Na Rotterdam kent Groningen het grootste aantal kinderen dat opgroeit in armoede en de meeste mensen die rond moeten komen van een laag inkomen. Eén op de zeven huishoudens leeft in armoede en één op de vijf kinderen groeit op in armoede. Men mag logischerwijs verwachten dat het gemeentebestuur van Groningen alles op alles zet om mensen in werk en inkomen te ondersteunen. Helaas is dit niet het geval. Integendeel, onder de verantwoordelijkheid van GroenLinks-wethouders worden de problemen met armoede niet opgelost maar juist erger gemaakt.
Om dit toe te lichten moet ik eerst een korte omschrijving geven van Groningen, de arbeidsmarkt en de Groninger economie. Groningen is een jonge stad met veel studenten. De permanente groei van de Rijksuniversiteit en Hogeschool leidt niet alleen tot gezelligheid, maar ook economische gevolgen. Studenten zorgen voor een groot aanbod van werkzoekenden, vooral voor banen waar weinig opleiding voor nodig is. Daardoor blijven de lonen laag en is flex de norm, met name in de horeca, retail en callcenters. Vooral Groningers die langere tijd werk zoeken merken hier de gevolgen van.
Deze gevolgen worden door partijen als GroenLinks en D66 amper erkend, laat staan dat ze energie besteden aan het oplossen van de problemen die het veroorzaakt. Alle economische inspanningen van deze partijen is gericht op het creëren van werkgelegenheid voor hoger opgeleiden, met flashy buzzwords als ‘healthy ageing‘ of ‘energy valley‘. Dit zijn dan gesubsidieerde banen voor mensen die al meer kans op de arbeidsmarkt hebben. Hoe anders is dit voor mensen die in de thuiszorg werken. De afgelopen vier jaar is hier ruim 30 procent op bezuinigd. Velen verloren hun werk of kregen dermate weinig loon en uren dat zij op of onder het sociaal minimum leven. Dit jaar wordt er wederom fors op hen bezuinigd. Tekenend voor de keuzes van onder andere GroenLinks.
Maar als het dan niet middels werk is verwacht je met GroenLinks-wethouders op armoedebeleid in ieder geval ruimhartige inkomensondersteuning en voldoende voorzieningen, geen bezuinigingen. Maar niets is minder waar. Ervaringsdeskundigen -mensen die zelf lange tijd in armoede leven en van weinig geld moeten rondkomen – worden geacht armoede te bestrijden, zonder zelf een cent betaald te krijgen voor dat werk. ‘Energiecoaches‘ moeten – onbetaald natuurlijk- andere arme mensen wijzen op het plaatsen van tochtstrips, radiatorfolie en tips geven over hoe je verwarming af te stellen om zo geld te besparen.
Ondertussen wordt op alle echte inkomensondersteuning bezuinigd. Waar negen van de tien gemeenten in Nederland mensen die langer dan drie jaar moeten rondkomen van het sociale minimum extra inkomensondersteuning bieden, doet Groningen dit pas na vijf jaar. De zogenaamde Stadjerspas, waarbij Groningse minima korting krijgen op activiteiten en voorzieningen, wordt uitgekleed. Kortingen via de Stadjerspas op sport- en hobbyverenigingen, culturele activiteiten en gezinsuitjes zoals de bioscoop en voetbalwedstrijden verdwijnen. Maar ook kleding- en speelgoedbonnen worden geschrapt.
De economische gevolgen van de coronacrisis zullen groot zijn. Veel mensen zijn hun werk en inkomen van de ene op de andere dag verloren. Helaas zullen velen nog volgen. Dat zal het probleem van armoede in Groningen vergroten.
Het oplossen van die problemen is de taak van de kersverse GroenLinks-wethouder Isabelle Diks. Zij komt voor een wethoudersfunctie naar Groningen nadat ze als Tweede Kamerlid in opspraak raakte over haar wachtgeldregeling en verblijfkostenvergoeding. Ik hoop dat zij veel geld bij elkaar weet te krijgen, maar dan dit keer voor Groningers die het écht nodig hebben.