In het Reformatorisch Dagblad doet minister van Engelshoven haar beklag over de bezwaren van die krant met draagmoederschap voor homostellen. Wie niet enthousiast is over ‘regenbooggezinnen’, dreigt uit te komen bij de dystopie van The Handmaids Tale.
In een commentaar schreef de hoofdredactie dat God de baarmoeder opent en sluit. Dit stuitte Engelshoven tegen de borst. Deze opvatting doet haar denken aan de tv-serie The Handmaids Tale:
”De serie schetst een beeld van een christelijk, totalitair regime geleid door de mannelijke elite. Een prachtige maar verontrustende serie. Een schrikbeeld. Dus laat ik van het goede van de mens uitgaan, deze verwijzing zal puur toeval zijn.”
Van Engelshovens verwijzing naar deze tv serie en de impliciete waarschuwing voor een orthodox-christelijke tirannie is waarschijnlijk niet toevallig. In de Verenigde Staten wordt veelvuldig naar de serie verwezen om allerlei links-progressieve agendapunten te legitimeren: Het alternatief is immers een theocratisch schrikbewind van conservatieve evangelicals. Bij de demonstraties tegen de benoeming van Brett Kavanaugh in het hooggerechtshof waren ook vrouwen te zien die zich als de ‘dienstmaagden’ uit The Handmaids Tale hadden uitgedost
Deze retoriek is om meerdere redenen bedenkelijk. Ten eerste is het een manifestatie van de bipolaire persoonlijkheidsstoornis van progressieve liberals. Als er op dit moment één maatschappelijk kracht is die de potentie heeft om vrouwen een tweederangspositie toe te bedelen en te reduceren tot ‘zoontjesfabrieken’ is het wel de islam. Maar deze religie associëren zij doorgaans met tolerantie en diversiteit. Terwijl niemand bezwaar maakt tegen een televisieserie die een karikatuur maakt van het onderdrukkend potentieel van behoudende protestanten, zou een vergelijkbaar scenario met moslims die een sharia-bewind invoeren ondenkbaar zijn. Het zou niet eens tot maatschappelijk debat leiden, omdat geen televisieproducent zich daaraan zou wagen.
Ten tweede is zo’n verwijzing naar een conservatief schrikbewind wel heel doorzichtig. Het ontslaat je van de plicht om in debat te gaan met je opponent. Je doet alsof het enige alternatief voor jouw liberale opvattingen een onmenselijke dictatuur is, en natuurlijk zijn jouw ruimdenkende opvattingen dan te verkiezen.
De relatie tussen de Bijbel en draagmoederschap is overigens iets complexer dan Engelshoven doet vermoeden. Het schrikbeeld van The Handmaids Tale is niet zozeer het geloof in Gods voorzienigheid, maar de praktijk waarbij slavinnen kinderen baren voor hun onvruchtbare meesteressen. Dit gebruik is een verwijzing naar Genesis 30, waar wordt beschreven hoe de slavin Bilha een kind baart voor Jacobs vrouw Rachel. Het gaat hier nadrukkelijk niet om een goddelijk gebod, maar om een dubieuze list van Jakobs vrouw Rachel, die zelf geen kinderen kon krijgen.
Wat ons in deze Bijbelse vertelling en in The Handmaids Tale (terecht ) zo tegen de borst stuit, is precies het draagmoederschap: dat je van een vrouw vraagt om een kind te baren en dat na de geboorte af te staan aan de wensouder(s). En het is precies deze praktijk, waarbij vrouwen baren voor een homo-stel, die Engelshoven beschouwt als ‘terecht een grote stap voorwaarts’. Natuurlijk wordt bij hedendaagse vormen van draagmoederschap over het algemeen een vrije keuze van de draagmoeder verondersteld (al staat die vrijheid vaak wel onder druk, als draagmoeders ook uit economische noodzaak handelen). Maar zelfs dan geldt dat de relatie tussen de biologische ouders en het kind een diepe en levenslange impact heeft. Het maakbaarheidsgeloof van progressieve beleidsmakers, waardoor de natuurlijke relatie van ouders en kinderen onder druk komt te staan van de kinderwens van volwassenen, brengt ons juist opmerkelijk dicht bij de de fictieve theocratie van Gilead.