Het had de week van Henk Otten moeten worden. De FvD-partijoprichter werd vakkundig in de aanloop naar de Provinciale Statenverkiezingen gelanceerd als een nieuw landelijk FvD-gezicht. Hij beklom de podia in allerlei provincies. We horen het Thierry Baudet nog roepen: ’Hier is Henk Otten!’ Applaus. Hier stond de nieuwe fractievoorzitter van FvD in de Eerste Kamer. Onzin natuurlijk, want de fractie zou later zelf wel bepalen wie er fractievoorzitter zou worden, maar dat soort details, daar houden ze bij FvD niet van. Otten was de nieuwe man.
Achteraf weten we dat de werkelijkheid anders was. Waarschijnlijk was al dat enthousiasme van Baudet voor Otten volstrekt gespeeld want de relatie was al een tijdje bekoeld. Toch een omhelzing, ieder podium weer. Er gebeurde precies wat altijd al tot de mogelijkheden had behoord: Otten zou helemaal geen fractievoorzitter worden. Hij bleek immers te veel praatjes te hebben. Helaas voor FvD: de kandidatenlijst was al vastgesteld en dus kon Otten niet meer worden afgevoerd. Gelukkig kon men met de eigen Statenleden afspreken op wie men wel en niet voor de Eerste Kamer moest stemmen.
Iedereen begon te rekenen: hoeveel stemmen hebben de verschillende partijen in de verschillende provincies en wat zijn de stemgewichten? Hoe kon men ervoor zorgen een maximaal aantal restzetels binnen te slepen én interne criticasters als Henk Otten en Robert Baljeu uit de Eerste Kamer te weren? Men kwam al snel tot de conclusie dat Otten niet uit de Eerste Kamer te weren was, of FvD-Statenleden moesten op andere partijen gaan stemmen. Dat ging zelfs FvD te ver.
Voor alle sommetjes geldt: je kunt ze maken en bedenken hoe de uitslag zo goed mogelijk uitvalt. Het probleem blijft: alle Statenleden moeten zich dan bij de stemming aan de afspraken houden om die uitslag ook echt te realiseren. Kleine kans dat dat lukt nu er nog Otten-sympathisanten aanwezig zijn. Afspraken maken met andere partijen ging ook al niet. FvD had kunnen weten dat PVV’ers wellicht op FvD wilden stemmen maar er was geen overleg over. Zo stemden twee PVV’ers op FvD in de hoop op een dertiende FvD-zetel, terwijl FvD die inmiddels aan de SGP had geschonken: er was toch niet voldoende personeel.
De FvD-Statenleden stemden massaal op nummer 2: Paul Cliteur. Er blijken onder de tientallen FvD’ers in de provincie nog vier vrienden van Henk Otten over: eentje in Noord-Holland (waarschijnlijk Baljeu), twee in Flevoland en eentje in Noord-Brabant. De andere FvD-Statenleden realiseerden zich niet dat als Otten gemakkelijk van het podium kan worden geduwd, dat henzelf ook kan overkomen, hoe Baudet-vriendelijk ze zich ook opstellen. Of men had geen zin in intern gezeur, dat kan natuurlijk ook. Intern zal men er alles aan doen om uit te vinden wie die Otten-vrienden zijn.
De Statenleden deden nog iets: onverkiesbare kandidaten werden omhoog gestemd zodat Baljeu nu op de een na laatste plaats staat. We weten door de stemming ook dat iemand anders bij FvD nóg minder vertrouwen geniet: het Amsterdamse duo-raadslid Sytze van Odijk, die op de laatste plaats terecht is gekomen. Hij had gemakkelijk omhoog gestemd kunnen worden zodat Baljeu helemaal onderaan zou staan, maar dat deden de FvD-Statenleden niet. Men heeft kennelijk liever Baljeu.
Het veranderen van de volgorde heeft praktisch nauwelijks een gevolg: Otten komt nog steeds in de Senaat, en waarschijnlijk nemen twee van de drie kandidaten die met voorkeursstemmen zijn gekozen hun zetel niet in: Tweede Kamerlid Theo Hiddema doet dat zeker niet, Hugo Berkhout moet ervoor van Cyprus naar Nederland verhuizen. Als er een FvD’er opstapt, zullen Baljeu en Van Odijk als allerlaatsten in aanmerking komen voor de vrijgekomen zetel. In theorie is daarmee de weg vrij voor een toekomstig senatorschap van Hiddema.
Maar er is nog een effect: de gekozen FvD-Senatoren kunnen nog maar nauwelijks weg, want er is een kans dat hun zetels toevallen aan Baljeu of Van Odijk. Er staan negentien kandidaten op de lijst en er zijn er twaalf gekozen. Rob Roos en Rob Rooken gaan naar het Europees Parlement. Theo Hiddema en Hugo Berkhout komen er nu niet in. Robert Baljeu en Sytze van Odijk zijn ongewenst. De komende vier jaar kan dus maar één FvD’er zonder problemen uit de Senaat vertrekken, want er is één vervanger over: Bob van Pareren. Anders worden de zetels door de verkeerde mensen ingevuld of blijven ze onbezet.
Die arme FvD-Senatoren. De partij dacht ongeveer zes zetels te halen. De kandidaten op onverkiesbare plaatsen dachten ongetwijfeld ‘er toch niet in te komen’. Nu zitten ze er wel. Hebben ze tijd voor deze klus? Of zitten ze liever over een paar jaar in de Tweede Kamer? Niemand weet het, maar het maakt allemaal niks uit: ze kunnen niet weg want vervanging ontbreekt.
Chris Aalberts onderzoekt dit jaar de opmars en ontwikkeling van Forum voor Democratie. Hij gaat op bezoek bij campagnebijeenkomsten, ledenactiviteiten en vergaderingen in Amsterdam, Den Haag, Brussel en de provincie waar FvD-politici het woord voeren. Ook gaat hij in gesprek met FvD-politici, hun collega’s en hun achterban. Doet FvD wat ze aan haar kiezers belooft, wat is in de praktijk het politieke geluid van FvD en welke politici krijgen de kans een eigen plek in de schijnwerpers te bemachtigen?