De reclamepostercultuur die van het Westen een soort Consumentistan maakt

14-09-2018 10:00

Wie dacht dat zwarte magie iets was uit een ver verleden, heeft het bij het verkeerde eind. Bij gebrek aan pastoors op de kansel en kwakzalvers op het marktplein, neemt het volk zijn toevlucht tot andere goeroes. Die zijn er in deze postmoderne samenleving bij de vleet. Zo zijn er life coaches, happiness coaches, lifestyle coaches, enzoverder en zo meer. Noem iets op en er bestaat wellicht een coach voor. Deze coach fungeert als deskundige, als absolute kenner – als iemand wiens woord wet is. De grond blijkt nu minstens even vruchtbaar als vroeger voor de groei van deskundigen, die hun adviezen wensen te delen met een bevolking die de weg kwijt is.

Het kan niet anders dan dat er een grote behoefte bestaat bij een groot deel van de bevolking om bijgestaan te worden op bepaalde, zo niet alle, levensdomeinen. Een andere verklaring voor de populariteit van pastoors, kwakzalvers en coaches is er niet. De Wijzen uit het verre verleden zijn nu vervangen door coaches en jury’s (die niet van het televisiescherm zijn weg te slaan), bestaande uit “deskundigen”. Allerhande richtingloze mensen wenden zich schijnbaar met veel genoegen tot deze goeroes/deskundigen en lijken zich in grootse aanbidding bij het verdict van deze Weters neer te leggen.

Muziekdeskundigen jureren audities van potentiële Pavarotti’s, kookdeskundigen doen hetzelfde met vermeende Redzepi-imitatoren, tatoeageartiesten beoordelen wannabe-tattooshopuitbaters en noem maar op. Hetzelfde geldt voor koppels wier (seks)leven niet loopt zoals de Flair of de Cosmopolitan dat voorschrijven. Zij zoeken niet langer oplossingen in een tête-à-tête in de biechtstoel bij meneer pastoor, noch in een brouwseltje van kruidnagel en rode peper. Neen, ze wenden zich tot deskundigen, zoals daar zijn seksuologen, psychologen en life coaches.

Om zich ervan te verzekeren dat de coach- en jurysamenlevingsmachine blijft draaien, oliën de marketeers van de moderne wereld de tandraderen in met een via de media verspreid emothietheater. ‘Je goed voelen’, ‘gelukkig zijn’, ‘je talenten ontwikkelen’, ‘je kwetsbaarheid omarmen’; tijdschriften en televisieprogramma’s zijn gelardeerd met emotioneel geladen woordgebruik. Dat wordt dan vervolgens omwikkeld met een strakke folie bestaande uit managementjargon. De bedoeling hiervan is om de sowieso suggestibele menselijke geest op (niet zo) subliminale wijze te kneden tot een voorverpakt product – eentje dat van a tot z gekneed is tot superconsument.

De aldus gecreëerde consumenten-die-amper-beseffen-dat-ze-producten zijn, vormen ideale “gebruikers”. (Let op het woord ‘gebruikers’. Want net zoals patiënten cliënten zijn geworden, zijn consumenten ‘gebruikers’ geworden.) Het is te zeggen: ze zijn het type gebruikers dat zonder zich vragen te stellen de in een van een strik voorziene en met goudbrokaat versierde dozen waarin zich enkel lucht bevindt, aankopen dat het een lieve lust is. Want daar draait het tenslotte om: dingen verkopen. Of dat nu auto’s, emoties, je ziel of een combinatie van dat alles is, maakt niet eens uit.

Dat de menselijke psyche zich eveneens leent tot een uitverkoop, mag niemand dus verbazen. Elke menselijke trek wordt in de DSM (Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders) opgenomen en zonodig opgedeeld in neven-trekken. Voor al die trekken worden vervolgens medicijnen ontwikkeld, tijdschriften uit de grond gestampt, trajecten voorbereid en coaches opgeleid. Een economie bovenop de economie ontwikkelt zich, met een heel eigen jargon, om het gevoel van bijzonderheid en exclusiviteit veilig te stellen.

En de mens die een bepaald karakter bezit? Hij wordt door ‘deskundigen’ begeleid richting economie bovenop de economie. De wereld die voor hem opengaat is er een gevuld met coaches, psychologen, trajectbegeleiders en andere onzaligen. De mens met zijn karaktertrekken, hebbelijk- en onhebbelijkheden wordt een cliënt. Hij wordt een gebruiker.

De arme gebruikers kúnnen ook bijna niet anders dan kopen. Ze zitten gevangen in het web van Consumentistan. Want net zoals in de kosmogonie van de hindoeïstisch geïnspireerde life coach alles met elkaar verbonden is, is ook in de wereld van Consumentistan alles aan elkaar gelinkt. De raden van bestuur van providers zoals Proximus en co, de voetbalbond, de grote mediagroepen; allen worden ze bevolkt door cumulerende politici die hun kiezers-die-ze-als-producten-behandelen laten geloven dat ze iets zullen doen aan al dat gecumuleer in de politiek. Maar ook andere maatschappelijke domeinen zijn op bijna spirituele wijze met elkaar verbonden. Journalisten netwerken bij politici, farmareuzen trakteren artsen op snoepreisjes en “artiesten” zijn kind aan huis in radio-en televisieprogramma’s van bevriende zenders. Hoezo ‘verbinden’? Alles is al verbonden!

Jan modaal koopt dus producten aan die hij in een moderne samenleving nodig heeft, daarbij de belangrijke post als ‘raad-van-bestuur’-lid van de misschien niet eens door hem gekozen politicus veilig stellend, de CEO van GlaxoSmithKline nóg rijker en Peter Vandermeersch nóg drammeriger makend.

Het komt erop neer dat Jan ‘gebruiker’ modaal door altruïstische ‘dienstverleners’ in de mogelijkheid wordt gesteld om dier producten te ‘gebruiken’. Daartegenover staat dan een verloning. Want voor niets schijnt de zon en zelfs de meest boeddhistisch geïnspireerde happiness coach moet toch ook brood op de plank hebben.

In steen gebeitelde wetten hebben plaatsgemaakt voor webinars, masterclasses en andere hip klinkende manieren om mensen te bereiken. Algemene toverformules die eertijds door het christendom de mensen werden aangereikt, hebben plaatsgemaakt voor fabrieksmatig van de band rollende toverformules in een flashy verpakking. De oude handvatten die tot doel hadden de sociale cohesie in de samenlevingen van weleer te bewaren, zijn verleden tijd. Ze zijn in de loop van de 20ste en 21ste eeuw vervangen door op maat van het individu gefabriceerde ‘leefproducten’.

Met ‘leefproducten’ bedoel ik eclectisch samengestelde pakketjes met daarin vermeende levenswijsheden. De life coach bijvoorbeeld zoekt zijn of haar programma bij elkaar door her en der inzichten die al lang geleden werden neergepend, aan elkaar te plakken. Een stukje uit de Hindoeïstische Veda’s, een snuifje Freud en als het even kan nog een bio-energetisch sausje daaroverheen. Als hedendaagse alchemisten bereiden de moderne toverkollen-van-de-levenskunst een potpourri aan halfbakken wijsheden, die ze vervolgens omsmelten en aan de man brengen als waren het goudstaven.

Dat alles wordt aan elkaar genaaid, ervoor zorgend dat de “cursus” niet te veel vereist van de “gebruiker”. Mensen anno 2018 hebben namelijk het geduld van een bonobo op speed en een aandachtsboog zo kort als het partijprogramma van DENK. Levenslang ‘Onze lieve vader’ bidden, wekelijks vroom ter kerke gaan en middels geduld en standvastigheid dingen bereiken zijn zó 1742. Moderne zoekers naar houvast en zingeving willen de dingen kant en klaar voorgeschoteld krijgen. En als het even kan binnen een zo kort mogelijke tijdsspanne de hemel bereiken.

Om nu de moderne gebruiker/consument-van-levenshandvatten ter wille te zijn, hebben die altruïstische coaches en andere businesslui hun levenswijsheden netjes opgedeeld. Trainingen worden gegeven, keurig onderverdeeld in trajecten, modules en schijfjes. Want dat ként de moderne consument. Zijn hele leven speelt zich immers af binnen één grote markt. Via Bol.com en Amazon bestelt hij ‘pakketjes’ die een bepaalde ‘content’ bevatten, in het shoppingcenter koopt hij ‘handsfree kits’ voor in zijn auto en ook zijn auto zelf werd hem verkocht met ‘packs’ en allerhande ‘features’. Dat nu ook het leven zelf een door commerciële terminologie opgeslorpt fenomeen is geworden, is dan ook slechts een logisch gevolg van die hyperconsumptie-evolutie.

Er zijn tal van voorbeelden die het bovenstaande kunnen aantonen. Ik kaart er twee aan.

Sinds kort loopt er op de Vlaamse zender VTM een programma dat ‘Koppels’ heet. Daarin figureren vier koppels, die hun relatie willen ‘boosten’. Ze willen met andere woorden hun relatie naar een hoger niveau tillen (Je kan dit vergelijken met therapeutische sessies bij psychologen en coaches, waar je betaalt om je ‘vriendschappen te verdiepen.’) En daarvoor doen ze uiteraard beroep op deskundigen. De deskundigen van dienst zijn een seksuoloog en een psycholoog. Beiden zitten de publieke vergaderingen met de vier koppels voor en geven hun duiding en opdrachten.

Wat we te zien krijgen zijn beelden die naast saai, ook potsierlijk, lachwekkend en triestig zijn. We zien vijftigers die voor de camera zitten te tongzoenen, in de zetel op elkaar liggen en schijnbaar zonder schaamte hun wederwaardigheden delen met Jan en alleman. We komen te weten waar en wanneer een koppel twintigers seks heeft gehad en hoe ze zich daarbij voelden, hoe vaak ze vroeger kusten, hoe weinig ze dat tegenwoordig doen en zo veel meer dingen waarvan een mens zich afvraagt waaróm in godsnaam íémand dat zou willen delen met de goegemeente.

Voorbeeld twee betreft het ‘Congrestival’ dat binnenkort door Forty Two wordt georganiseerd in Valkenburg. De opzet van Forty Two ‘Pause to start’ (‘voor ondernemers en bedrijfsleiders om hun kompas terug te richten op een betere versie van zichzelf – en hun business’, zoals op de website te lezen is) is, om op eigentijdse wijze ondernemers bij elkaar te brengen.

En net zoals coaches, eventorganisers, infotainmentprogramma’s et cetera, bedient ook Forty Two zich van een aaneenschakeling van voorverpakte feelgoodwoorden en festivalposterachtige verleidingsmanoeuvres. Een heuse ‘line-up’ van sprekers echoot het festivalsyndroom waaraan de hedonistische westerling sinds enkele decennia lijdt. ‘Catchy phrases’, vormgegeven in een mengtaaltje dat van kleuterachtig over puberaal naar adolescentachtig glijdt, worden ingepeperd met een stevige portie managementtaal. ‘Bijzondere dranken’ wordt ‘special drinks’ of ‘beverages’. Nootjes, chips en dergelijke wordt ‘finger foods’. De opstelling van de zaal wordt ‘set-up’. Et cetera.

Waarom? Waarom lijkt het gros van de westerse bevolking blindelings mee te stappen in deze reclamepostercultuur die van het Westen een soort Consumentistan maakt? Hoe komt het toch dat vaak ronduit debiele concepten of veranderingen zonder boe of ba worden geabsorbeerd?

Een deel van die waaromvraag valt wellicht te beantwoorden aan de hand van bovenstaande.

De hedendaagse mens is opgegroeid in een markt. Daarin bestaat privacy niet meer, wordt exhibitionisme als een deugd beschouwd en komt het voor als ware het dat er nooit een tijdperk zónder festivals, ‘beverages’, line-ups en coaches heeft bestaan. Het verleden is immers passé, versleten, niet-trendy. In het beste geval worden historische feiten dan ook verkracht en in een 21ste-eeuws jasje gestopt (Zie bijvoorbeeld de wijze waarop oude termen in musea worden vervangen door “meer adequate” begrippen.)

Komt er dan een televisiehuis bij je aankloppen met de vraag of je je relatie wil pimpen, met díé extra dat je er een gratis ‘pack’ deskundigen bijkrijgt die je zullen ‘trainen’ middels het geven van ‘to do’s’, dan zeg je gewoonweg geen ‘nee’. Integendeel, naast het voordelige deskundigen-‘pack’, krijg je er immers nog ‘exposure’ bovenop. En de vraag hoe mensen vroeger hun relationele strubbelingen aanpakten, toen er nog geen deskundigen waren om alles in goede banen te leiden? Wel, die vraag wordt niet gesteld! In Consumentistan bestáát het begrip ‘verleden’ namelijk niet! Tenzij als verlengstuk en dus op maat van Consumentistaanse managers gesneden en voorverpakt ‘event’!

En zo gaan de dingen tegenwoordig. Massaal trekken stuurloze westerlingen van coach naar deskundige en van jury naar therapeut. Volkomen bezeten door de gedachte dat hun kleine verdrietjes, hun miezerige besognes en hun lege bestaantjes dringend aan ‘product development’ toe zijn, lopen ze van hot naar her.

Vanuit fancy lofts in Antwerpen, Amsterdam, Parijs en Londen wordt er intussen middels een stevige portie lobbywerk voor gezorgd dat het ‘product’ mens zichzelf verliest in het grootwarenhuis dat Consumentistan is.

En terwijl de contemporaine westerling na zijn ‘15 minutes of fame’ in een of ander infotainmentprogramma zijn Instagramaccount een ‘refreshment’ heeft gegeven, door er foto’s op te posten van zijn perfecte gezinnetje en zijn ‘humblebragerige’ (vals bescheiden) wist-je-datjes neergepend heeft op zijn Facebookaccount, bereiden de krijgers van de profeet twee huizen verder hun volgende aanslag voor.