Kunstenaar Armando is zondag op 88-jarige leeftijd overleden. Dat heeft de Armando Stichting laten weten. Hij overleed in de Duitse plaats Potsdam, waar hij vaak was om te schilderen. Armando werd geboren op 18 september 1929 in Amsterdam. Hij woonde formeel in Amstelveen. Hij was kunstschilder, beeldhouwer, dichter, schrijver, violist, acteur, journalist, film-, televisie- en theatermaker.
Armando werd als Herman Dirk van Dodeweerd geboren op 18 september 1929 in Amsterdam. Hij woonde formeel in Amstelveen. Hij behoorde tot een van de belangrijkste naoorlogse Nederlandse kunstenaars. Nationaal en internationaal werd hij gewaardeerd als beeldend kunstenaar, schrijver, documentairemaker en violist.
Hij groeide op in Amersfoort, vlakbij een concentratiekamp van de Duitse bezetters. Hij zag hoe gevangenen naar het kamp werden gevoerd en deed daarvan verslag in het boek De straat en het struikgewas, waarvoor hij in 1988 de Multatuli-prijs kreeg. Zijn oorlogservaringen vormden ook de basis van zijn andere werk.
Kort na de oorlog trad Armando ‘s nachts als violist op voor Amerikaanse militairen, overdag studeerde hij. In het begin stond hij onder invloed van de experimentelen. Zijn eerste eenmanstentoonstelling had hij in 1954. In deze tijd debuteerde hij ook als dichter. Later werd hij kunstredacteur bij de Haagse Post en zat hij in de redactie van het tijdschrift De Nieuwe Stijl. In de jaren 70 en 80 schreef hij voor televisie en was hij te zien in de tragikomische serie Herenleed van de VPRO, met Cherry Duyns en Johnny van Doorn.
Hij kreeg in 1977 de Herman Gorter-prijs en in 1985 de eerste Jacobus van Looy-prijs. In 1987 kreeg hij de Gouden Ganzenveer voor zijn bijdrage aan het Nederlands cultureel bezit en de verspreiding daarvan in Europa.
Als beeldend kunstenaar werd hij in de jaren 60 lid van de kunstgroepering Nul. Eind 1998 kreeg de kunstenaar een eigen, permanente tentoonstellingsplek in Het Armando Museum in Amersfoort, in de vroegere Elleboogkerk. Een groot deel van dit werk werd in 2007 vernietigd toen het museum afbrandde. Een deel van de collectie werd gered en ging naar het Museum Oud Amelisweerd in Bunnik.
ANP