Interview

Chris Aalberts in gesprek met nieuwe raadsleden: Hala Naoum Néhmé, VVD-raadslid in Amsterdam

11-09-2018 10:44

VVD-raadslid Hala Naoum Néhmé

Iedereen heeft ideeën over politiek, maar hoe maak je die ideeën waar? Hoe gaat dat in de praktijk? Is het makkelijk iets te veranderen? Waar loop je dan tegenaan? In een serie gesprekken onderzoekt Chris Aalberts hoe nieuwgekozen raadsleden hun ideeën waar proberen te maken. In deze aflevering: het nieuwe Amsterdamse VVD-raadslid Hala Naoum Néhmé. Ooit was ze vluchteling uit Syrië, nu het nieuwe talent van de Amsterdamse liberalen. VVD-prominenten als Frits Bolkestein en Neelie Kroes mag ze tot haar fans rekenen.

We spreken elkaar in Café Americain. Ze geeft niet veel interviews, vertelt ze. Hala krijgt regelmatig verzoeken. Journalisten willen haar vaak over haar persoonlijke geschiedenis spreken. ‘Iedereen wil altijd weten wat ik vind van het debat over de multiculturele samenleving en over het Midden-Oosten. Ik wil best vertellen hoe ik in een azc heb geleefd of over de onzekerheid over een verblijfsvergunning, maar ik ben ook iemand die inhoudelijk dingen te melden heeft, los van integratie en het multiculturele debat.’ Hala heeft als raadslid dan ook een hele andere portefeuille: bouwen, wonen en erfpacht.

Hala: ‘De VVD heeft me zes jaar geleden voor het eerst gevraagd om politiek actief te worden. Ik heb dat steeds uitgesteld. Als ik een politicus op televisie zie vraag ik me altijd af: welke levenservaring heeft hij? Als je net afgestudeerd bent en je gaat in de Kamer grote verhalen houden… je kunt beter eerst carrière maken en iets van de wereld zien. Ik had tien jaar geleden natuurlijk minder gelezen dan nu. Ik heb meer nagedacht over grote onderwerpen in het leven. Die tijd heb ik rustig genomen. Ik ben een perfectionist. Ik ga voor het beste van het beste. Ik wil later wel minister van financiën worden, maar ik ga eerst mijn termijn afmaken in Amsterdam.’

‘Amsterdam speelt een belangrijke rol in mijn leven. Volgend jaar woon ik even lang in Amsterdam als ik in mijn geboortestad Aleppo heb gewoond. Ik woon hier sinds 2005. Toen ik hier kwam woonde ik nog maar een paar jaar in Nederland. Deze stad heeft mij veel gegeven, ik heb hier vrienden gemaakt, ik heb hier Nederlands geleerd, ik ben hier naar de universiteit gegaan. Als ik deze stad kan dienen, dan doe ik dat zonder een seconde na te denken.’

De VVD zit in Amsterdam voor het eerst in jaren weer in de oppositie. Hala wil de lat hoog leggen: ‘Ik wil een heel goed oppositielid zijn. Dat ben je als je in staat bent fundamentele kritiek te leveren. Het beleid deugt niet als de oplossingen waar het bestuur mee komt niet stroken met het probleem waarmee de stad geconfronteerd wordt. Logisch beleid is beleid wat voortvloeit uit een goede probleemanalyse. Stel dat er in Amsterdam bijvoorbeeld een wachtlijst is van 100.000 mensen die per direct een woning nodig hebben. Dan is de oplossing: 100.000 woningen bouwen. Als de voorgestelde oplossing is: 20.000 woningen bouwen, dan kan een kind je vertellen dat er iets niet klopt.’

Het blootleggen van het gebrek aan logica van het beleid is een van de belangrijkste taken van de oppositie, vindt Hala, al wil ze ook complimenten geven: ‘Oppositie zoals die wordt gevoerd in de Kamer door de SP of door GroenLinks vind ik niet geloofwaardig: “alles wat dit kabinet doet deugt niet”. Het kan niet zo zijn dat Nederland een van de best functionerende economieën ter wereld heeft en dat hier de gelukkigste mensen wonen, dat we in alle goede lijstjes in de top vijf staan, maar dat alles wat het kabinet doet niet deugt.’

Hala denkt dat het moeilijk wordt een meerderheid te vinden voor haar voorstellen. ‘Als de VVD mee had gedaan in het Amsterdamse stadsbestuur, had ik meer voor elkaar gekregen dan nu. Mijn strategie zal daarom zijn: blootleggen dat oplossingen niet stroken met de problemen en laten zien dat alternatieve keuzes mogelijk zijn.’

Het gaat dan bijvoorbeeld om de immense voorraad sociale huurwoningen in Amsterdam: ‘We weten uit de voorspellingen hoe Amsterdam eruit ziet in 2030. Dan heeft 28% van de Amsterdammers een inkomensniveau dat past bij een sociale huurwoning. Dit heeft Maarten van Poelgeest [oud-GroenLinks-wethouder, CA] berekend hé? Als je dan 57% sociale huurwoningen hebt, klopt er iets niet! We moeten verdelen naar inkomen en bouwen naar behoefte. Maar daar ga ik weinig handen voor op elkaar krijgen want uiteindelijk wordt in Amsterdam inkomenspolitiek bedreven via de woningmarkt.’

‘Je geeft nu subsidies via de woningmarkt aan mensen die dat niet nodig hebben. Scheefwoners betalen niet alleen te weinig, ze zitten ook in huizen die bedoeld zijn voor andere mensen. Zij willen vaak wel verhuizen, maar waarnaartoe? Ze zitten muurvast. Daardoor staan de echte lage inkomens nu vijftien tot twintig jaar op een wachtlijst. Daar komt bij dat de onderkant van de woningmarkt forse subsidies krijgt. Het is het opstapelen van heel veel toeslagen vanuit de rijksoverheid, dan heel veel Amsterdamse armoederegelingen, vervolgens subsidies van de gemeente aan woningbouwcorporaties via goedkope grondprijzen en korting op erfpacht bovenop de rijksgaranties voor de woningbouwcorporaties en goedkope leningen. Het stapeleffect van al die subsidies is heel verstorend.

Ook bij de erfpacht moet volgens Hala het anders. ‘Erfpacht is een heel ingewikkeld systeem maar het komt erop neer: hoe gaan we om met eigendom? Een van de belangrijkste verworvenheden van de Westerse wereld is het respect voor de persoonlijke levenssfeer. Dat onderscheidt ons van landen waar de gemeenschap belangrijker is dan het individu. Dat gaat niet alleen om vrijheid van vereniging, vrijheid van pers en dat je lichaam van jou is. Bij die persoonlijke levenssfeer hoort ook vrijheid van bezit.’

In Amsterdam ziet Hala echter wat zij ‘krakersromantiek’ noemt: ‘Wanneer je krakers verheerlijkt ontken je dat er regels zijn die zij overtreden en dat zij maling hebben aan het eigendom van anderen. De overheid hoort onze eigendommen te beschermen. Hetzelfde geldt voor erfpacht. Je bezit een huis maar de grond is niet van jou want je huurt de grond van de gemeente. Je kan in Amsterdam de erfpacht weliswaar afkopen, maar de grond wordt nooit jouw eigendom. De liberale democratie draait om een paar vrijheden, waaronder vrijheid van eigendom. Het lijkt een technisch punt maar het gaat om een van de belangrijkste pilaren waarop een liberale rechtsstaat stoelt: het recht op eigendom, dat iets van jou kan zijn.’

Is het wel aantrekkelijk om raadslid te zijn als de kans dat je echt iets bereikt zo klein is? Hala vindt van wel: ‘Het is hartstikke leuk de kiezer te laten zien dat een andere keuze over vier jaar wellicht tot betere keuzes leidt. Het mooie van een democratie is dat als de kiezer zich vergist die keuze niet voor eeuwig geldt.’

Deze maand op ThePostOnline: vijf gesprekken met nieuwe raadsleden over hun idealen. Volgend jaar zoekt Chris Aalberts ze opnieuw op om te horen wat ze met hun idealen hebben gedaan.