De dagelijkse tv-talkshows met virologen, intensivisten en ministers zijn inmiddels verrijkt met verpleeghuisartsen. De eerste zes weken van Corona in Nederland waren vooral de weken van de IC. Het niet overbelasten van de IC was zelfs één van de twee hoofddoelstellingen van het aanvankelijke Corona-beleid van RutteDrie (de andere was, toen nog, ‘groepsimmuniteit’). Tot bleek dat er minstens zoveel ernstig Corona-zieken elders verblijven, zoals in verpleeghuizen – waar de inwoners het risico lopen door hun eigen verplegers en verzorgenden te worden besmet.
Een zeer voorlopige conclusie moet luiden, dat de vele eigenaardigheden van de Rutte-kabinetten waarover ik schrijf in mijn boek Tegen de onzin ook in tijden van Corona worden voortgezet. Terwijl de rest van de wereld zoveel mogelijk test op Corona en mondkapjes op zijn minst aanraadt, werd testen op Corona en het dragen van beschermende mondmaskers buiten zorginstellingen in Nederland juist ontmoedigd of zelfs afgeraden.
De vergelijking met het klimaatbeleid dringt zich op: de experts waar het Nederlandse kabinet zich op verlaat zijn zo superieur, dat we er gevoeglijk van uit kunnen gaan dat de rest van de wereld ons gaat volgen. In werkelijkheid gaat het steeds andersom: zuchtend en steunend doet het Nederlandse kabinet wat anderen ook doen: er wordt al veel massaler getest en de mondkapjes zullen op enig moment niet meer worden afgewezen, maar zelfs worden verplicht.
Zoals zoveel andere onzin van het kabinetsbeleid ook nooit in volle omvang daadwerkelijk zal worden ingevoerd. Niet omdat het kabinet de onzin er van inziet, maar omdat de wal het schip keert. Omdat de weerstand te groot wordt, omdat politici er verkiezingen door gaan verliezen, omdat het onmogelijk is of omdat het land er door aan de bedelstaf wordt gebracht.
Uiteindelijk zal alles gaan zoals het ging met de afschaffing van de dividendbelasting, door Shell en Unilever met de gretige medewerking van de VVD’ers Mark Rutte en Eric Wiebes ingeschoven in het regeerakkoord van RutteDrie. Rutte verdedigde dat cadeautje van Nederlandse belastingbetalers aan Engelse aandeelhouders alsof het om het beginselprogramma van de VVD ging.
Maar toen Unilever het hoofdkantoor toch maar niet solo in Rotterdam vestigde bleek de afschaffing van de dividendbelasting toch niet van nationaal levensbelang, waarna er andere fiscale cadeautjes aan het grootbedrijf werden uitgedeeld. Het cynisme regeert, vertelde ik aan Karl Drabbe van het Belgische nieuwsmedium Doorbraak.be.
Drabbe schreef trouwens ook een behartenswaardig artikel over mijn boek. In België kijkt men niet op van wat ik over het Nederland van de Rutte-jaren schrijf. Dat Nederland lijkt in politiek opzicht namelijk erg op België, zo moeten we begrijpen. Dat is alvast een reden minder om – zoals in Nederland gangbaar – lacherig te doen over de Belgische politiek. Drabbe’s recensie ‘Onzin in transitieland’ staat hier.
Zoals de heftig verdedigde dividendbelasting na een jaar toch sneuvelde, zo verviel de ‘groepsimmuniteit’ al na twee dagen als doelstelling van kabinetsbeleid. Zoals ook de eerder niet nodig geachte scholensluiting – ook heftig verdedigd – het maar drie dagen volhield. Dat maakt het allemaal des te waarschijnlijker dat ook ander onberedeneerbaar kabinetsbeleid zoals het gasverbod (uniek in de wereld) en het subsidiëren van houtstook omwille van het klimaat nog deze kabinetsperiode gaan stranden. Al was het maar omdat je gekkigheid in tijden van voorspoed misschien nog kunt permitteren, maar dat al gauw anders wordt als de bedelstaf nabij is.
Voor de overheidspropaganda zijn het ondertussen fantastische tijden, al was het maar omdat de oppositie machteloos en kwetsbaar aan de zijkant staat. Wekelijks is er minstens één extra Corona-persconferentie van de premier en de vicepremier, die in ieder geval door de publieke omroep rechtstreeks wordt uitgezonden. Voorafgaand aan de persconferentie komt een NOS-duider aan het woord die vertelt wat wij zoal gaan horen. Dan de persconferentie van de premier en de vicepremier. Zij spreken van ‘Het Nieuwe Normaal’ dan wel ‘voorbereidingen op de overgangsfase’ en ‘de anderhalve-meter-samenleving’.
Na die twee bewindslieden worden de eerste drie vragen aan een NOS-verslaggever gegund. Daarna precies één wat neteliger vraag (over mondkapjes) van RTL, waarop de persconferentie doorgaat, maar de NOS-camera fluks naar de eigen duider zwaait, die nog eens zijn samenvatting van het betoogde brengt, afgewisseld door fragmenten van de premier (VVD) en de vice-premier (CDA).
Vervolgens een eerste tv-talkshow, met daarin een minister (D66) die vanwege Corona 300 miljoen euro heeft voor de cultuursector. Dan Journaal en Nieuwsuur met meer van hetzelfde, waarna de Coronadag bij de NPO-televisie wordt afgesloten met weer de eerdere duider van de NOS plus weer een minister, nu die van Landbouw (ChristenUnie) die op haar beurt 650 miljoen in de aanbieding heeft vanwege Corona, nu voor de bloementelers en de aardappeltelers. Het ontbreekt wel eens aan regie bij RutteDrie, maar in Coronatijden wordt de zendtijd in ieder geval eerlijk verdeeld.
Voor de liefhebber zijn hier nog wat bijdragen in beeld en geluid. Op 16 maart en op 18 maart leverde ik vers van de lever commentaar op de ‘historische’ Corona-toespraak van Mark Rutte voor diverse tv-zenders en op de eerste van wekelijkse Corona-Kamerdebatten. Op zaterdag 4 april was ik – zoals vaker – als ‘opiniemaker’ te gast bij presentator Wieger Hemmer van het NPO1-programma ‘Opiniemakers’. Veel Corona en de gevolgen, dat spreekt. Lees of kijk hier. Dan nog een aanbeveling uit tijden van Elsevier. In 2015 schreef ik voor het maandblad Elsevier Juist een essay over de historische, religieuze, culinaire, taalkundige en politieke breuklijnen door Europa. In 2017 werd dat artikel online gezet, nu eens niet achter een betaalmuur. Vandaar dat ik nu dit onverminderd actuele verhaal over de kloven in de Europese Unie onbelemmerd kan aanbevelen. Ook handig voor Nederlandse ministers die culturele risico’s lopen bij hun Europese videoconferenties. Lees het hier. Deze column verscheen eerder op Wynia’s Week.