Bedrijven die momenteel in financiële problemen komen door het coronavirus kunnen bij de overheid een vergoeding aanvragen voor hun loonkosten.
De laatste tijd hebben al meer dan 27.000 bedrijven een aanvraag voor werktijdverkorting gedaan.
De overheid verstrekte een vergunning voor werktijdverkorting als een bedrijf kon aantonen dat gedurende 2 tot 24 weken door bijzondere omstandigheden, zoals de uitbraak van het coronavirus, er minimaal 20 procent minder werk is dan normaal.
Als de vergunning werd toegekend, moest de werkgever zich melden bij het UWV waar hij een tijdelijke WW-uitkering voor de werknemers kon aanvragen. Het UWV vergoedde dan 75% van de niet-gewerkte uren waarvoor een vergunning was afgegeven achteraf, ook wel deeltijd-WW genoemd.
Deze uitkering werd maximaal voor zes weken verstrekt, waarna er een verlenging van de vergunning kon worden aangevraagd. De werktijdverkorting mocht maximaal 24 weken duren.