Van de gemeente bestaat een stereotiep beeld: dit is de overheid om de hoek, waar zaken worden besloten die iedereen aangaan: een nieuwe rotonde in de wijk, een nieuwbouwproject, de huishoudelijke hulp van de buurvrouw, de groenvoorziening en voorzieningen zoals een theater en een zwembad. De gemeente wordt steeds belangrijker: deze bestuurslaag gaat tegenwoordig over allerlei vormen van zorg, doet aan klimaatbeleid en binnenkort komt de Omgevingswet eraan.
De gemeente lijkt een prachtige plek om politieke ervaring op te doen: een overzichtelijke bestuurslaag dichtbij gewone mensen, niet in de ivoren torens van Den Haag en Brussel die ver van het echte leven verwijderd zijn. Hier hebben raadsleden alle ruimte om hun ideeën werkelijkheid te laten worden. Toch?
Deze vraag was mijn inspiratiebron om in 2018 met een nieuwe serie te beginnen. Ik wilde jaarlijks langsgaan bij een aantal nieuwe raadsleden om te praten over hoe het is om in een gemeenteraad te zitten en wat je er kunt bereiken. Ik kwam bij Sonny Spek in Katwijk (Durf), Wilco Bos in Harderwijk (PvdA), Tom de Nooijer in Oldebroek (SGP) en Hala Naoum Néhmé in Amsterdam (VVD). Ik sprak ze dit jaar voor de derde keer. Het ging steeds over hun ambities en de vraag of je in de gemeenteraad het verschil kunt maken. Allemaal aardige en hardwerkende mensen. Maar wat blijft er aan resultaten onder de streep over?
Twee jaar geleden vroeg ik naar de ambities van deze vier raadsleden. Die waren er volop: Wilco Bos wilde de armoede in Harderwijk bestrijden en zich inzetten voor sociale woningbouw. Sonny Spek was boos over een Katwijkse buurt die van het gas af moet. Tom de Nooijer was verkozen omdat hij met een jongerencampagne aandacht had gevraagd voor de toekomst van het muziekonderwijs in Oldebroek. Hala Naoum Néhmé wilde vooral bouwen-bouwen-bouwen in de hoofdstad. Het grote voordeel van ambities: iedereen heeft ze en ze zijn prima van de daken te schreeuwen.
De grote vraag is natuurlijk hoe het er twee jaar later voor staat. Succes is redelijk zeldzaam. Sonny Spek kreeg het voor elkaar dat parkeeroverlast op zondag wordt bestreden, Wilco Bos maakt andere partijen bewuster van armoedeproblemen en Hala Naoum Néhmé kreeg twee moties aangenomen, al wordt er maar eentje echt uitgevoerd. Het meest overtuigende succes is van Tom de Nooijer die zijn verkiezingsbelofte inloste en het lokale muziekonderwijs wist te behouden. Zijn motie leverde echt geld op: duizenden euro’s subsidie voor verenigingen die dit onderwijs nu kunnen gaan verzorgen.
De meeste ambities bleven steken op het niveau van mooie woorden. In 2018 filosofeerde ik met Wilco Bos nog over een regelarme bijstand, maar die is er in Harderwijk zeker niet gekomen. In Katwijk wilde Sonny Spek een nachtbus naar Leiden, maar nu concludeert hij dat dat er niet in zit, al gaat het om een zeer beperkt bedrag. Hala Naoum Néhmé wil de woningnood in Amsterdam nog steeds aanpakken, maar loopt tegen de regels van het linkse college op, en het ziet er niet naar uit dat die snel gaan veranderen. De meeste ambities kunnen dus ronduit de prullenbak in.
Het is niet raar dat de meeste politieke ambities ergens onderweg sneuvelen en nooit werkelijkheid worden. Het gaat natuurlijk om de manier waarop. Om echt meer sociale huurwoningen te krijgen of een aardgasvrije wijk tegen te houden, moet je vooral in de papieren duiken, uitgebreid studeren en alle regels tot in de details kennen. Anders sta je schreeuwend aan de zijlijn, bereik je niks en kom je nooit in een coalitie. Begrijpelijk misschien, maar het is totaal in tegenspraak met het alledaagse beeld van lokale politiek waarbij je juist geen beleidstijger hoeft te zijn, maar alleen middenin de maatschappij hoeft te staan.
In Oldebroek moet in de zorg bezuinigd worden en Tom de Nooijer wacht op meningen van wethouders en consultants over hoe dat zou kunnen. Niet zo gek eigenlijk, want waar te beginnen? In Amsterdam wil Hala Naoum Néhmé meer woningen, maar ze komt al snel uit in de wereld van de bouwvoorschriften en de concurrentie tussen steden waar het bouwen voor investeerders het aantrekkelijkst is. In Katwijk kan Sonny Spek alleen een aardgasvrije wijk tegenhouden – of misschien zelfs dat niet – als hij alle rapporten over klimaatbeleid en de energietransitie heeft gelezen. En ga zo maar door.
Leuk dat de gemeente tegenwoordig over zoveel zaken gaat en dat de landelijke overheid de ene na de andere landelijke ambitie over de lokale schutting gooit. Het leidt er in de praktijk vooral toe dat de marges voor raadsleden minimaal zijn geworden, dat ze alleen verschil kunnen maken op details en dat dat maar nauwelijks aan burgers uit te leggen is. Voorspelbaar dat die vroeg of laat gaan klagen dat de politiek niet naar ze luistert, dat ze niet weten waarop te stemmen en dat hun raadsleden niet doen wat ze beloven. Die raadsleden kunnen het meestal ook niet helpen.
Is het niet hoog tijd dat we hier in Nederland eens een stevig debat over voeren?
Deze week op ThePostOnline: vier raadsleden over de idealen waarmee ze de gemeentepolitiek in gingen en wat daar twee jaar later van over is. Deze derde serie is een vervolg op die uit 2018 en 2019.