Het Programma Aardgasvrije Wijken draagt in de huidige vorm onvoldoende bij aan de doelstellingen van minister van Binnenlandse Zaken Kajsa Ollongren (D66) om wijken aardgasvrij te maken. Ollongren heeft verwachtingen gewekt die niet kunnen worden waargemaakt. Dat constateert de Algemene Rekenkamer. Eind 2019 zijn slechts enkele woningen daadwerkelijk aardgasvrij gemaakt, dat zouden er 2000 moeten zijn. De Rekenkamer controleert jaarlijks of belastinggeld doelmatig is besteed, en of over de uitgaven voldoende verantwoording is afgelegd aan de volksvertegenwoordiging.
Ollongren heeft een budget van 435 miljoen euro om in de periode 2018-2027 50.000 woningen aardgasvrij te maken. Maar dat doel werd later aangepast. Aan de Tweede Kamer meldde Ollongren dat het belangrijkste doel van het programma was om te leren over het aardgasvrij maken van wijken. De Algemene Rekenkamer constateert in het verantwoordingsonderzoek 2019 echter dat het bestedingsplan, de begrotingen, het jaarverslag van het ministerie en antwoorden op Kamervragen telkens andere doelen noemen: “Het is onduidelijk welke doelen de minister op enig moment wel nastreeft en welke niet of niet meer.”
In de periode 2018-2019 is circa 150 miljoen euro besteed aan het programma. Het plan was om aan het einde van die periode al ruim 2000 woningen aardgasvrij te hebben gemaakt. De Algemene Rekenkamer constateert dat eind 2019 slechts enkele woningen daadwerkelijk aardgasvrij zijn gemaakt. Volgens de minister zou het programma leiden tot een vliegwiel. Gemeenten zouden samen met de betrokken partijen op een steeds grotere schaal in staat zijn te starten met het aardgasvrij maken van wijken. Wat dat vliegwiel is en uit welke concrete maatregelen het bestaat, maakt de minister naar oordeel van de Algemene Rekenkamer niet duidelijk.