Bij ernstige gebeurtenissen is de eerste reflex meestal het instellen van een onderzoekscommissie, vaak geïnitieerd door bewindslieden. Recente voorbeelden zijn het onderzoek naar de vuurstapel in Den Haag, het seksueel misbruik bij Promedos, het politieoptreden tijdens het voetbalduel Ajax-Juventus, het gegoochel met misdaadcijfers bij de politie, waar staatssecretaris Harbers vrolijk aan meedoet als het om asielzoekers gaat en onderzoek naar misstanden bij interlandelijke adoptie. Inmiddels worden we in Nederland een beetje ‘onderzoek moe’ en krijgen we een hekel aan deze geldverslindende en onnodige vertragingstactieken.
De meeste onderzoeken hebben iets onoorbaars gemeen. De onafhankelijkheid van de commissieleden staat vaak ter discussie. Tjibbe Joustra onderzoekt Promedos, waar VVD-partijgenoot Ed Nijpels voorzitter is van de Raad van Toezicht. Burgemeester Femke Halsema gelast een onafhankelijk onderzoek naar het politieoptreden bij Ajax-Juventus en deze opdracht verstrekt zij aan haar eigen veiligheidsadviseur. Politiefunctionarissen beschuldigen hun superieuren van gesjoemel met misdaadcijfers en de korpsleiding doet zelf onderzoek. Verder laten de onderzoeksresultaten veel te lang op zich wachten. Door de stroperige aanpak gaan de scherpe kantjes van de uiteindelijke bevindingen af en resteren slechts vage conclusies en aanbevelingen. De onderzoeken worden voornamelijk geleid door (gewezen) politici en bestuurders die er nog een ‘vriendschappelijk klusje’ bij mogen doen. Bovendien kun je je afvragen of in sommige situaties onderzoek wel nodig is, omdat het iets uitstraalt van ‘tijd kopen’ en het uit de wind houden van verantwoordelijke bestuurders en toezichthouders die opzichtig hebben gefaald. Het is dan ook niet vreemd, dat we regelmatig niets meer vernemen van de onderzoeksresultaten.
Natuurlijk zijn er complexe situaties die intensief onderzoek vergen, zoals bijvoorbeeld de MH 17- ramp, de moord op Anne Faber en het drama met de Stint in Oss. Deze worden dan ook door de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) uitgevoerd. Voor het merendeel van de eenvoudige onderzoeken zou ik echter willen pleiten voor een ‘spoedonderzoek’ met heldere spelregels. Dit naar analogie van het snelrecht en het kort geding binnen de rechtspraak.
Een spoedonderzoek alleen als het echt nodig is, omdat verspilling van gemeenschapsgeld moet worden vermeden. De onderzoekscommissie moet volstrekt onafhankelijk zijn en worden geleid door een materiedeskundige (bij voorkeur een ‘Onbekende Nederlander’). De commissie moet binnen uiterlijk zes weken haar eindrapport presenteren en de resultaten voor een breed publiek toegankelijk maken. Dit voorstel van versneld en onafhankelijk onderzoek komt overeen met de ideeën van Professor Pieter van Vollenhoven, die hij recentelijk heeft opgetekend in zijn boek Oproep van een Waakhond, dat naar aanleiding van zijn 80e verjaardag is uitgegeven.
Velen zullen denken dat zorgvuldigheid boven snelheid gaat. Echter met een voortvarende efficiënte en effectieve aanpak hoef je de zorgvuldigheid geenszins geweld aan te doen. Integendeel. Het bevordert de kwaliteit zelfs. Kortom, een idee dat gelet op de significante voordelen een nadere analyse rechtvaardigt. Het is wel belangrijk dat een onafhankelijke instantie toetst en bewaakt dat spoedonderzoeken volgens de regels worden uitgevoerd. Dat zou een Nationale Veiligheidsinspectie kunnen doen zoals van Vollenhoven suggereert, maar het zou ook een taak kunnen zijn van de Stichting Maatschappij en Veiligheid. Uiteindelijk moet het maatschappelijk belang ermee zijn gediend en doet het recht aan gedupeerden door snel helderheid te verschaffen.