De grote pensioenfondsen hoeven nu geen kortingen door te voeren, maar de kans bestaat dat de pensioenen komende jaren alsnog omlaag moeten. Daarvoor waarschuwt onder meer ambtenarenfonds ABP in zijn jaarbericht. Volgens het grootse pensioenfonds van Nederland is het zaak dat het kabinet en de sociale partners haast maken met de uitwerking van het pensioenakkoord. “Nu hebben we een goed beleggingsjaar achter de rug, maar we verwachten dat de rente de komende jaren laag zal blijven en ook verwachten we, net als andere grote beleggers, lagere rendementen van gemiddeld rond de 4 procent”, zegt ABP-voorzitter Corien Wortmann-Kool.
Het fonds behaalde met zijn beleggingen in 2019 een jaarrendement van bijna 17 procent, oftewel 67 miljard euro. Toch blijft de financiële positie penibel. De verplichtingen liepen door de gedaalde rente met 65 miljard euro op, waardoor de dekkingsgraad bleef steken op 97,8 procent. Dat betekent dat ABP voor elke euro die het in de toekomst aan pensioenen moeten uitkeren, nog net geen 98 eurocent in kas heeft.
Minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken kwam in het najaar al met maatregelen om pensioenverlagingen voorlopig te voorkomen. ABP hoefde van die regeling uiteindelijk geen gebruik te maken, maar metaalfondsen PME en PMT wel. De eisen waaraan fondsen moesten voldoen, liepen uiteen. Bij PME en PMT, en ook bij zorgfonds PFZW, eindigden de dekkingsgraden rond de 99 procent.
Bij alle vier de grote fondsen klinkt opluchting dat het jaar 2019 met een sisser is afgelopen. Maar de voortdurende dreiging van kortingen, ligt gevoelig. “Onze deelnemers worden er tureluurs van”, zegt werknemersvoorzitter Jos Brocken van PMT. PFZW-directeur Peter Borgdorff ziet graag dat er snel duidelijkheid komt over het nieuwe pensioenstelsel. “Wij kijken uit naar het moment dat we écht goed nieuws kunnen melden: een pensioen dat – als het goed gaat met de economie – kan meegroeien met de stijgende prijzen.”
Overigens is het volgens deskundigen niet per definitie goed nieuws dat massale pensioenkortingen nu door tijdelijke maatregelen uitblijven. Daardoor wordt de kans dat er later gekort moet worden juist groter, stelde ABN AMRO-econoom Piet Rietman in december nog. Ook toezichthouder De Nederlandsche Bank (DNB) heeft al meerdere malen aangegeven geen voorstander te zijn van het vooruit blijven schuiven van kortingsmaatregelen.
ANP