Reportage

Dagboek – Meindert Fennema vaart mee met de NRC Handelsblad Bootreis (8)

30-10-2018 20:29

Meindert Fennema vaart van maandag 22 oktober tot en met vrijdag 2 november mee met de NRC Bootreis op het door de krant afgehuurde cruiseschip MS Ocean Majesty. Hij houdt voor TPO zijn ervaringen bij in een dagboek.

Astrid was gister naar Tirana geweest. Ik had me voor die excursie afgemeld. Hij duurde mij te lang en ik heb genoeg naargeestige oud-communistische hoofdsteden gezien. Zij zijn zonder uitzondering naargeestig en vervallen en herinneren mij bovendien aan het feit dat ik ooit lid was van de Communistische Partij van Nederland, een partij die zich weliswaar heldhaftig gedragen had tijdens de bezetting, maar die zowel daarvoor als daarna lid was van de COMINTERN, een internationale vereniging van massamoordenaars. Bovendien beweerde ook mijn tafelgenoot en oud-ambassadeur dat er in Tirana niets bijzonders te zien was. En hij was er geweest.

‘Hoe was Tirana?’ vroeg ik Astrid bij de NRC balie. Zij vond het indrukwekkend. Vooral de manier waarop men het centrale plein, ooit het symbool van de communistische dictatuur, herschapen in een vriendelijk park, symbool van de vrijheid. Zij was ook in het museum voor moderne kunst geweest, waar een permanente tentoonstelling ingericht was van de sociaal realistische kunst, inclusief een schilderij van een kunstenaar die voor zijn werk beloond was met 13 jaar strafkamp. Pieter van Os had hen laten raden welk schilderij de aanleiding was geweest van zijn opsluiting.

‘Pieter van Os?’ riep ik verbaasd, ‘wat doet die hier?’. Ik kende Pieter uit de tijd dat wij allebei voor de Groene Amsterdammer schreven. ‘Hij doet de rondleiding in Tirana. Zijn vrouw is hier ambassadeur.’

‘Mevrouw Korthals Altes’ zei ik, die is vast familie van Aleid Korthals Altes, die burgemeester van Zeist was toen ik daar ook woonde. Diens zoon woont nu bij mij om de hoek. Misschien is Guusje wel een kleindochter.  ik had net van Ate gehoord dat er onlangs een vrouwelijk ambassadeur benoemd was in Albanië, die Guusje Korthals Altes heet. ‘Maar dat lijkt mij een ramp voor Pieter. Hij is journalist en nu kan hij zijn beroep niet meer uitoefenen en ook geen ander beroep, behalve romanschrijver, kunstschilder of toeristengids. Hij is nu de man van de ambassadeur.’ ‘Dat heb ik hem ook gezegd, ‘ zei Astrid, ‘maar hij beweerde dat hij er aan gewend was. Hij had altijd geleefd in de schaduw van zijn vader (Henk van Os, m.f.) en nu leeft hij in de schaduw van zijn vrouw.’

Over dat eerste had ik het wel eens met hem gehad op een redactieborrel. Wat je ook doet, je blijft toch altijd ‘de zoon van Henk van Os.’ Hij keek destijds een beetje mistroostig, hoewel hij beweerde dat het allemaal erg meeviel.

Maar de man van de ambassadeur lijkt me nog veel erger, je kunt je echt niets permitteren. ‘Ja’ zei Astrid, ‘hij vertelde dat hij de gasten op de ambassade in het begin wel eens vragen had gesteld, die hij als journalist gewend was te stellen, maar daar werd de ambassadeur niet blij van.’

Dat verbaasde mij niks. Toen ik mijn huidige vrouw ontmoette werkte zij nog op Buitenlandse Zaken. Zij was secretaris van de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV). Dat had ze lang genoeg gedaan, vond ze. ‘Waarom laat je je niet overplaatsen naar de Diplomatieke Dienst?’ vroeg ik haar. Dan wordt je eerst ergens cultureel attachée, vervolgens wordt je ergens eerste man (zo heet dat op Buitenlandse Zzaken, ook voor vrouwen) en dan kun je ambassadeur worden in Afrika. En dan wordt ik de Man van de Ambassadeur. ‘Jij de man van de ambassadeur?’ had mijn vrouw uitgeroepen. ‘Meindert, jij bent een veiligheidsrisico!’ Daar had ze natuurlijk gelijk in, al was dat voor haar niet de belangrijkste reden om geen ambassadeur te worden. Ze voelde er niet voor om onze dochter om de vier jaar te verkassen.

Inmiddels heb ik wel een paar mannen van ambassadeurs leren kennen, want een aantal van haar vriendinnen die zij op het ministerie had leren kennen, zijn nu ambassadeur. Ik benijd ze niet – die mannen, bedoel ik. Om major domo te zijn op een ambassade die steeds meer vanuit Den Haag wordt aangestuurd – ze besluiten in Den Haag zelfs over het meubilair van de residentie –  is geen pretje.

Vrouwen van ambassadeurs zijn van oudsher welopgevoed en hoogopgeleid, zij komen uit een goede familie en zij moeten ook nog over sociale vaardigheden beschikken; maar ze moeten niet te veel praatjes hebben. Pieter beschikt over al die eigenschappen, behalve de laatste.

Nu ik weet dat Pieter van Os ons zal rondleiden, schrijf ik mij snel in voor een excursie die morgen georganiseerd wordt naar het voormalig hoofdkwartier van de Albanese inlichtingendienst. Daar zal Pieter van Os uitleggen hoe die onder de dictatuur van Hoxha te werk ging.  Nu weet ik daar wel wat van, maar Pieter weet er ongetwijfeld meer van. En ik hoop dat ik hem dan ook nog even kan spreken. Ik ben benieuwd hoe hij dit ziet.

Pieter van Os ziet het heel anders. Hij vind het fantastisch om de man de zijn van de ambassadeur, schrijft hij mij. ‘Ken je de uitspraak van Dennis Thatcher, die ze vroegen wat zijn definitie van geluk was? Hij zei iets als: “Me, working in the garden, with my wife in the house, in a reasonable good mood.”’

Ik heb hem helaas nog steeds niet ontmoet, want ik zat bij de excursie naar Tirana in groep 3A en Pieter heeft alleen 3B en C toegesproken. Op onze ontmoeting rust vooralsnog geen zegen. Gelukkig zie ik Pieter vanavond, samen met zijn vrouw, die speciaal voor ons aan boord komt omdat wij gestrand zijn in Albanië, wegens het slechte weer in de Adriatische Zee. Vanochtend werd bekend dat er overstromingen in Venetië plaatsvinden waarbij doden zijn gevallen. De passagiers zijn blij met de beslissing om Syracuse over te slaan en drie dagen in Albanië te blijven. Toch fijn dat we daar een  ambassadeur hebben die zich bekommert. Ik zoek haar op Google Afbeeldingen. Ze lijkt verdomd op Guusje Ter Horst, maar dan jonger en met langer haar.