De in 1952 aangetreden koningin Elizabeth II heeft al met veertien Britse premiers gewerkt en volgens Engelse media zou ze pas kortgeleden voor het eerst hebben gevraagd of ze een premier kon ontslaan. Het land heeft geen grondwet, veel verloopt volgens allerlei andere geschreven en ongeschreven regels. Elizabeth zou zich daarom tot raadgevers hebben gewend met de vraag wat ze als vorstin kan doen om een premier te ontslaan. Ze worstelde volgens anonieme bronnen met de vraag, nadat premier Johnson het parlement had geschorst en er een juridische en politiek strijd was losgebarsten over de rechtmatigheid van die schorsing. Het hooggerechtshof heeft de schorsing afgelopen week in een vernietigend oordeel over Johnsons optreden ongedaan gemaakt. De premier heeft de koningin inmiddels zijn excuses aangeboden voor de schorsing.
Lees ook – Dossier Brexit
Hij is echter niet onder de indruk van de opperrechters en diende zijn ontslag niet in. In plaats daarvan daagde hij de oppositie uit voor nieuwe verkiezingen te kiezen en hij herhaalde dat hij het land hoe dan ook 31 oktober uit de Europese Unie haalt.
De koningin zou volgens de zegslieden niet zelf willen ingrijpen, maar enkel willen weten wat haar staatsrechtelijke positie is. Wat als bijvoorbeeld Johnson ook zijn ontslag niet komt aanbieden wanneer het parlement een motie van wantrouwen tegen hem aanneemt.
Het fundament van het stelsel is dat de vorst nog steeds de macht om te regeren heeft, maar dat die dat niet meer zelf doet. Sinds de 18e eeuw doen regering en parlement dat voor hem of haar. De vorst kan in de praktijk geen initiatief meer nemen en handelt enkel op aanwijzingen van premier en regering. Maar ‘in een zeer ernstige constitutionele crisis’, kan hier toch van worden afgeweken, zo bevestigde in 2003 nog een speciale commissie van het Lagerhuis.
ANP