Op zijn eerste persconferentie na zijn zomervakantie weigerde premier Mark Rutte in te gaan op het prijskaartje dat aan de afschaffing van de dividendbelasting hangt.
Bronnen in Den Haag gaven eerder deze week aan dat afschaffing van de dividendbelasting fors meer gaat kosten dan de 1,4 miljard euro die in het regeerakkoord wordt genoemd. Mogelijk lopen de kosten op tot 2 miljard euro, als gevolg van de goed presterende economie. Maar ‘ik vind het netjes dat we op Prinsjesdag met het hele beeld komen’, zei Rutte. Of de afschaffing sowieso overeind blijft, wilde Rutte ook niet zeggen.
Staatssecretaris van Financiën Menno Snel (D66) wilde vrijdag ook niet ingaan op de berichten, maar gaf wel in algemene zin aan dat als een maatregel fors meer gaat kosten dan gedacht, je daar opnieuw over moet praten. “Dat is precies wat we de komende twee weken doen.”
“U noemt één belasting, maar we hebben heel veel belastingen. Ook belastingen die we gaan aanpassen, het wordt een druk belastingjaar”, voegde Snel eraan toe. “Al die maatregelen krijgen een andere raming. Die ga je optellen, dan ontstaat er een nieuw beeld, en daarover ga je besluiten.”
“Het denken moet nooit stilstaan. Maar de aard van de maatregel, daar staan we nog steeds achter.”
ANP