Burgemeester van Eindhoven John Jorritsma moet een nieuw besluit nemen over een klacht van anti-islamorganisatie Pegida. Dat heeft de rechtbank in Den Bosch bepaald. Jorritsma legde in mei vorig jaar beperkingen op bij een voorgenomen demonstratie van Pegida bij een moskee in Eindhoven. Volgens de rechter is Jorritsma te kort door de bocht gegaan bij de beoordeling van een klacht van Pegida daarover.
De demonstratie, die zou worden gehouden op 6 mei, werd afgeblazen. Een dag later diende Pegida een bezwaar in tegen de door Jorritsma opgelegde beperkingen, die er onder meer op neerkwamen dat er niet mocht worden gebarbecued, zoals de demonstranten zich hadden voorgenomen.
De burgemeester wilde niet meer inhoudelijk op het bezwaar ingaan, omdat hij de klacht als mosterd na de maaltijd beschouwde; de dag van de demonstratie was immers al verstreken. Pegida stapte daarop naar de rechter, om een inhoudelijk besluit van de burgemeester af te dwingen. Pegida meende daar belang bij te hebben, omdat de organisatie in de toekomst vergelijkbare demonstraties wil houden.
De rechtbank vindt dat Jorritsma alsnog inhoudelijk op het bezwaar moet ingaan. Het inhoudelijke oordeel van de burgemeester kan worden betrokken bij toekomstige besluiten over soortgelijke geschillen, vindt de rechter. Daarmee heeft Pegida een zogeheten procesbelang.
ANP