“Als je te horen krijgt dat er een gezin van zes personen uit Syrië naast je komt te wonen, is dat toch even schrikken. Wat staat je te wachten? Wat voor mensen zijn het?
Je krijgt verder ook geen enkele info van de woonstichting, gemeente of vluchtelingenwerk.
Je gaat er vanuit dat het mensen zijn die gevlucht zijn voor de oorlog in Syrië, en gunt ze natuurlijk een menswaardig leven. Dus we vinden het prima dat deze mensen worden opgevangen in ons land, totdat ze weer terug kunnen keren naar Syrië als het daar weer veilig is.
Omdat je verder van geen enkele instantie info krijgt, ga je zelf info verzamelen. Uiteindelijk kom je erachter dat dit gezin reeds al was opgevangen in Jordanië. Maar dit gezin van zes personen, werd direct uit Jordanië overgevlogen naar Nederland. En werd per luxe touringcar direct naar de eengezinswoning naast ons gebracht.
(Per jaar worden er 750 vluchtelingen tijdens ‘selectiemissies’, direct overgevlogen en geplaatst in woningen in Nederland.)
Van vrijwilligers, die het huis aan het inrichten waren vóór de komst van de ‘statushouders’, krijg je dan te horen, dat deze woning eigenlijk te duur was, maar dat andere woningen niet netjes genoeg waren voor deze ‘statushouders’.
Je houdt er rekening mee dat deze mensen natuurlijk een tijdje nodig hebben om te acclimatiseren en zich aan te passen aan onze Nederlandse cultuur.
Goed, de mensen zitten in de woning naast ons. Ze spreken geen woord Nederlands of Engels, dus communiceren is in het geheel niet mogelijk.
Het is al heel snel duidelijk dat deze mensen een compleet andere levensstijl hebben. Ze liggen overdag gedeeltelijk op bed, en leven ’s nachts door tot ongeveer 04:00 uur. Ze houden ons ’s nachts wakker met het slaan met deuren, schreeuwen, tv die hard aanstaat etc. Na een waarschuwing gaat het een paar dagen goed, maar dan is er uiteindelijk toch weer een hoop kabaal midden in de nacht. Ook nemen ze het niet zo serieus met hygiëne en netheid rondom het huis.
Ze zijn bezig met schilderen, maar hebben het voor elkaar gekregen dat er witte verf door onze schutting heen komt en op onze nieuwe terrastegels terecht komt waardoor we voor 700 euro schade hebben opgelopen. Is dom, maar kan gebeuren, ze doen het niet expres. Wij gaan er van uit dat ze daarvoor verzekerd zijn. Maar vluchtelingenwerk geeft aan dat ze nog niet verzekerd zijn omdat ze nog maar net in Nederland zijn. Bij Vluchtelingenwerk weten ze ook niet wat ze er nu mee aan moeten en de vrijwillige begeleider van geeft nu aan dat de statushouders dat dan maar van hun eigen leefgeld moeten betalen.
Omdat de vader van het gezin aangaf dat hij het geld er niet voor had en omdat we het ook wel een beetje zielig vonden hebben we het voorval bij de rechtsbijstand van onze verzekering neergelegd. Ook omdat we geen enkele medewerking kregen van de gemeente, woonstichting, vluchtelingenwerk en COA, hebben we de rechtsbijstand ingeschakeld.
Onze rechtsbijstand gaf aan dat wij absoluut een procedure zouden winnen, maar dat het een langdurig traject tegen COA zou worden. Onze verzekering bood ons een afkoopregeling aan voor de helft van het schadebedrag. Dit aanbod hebben we uiteindelijk maar aangenomen. Maar eigenlijk is dit geld gewoon afkomstig van de premie die wij al jaren betalen.
Maar wat schetst onze verbazing: direct de week erna komen er diverse aanhangers met meubels bij hun aan. Er gaat een televisie naar binnen, die drie keer het formaat van onze televisie heeft. Boodschappen worden met een bestelbus aan huis gebracht.
Ze zijn nu ruim vier maanden in Nederland, en hebben nu al een auto aangeschaft. Een luxe Peugeot stationwagen.
Dat zet toch zeker kwaad bloed bij ons. Ze hebben het nu al beter voor elkaar dan menig Nederlander. Het is geen wonder dat mensen (Nederlanders) hierdoor compleet anders gaan denken over vluchtelingen. Wíj moeten er voor werken, en zíj hebben deze luxe zónder er voor te hoeven werken. Ze liggen overdag op bed, leven ’s nachts en zorgen voor geluidsoverlast ’s nachts. Ze houden ons ’s nachts wakker, terwijl wij er weer vroeg uit moeten om te werken. Ze passen zich nog steeds niet aan onze Nederlandse leefgewoonten aan ondanks alle waarschuwingen die ze intussen gekregen hebben van de woonstichting en vluchtelingenwerk. Peuken en afval wordt uit het raam gegooid, en ga zo maar door.
Wij hebben deze ‘statushouders’ absoluut de kans gegeven om geaccepteerd te worden. Maar door hun arrogante houding en het niet willen aanpassen aan onze Nederlandse leefgewoonten zijn wij helemaal klaar met dit Syrische gezin.
Tot op heden hebben we nog geen enkele medewerking gekregen van de gemeente, vluchtelingenwerk of woonstichting, dat resultaat heeft opgeleverd.
Is zelf verhuizen de laatste optie? Wat nu?”
Een inwoner van Epe (Gelderland). Naam bij redactie bekend.