De bestuursrechter in Den Haag heeft maandag de intrekking van het Nederlanderschap van een veroordeelde Syriëganger in stand gelaten. Ook mag hij tien jaar lang Nederland niet meer in. De in 1994 in Amsterdam geboren man had behalve de Nederlandse ook de Marokkaanse nationaliteit.
De man had bezwaar gemaakt tegen intrekking, omdat dit in strijd zou zijn met het discriminatieverbod, maar de rechter deelt die mening niet. De maatregel kan iedereen met een dubbele nationaliteit treffen die voor terroristische misdrijven is veroordeeld, aldus de rechtbank. Het is de uitdrukkelijke keuze van de wetgever geweest, stelt de rechter, dat na een onherroepelijke veroordeling wegens terroristische misdrijven het Nederlanderschap wordt ingetrokken, tenzij er sprake is van bijzondere omstandigheden. Die zijn er in dit geval niet.
Het inreisverbod van tien jaar is volgens de rechtbank gerechtvaardigd, omdat in de eerder gevoerde strafzaak is vastgesteld dat de kans groot is dat de man opnieuw terreurdaden zal plegen en niet of nauwelijks is gebleken dat hij afstand heeft genomen van zijn radicale denkbeelden.
De man reisde in juli 2013 naar Syrië en keerde in februari 2014 terug naar Nederland, met zijn partner. In april 2014 is hij aangehouden en in december van dat jaar veroordeeld tot drie jaar cel. In hoger beroep werd hem vier jaar opgelegd, waarvan twee jaar voorwaardelijk. De man is onder meer schuldig bevonden aan het voorbereiden van moord en doodslag, met terroristisch oogmerk, en aan opruiing. Hij is naar Syrië vertrokken om deel te nemen aan de gewapende strijd. De man tekende beroep in cassatie aan, maar trok dat later weer in. Daarmee werd zijn veroordeling onherroepelijk.
ANP
