Dit moet het grootste spionageschandaal zijn waar ons land ooit bij betrokken is geweest. De manier waarop wij in opdracht van de Amerikanen de Pakistanen aan een atoombom hebben geholpen. Kennis die door Pakistan is doorverkocht aan onder meer Noord-Korea en Iran. De spionage vond plaats vanaf de jaren zeventig, door de Pakistaanse atoomspion Abdul Quadir Khan. Bij Urenco in Almelo, gespecialiseerd in het verrijken van uranium. Het stelen van deze atoomgeheimen werd opgemerkt door Frits Veerman, destijds medewerker van Khan. Veerman waarschuwde zijn bazen bij Urenco en hij informeerde de geheime diensten. Daarna werd Veerman opgepakt en ontslagen. Zijn leven lang werd hij bespioneerd en geïntimideerd. De rechtsstaat werd buitenspel gezet om deze staatsmisdaad te verbergen.
Binnenkort publiceert het Huis voor klokkenluiders de uitkomsten van een onderzoek naar Frits Veerman. Mede op mijn verzoek heeft het huis onderzoek gedaan naar de manier waarop de overheid deze klokkenluider heeft bejegend. Het is een zaak waar ik als Kamerlid al twaalf jaar mee bezig ben. Weinig media wilden aan deze spionagezaak aandacht besteden, de meeste journalisten weigerden het verhaal te geloven. Karel Hille schreef wél regelmatig over de zaak, in weekblad Story. In het onderzoeksprogramma Argos had oud-premier Ruud Lubbers in 2005 verklaard dat de CIA had gevraagd om spion Khan zijn gang te laten gaan en Pakistan aan een bom te helpen. Oud-minister Ed van Thijn sprak in 2011 in de Volkskrant over deze spionage als ‘een niet te dragen gedachte’ en ‘een historische ballast’.
Nederland heeft een verdrag ondertekend om de verspreiding van atoomkennis te voorkomen. In opdracht van de Amerikanen heeft Nederland dat doelbewust tóch gedaan. Het ging om kennis van de verrijking van uranium, onontbeerlijk voor de ontwikkeling van een atoombom. Khan slaagde er niet alleen in om in 1998 een atoombom te maken voor Pakistan, maar verklaarde dat het land die kennis heeft gedeeld met Noord-Korea, dat eveneens een atoombom ontwikkelde. En met Iran, dat nu bezig is met het maken van een atoombom. Nederlandse bedrijven als Philips, Stork en Van Doorne’s Transmissie hebben Pakistan materialen geleverd. Het bedrijf Urenco is een samenwerkingsverband met de Duitsers, die volgens bronnen destijds woedend moeten zijn geweest over de handelwijze van Nederland.
Frits Veerman zag hoe Abdul Khan de vertrouwelijke atoomkennis ontvreemde en waarschuwde voor deze spionage. Hij werd vastgezet in de Bijlmerbajes en daar dagenlang ondervraagd en geïntimideerd: ‘Iedereen verklaarde mij voor gek. Ik voelde me machteloos, nietig.’ Veerman had bewijs dat hij wilde overleggen: ‘Maar ik moest die brieven verbranden. Ik moest mijn mond dichthouden.’ Frits Veerman verloor niet alleen zijn werk, maar ook zijn vrijheid. Zijn hele leven lang maakte hij mee dat hij op vliegvelden uit de rij werd gehaald of op vakanties werd aangehouden en met vreemde vragen werd bestookt. Het onderzoek door het Huis voor klokkenluiders zal hopelijk leiden tot eerherstel van Frits Veerman. Eindelijk, na bijna 45 jaar. Voor mij is het ook aanleiding voor een inhoudelijk onderzoek.
Nederland heeft de rechtsstaat opzij gezet en de rechten van een Nederlandse burger ernstig geschonden. Ik wil weten waarom. Waarom heeft onze regering deze atoomspionage toegestaan en Pakistaan actief aan een atoombom geholpen? Klopt het echt dat de Amerikanen ons hiertoe een verzoek hebben gedaan? Wie heeft besloten om op dit verzoek in te gaan? Wie heeft besloten om klokkenluider Frits Veerman te ontslaan en te intimideren? Na het rapport over de bejegening van Frits Veerman zal ik vragen om een inhoudelijk onderzoek naar deze zaak. Dat onderzoek zou kunnen worden gedaan door de CTIVD, de toezichthouder op de AIVD en de MIVD. De overheid is er voor de burgers – en niet andersom. De waarheid in deze zaak moet boven tafel komen. Voor Frits. En voor de rechtsstaat.
Ronald van Raak schrijft regelmatig over de geheime diensten, recentelijk over de Sleepwet en de NSA en over een geheim spionagegenootschap.