De mars der dwaasheid is de Nederlandstalige titel van een fascinerend boek van Barbara Tuchman. De tijd zal leren wat er in akkoorden als Parijs, het Nederlandse klimaatakkoord of het Amsterdamse Actieplan Schone Lucht als voldoende boekwaardig dwaas wordt aangemerkt.
De mondiale bevolkingsomvang van ruim zeven miljard mensen, regionaal soms ‘explosief’ verder stijgend, leidt reeds tot allerhande problematiek. Als daar bovenop het menselijk handelen als hoofdoorzaak van onwenselijke klimaatverandering wordt beschouwd, is het toch wel eens tijd voor een streven naar mondiale bevolkingsplanning. Om op termijn met een kleinere populatie qua leefruimte, grondstoffen, voedsel&watervoorziening en energiebehoeften alles te kunnen ‘schaffen’ zonder de natuur (verder) te slopen en de planeet te vervuilen.
Ondanks het overduidelijke directe verband tussen bevolkingsomvang, en CO2-uitstoot en vervuiling, schitteren voorstellen om tot bevolkingsplanning te komen door afwezigheid in alles van ‘Parijs’ tot het Nederlandse klimaatakkoord. Dit gegeven alleen is reeds voldoende dwaasheid voor een boek.
Hoewel veel publieke discussies over de ’97 procent (klimaat)wetenschappelijke consensus’ gaan, laat dit artikel deze voor wat ze zijn. Waar het om gaat is dat er allerhande internationale en nationale plannen zijn of worden gesmeed om wat aan een verwachte en onwenselijk geachte temperatuurstijging te doen. Dit artikel gaat in op een aantal van dergelijke plannen en hoopt hier enige ‘stof tot nadenken’ mee te leveren. Waar zelfs de nadruk op ligt. Meer precies, fijnstof (PM 2.5, PM10 e.v.).
Zowel in Nederland als daarbuiten wordt het elektrisch rijden gepromoot. Waar in Nederland miljardensubsidies mee zijn gemoeid. Bij de promotie van elektrisch rijden wordt er flink op los gelogen. Zo schrijft bijvoorbeeld de PvdA in haar ‘Plan elektrisch rijden‘:
“Elektrische auto’s hebben de toekomst. Ze stoten geen broeikasgassen uit”.
Totale quatsch waar zelfs EU-parlementaire publicaties de vloer mee aanvegen:
Afgaande op diverse (meta) studies is er in het beste geval, vooral afhankelijk van de wijze van energieopwekking, hooguit CO2 uitstootvermindering te verwachten van elektrisch rijden. Of zelfs dat niet (* recente Duitse studie).
Wat echter nogal onderbelicht blijft is dat E-auto’s over hun hele productie en gebruiksketen nauwelijks minder en mogelijk zelfs meer vervuilen dan diesel-benzine versies (met name qua fijnstof). Een en ander blijkt uit meerdere studies naar elektrisch rijden: 1* + 1A* .pdf, 2, 3. Heeft het propageren van elektrisch rijden, sterk afhankelijk van de wijze van energieopwekking, wél validiteit inzake CO2-uitstootreductie, het propageren als ‘uitstootvrij’ is een meervoudige valse boodschap.
Al helemaal als je naar de praktijk kijkt. Die in Nederland voorop. Ondanks de propaganda met wetenschappelijk koeterwaals als ‘schone elektronen‘ (PvdA Energievisie .pdf), stromen deze maar in bescheiden aantallen uit de laadpalen voor E-auto’s. Met het klimaatakkoord moeten ‘we’ van het relatief schone gas af om over te schakelen op duurzaam opgewekte energie. Naast windturbines en zonnepanelen ook in centrales op biomassa(bijstook). Behalve het sowieso al zeer controversiële palmolie vallen ook houtpellets onder de categorie biomassa. Het meeste gestookte hout wordt geïmporteerd. Er wordt echter ook gestookt op ‘resthout’ of hout bijvoorbeeld afkomstig van ‘bosonderhoud’. De (bij)stook van houtpellets wordt in Nederland net als de stimulering van elektrisch rijden met miljarden aan subsidies ondersteund.
Het is een levendige business. Met zeer twijfelachtige positieve resultaten voor CO2-uitstootvermindering (zie easac.eu rapport .pdf ) of minder vervuiling. Om van de rest maar te zwijgen. Mogelijk eindigen de 14.400 bomen die Amsterdam kapt als houtpellets in zo’n centrale. Administratief ‘CO2-neutraal’ bosvriendelijk gemaakt door het op te voeren als het genoemde ‘resthout’ of hout afkomstig van ‘bosonderhoud’.
Er is al vrij lang sprake van verdwazing rond milieu- en klimaatgerelateerde zaken. De invoering van de OV-chipkaart is er een voorbeeld van. De eenvoudige elektromagnetisch werkende stempelautomaten – alleen ‘aan’ als de voertuigen in bedrijf waren – werden vervangen door een scansysteem werkend met tienduizenden energieverbruikende palen, poorten en beeldschermen. Die veelal 24/7/365 aan staan. Er is geen (verplichte) ‘milieueffect rapportage’ voor de invoering van de OV-chipkaart te vinden.
Zowel politieke partijen als allerhande organen lijden aan een groot gebrek aan diversiteit. Ze worden bevolkt door voornamelijk alfa’s en gamma’s. Het aantal bèta’s en ‘techneuten’ kun je onder een postzegel plakken. Onder hun woordvoerders en PR-apparatchik zijn de verhoudingen nog droeviger gesteld. Reden waarom populistische platitudes als ‘Voor het klimaat’ (D66) welig tieren en waarom de verdwazing van klimaat voor- en achtervoegsels niet meer bij te houden is. De verdwazing maakte dat velen CO2 inmiddels als een vervuilende giftige stof beschouwen. En ze happen al zoveel stof. Zo wordt gezegd.
Het stof happen passeert ook in het Amsterdamse Actieplan Schone Lucht. In het persbericht hiervan staat:
“Er wordt daarbij ingezet op het vervangen van benzine- en dieselmotoren door uitstootvrije alternatieven zoals elektrisch vervoer en aandrijving op waterstof.”
Het is duidelijk dat de schrijvers van het actieplan totaal niet gehinderd worden door enige wetenschappelijke of (milieu)technische kennis van zaken. Ze lezen evenmin de Volkskrant of negeren artikelen als de inhoud niet bij hun dogma’s passen. E-auto’s zijn niet ‘uitstootvrij’, en produceren niet of nauwelijks minder fijnstof. Waar eerder deze week een TNO/NEA statistiek over passeerde, dat een rijk social media leven ging leiden. Onderstaand de complete statistiek (dank aan Thomas Schlijper):
De NOS schrijft over het Amsterdamse plan:
“De luchtkwaliteit in de hoofdstad is de afgelopen tien jaar al een stuk verbeterd, zegt de gemeente. De metingen laten zien dat de fijnstofconcentratie langzaam daalt, maar die van stikstofoxide in zeer drukke straten iets is gestegen.”
Wat het ‘langzaam daalt’ aangaat, in werkelijkheid gaat het landelijk om ruim een halvering sinds 1990. Het aandeel van het wegverkeer daalde nog scherper. Wat zelden of nooit, zeg maar, ‘de NOS’ haalt. En elke politicus of journalist kan de periodiek uitgebrachte relevante CBS statistieken lezen.
Dan blijkt dat de uitstoot van PM10 (fijnstof) in 1990 voor alle bronnen (in miljoenen kilo’s): 77,26 bedroeg. In 2017 meer dan gehalveerd tot 29,34. PM10 uitstootaandeel wegverkeer in 1990: 17,32. In 2017 gezakt tot 4,53. Ook de uitstoot van stikstofoxide (N2O) is landelijk sinds 1990/2000 gehalveerd. Het blijft sinds 2013 wel licht schommelend gelijk. Dito voor het wegverkeer, waarvan de uitstoot sinds 2000 overigens nauwelijks gedaald is*.
En wat de suggestie van eerder doodgaan door vervuiling betreft heeft het CBS eveneens een op z’n minst stof tot nadenken gevend verslag online staan. Samengevat: In 2000 bedroeg de gemiddelde levensverwachting voor 65-jarigen ruim 17 jaar (verder stijgend, kennelijk met uitzondering van Amsterdam).
Bedenk daarbij dat deze ‘2000’ senioren een groot deel van hun leven hebben doorgebracht in kolendamp, rijdend in kat-loze auto’s, alles etend wat heden als dodelijk wordt beschouwd. Men rookte veel meer dan nu en meeroken deed iedereen. Dit was tot in de jaren tachtig min of meer normaal. Het is eigenlijk een wonder dat ze in 2000 hun 65e haalden, én nog 17 jaar meekonden.
* Er lijkt voor de stikstofoxide (N2O) cijfers een anomalie te zitten in de CBS statistieken, zie de 1990-2000 verschillen aldaar. Niet te verklaren met de toename van het aantal auto’s. Ook worden voor diverse uitstoot verschillende cijfers opgevoerd onder de noemer ‘wegverkeer’ in de totalen en de aparte wegverkeer statistieken.