier. naarmate je de auto langer rijdt. Eigenlijk is het net zoals dat liedje van Ramses Shaffy: ‘Zien, huil, bid en bewonder’.
Ken jij ook zo’n meisje? Niet het knapste van de klas, maar wel het meest opvallende. Dat, naarmate je haar beter leert kennen, ook nog eens steeds mooier wordt. Zo’n auto is de Lexus LC 500. Kans is groot dat je, op dag één dat je de auto ziet, denkt: ‘wat is dit’? Carbon, glas en metaal vechten om als eerste te worden bekeken. De achterkant is breder dan de heuppartij van Kim Kardashian. Op de kont prijken twee achterlichten. die stuk voor stuk kunnen functioneren als kerstster die de Drie Wijzen de weg wees naar de stal. Vóór een enorme gril die een grimas trekt. Daarnaast de twee led koplampen, die als aura’s in het niets zweven.
Dan volgt dag drie. De baby heeft je ’s nachts urenlang wakker gehouden. Je hebt een zwaar beoordelingsgesprek voor de boeg. Toch merk je dat je fluitend op je Lexus afstapt. Met het gevoel: dit wordt zeker geen ‘another day in the office’. Je zal namelijk nooit tot de anonieme kantoorklerken behoren. Dat kan gewoon niet. In de file word je voortdurend aangestaard. Tijdens het tanken klampen nieuwsgierigen je aan. In de eenzaamheid van de cockpit vermaak je jezelf met het ontdekken van steeds weer nieuwe functies. In sommige auto’s weet je binnen een kwartiertje hoe alles werkt. Deze LC 500 geeft zich veel moeilijker prijs. Je waant je in de cockpit van een Airbus. Overal knopjes, schakelaars. Zelfs een touchpad om, ‘Sesam open u’, de vele elektronicageheimen te ontfutselen. De stoelen zitten laag en heerlijk comfortabel. De LC 500 is dan ook niet een écht, hard geveerde sportauto. Meer een Gran Tourismo. Dat wil zeggen, een auto waarbij je comfortabel lange afstanden door Europa kunt afleggen en als het kan, ook nog eens heel snel.
Wij reden met een V8, die al bij de start met een flinke grom de 477 pk’s doet ontwaken. Goed voor een acceleratie van 0-100 in zo’n vijf seconden. De LC 500, die dan opeens als LC 500h door het leven gaat, is ook verkrijgbaar met een hybride motor. Deze heeft een flink aantal paarden minder voorgespannen, maar dit model heeft dan tegelijkertijd stukken minder dorst. Bovendien is dehybride ook nog eens zo’n vijftigduizend euro goedkoper dan de V8, die een prijskaartje heeft van zo’n 166 duizend euro. Dat is veel geld. Maar hè, dit is wel het meest bijzondere meisje van de klas en zij mag ook wel wat kosten toch?