Binnenland

Jos Brech (57) pleegde in jaren 80 al ontucht met jonge jongens

29-09-2020 16:51

Tijdens de behandeling van de zaak Nicky Verstappen heeft de rechter besloten dat het belangrijk is om het zedenverleden van Jos Brech te bespreken. Ongeacht of deze zaken verder wel of geen deel uitmaken van de huidige rechtszaak.

Brech werd tijdens de zitting dan ook geconfronteerd met ontucht dat hij pleegde in 1984 en 1985 met jonge jongens. In een bos in Wijnandsrade vergreep hij zich in 1985 aan twee jongetjes van elf en twaalf jaar oud. Toen de jochies bezig waren met verstoppertje spelen hurkte Brech plots achter de jongetjes die hij daarna om beurten vastpakte zodat hij hun geslachtsdeel kon betasten. De twee kinderen zijn hierna huilend teruggerend naar hun klas.

Toen de politie uiteindelijk bij Brech aanklopte gaf deze aan op kleine jongetjes te vallen:

‘Ik ben er vier, vijf jaar geleden achter gekomen dat ik geen interesse heb in vrouwen. Ook niet in mannen. Ik voel me aangetrokken tot kleine jongens.’

Volgens eigen zeggen was het hem tot het incident in Wijnandsrade gelukt om van kinderen af te blijven. Later is hij weer terug gekomen op deze bewering.

Een jaar eerder vergreep Brech zich bij een weiland in Wijlre aan een 12-jarig jongetje nadat hij hem had geholpen zijn vlieger uit de knoop te halen:

‘Toen heb ik hem bij de arm gepakt en gezegd dat ik met hem wilde vrijen. Hij wilde zich losrukken, maar ik pakte hem weer vast. […] Ik heb geprobeerd met mijn hand bij zijn achterwerk te komen. Hij was bang en angstig, ik merkte dat hij niet wilde dat ik dit deed. Toen ik losliet, is hij weggerend.”

Op voorwaarde dat de moreel uitgedaagde padvinder zich zou laten helpen is de zaak toen geseponeerd. Toch werkte Brech hierna nog veelvuldig met kinderen. Onder meer als voorzitter van Tienerwerk, vrijwilliger bij de scouting en als medewerker van een peuterspeelzaal.

Brechs reactie op alle aangehaalde zaken luidt tijdens de zitting keer op keer: ‘ik onthoud me van commentaar.’ Die houding zal zijn zaak zeker ten goede komen, want dat zijn duidelijk de woorden van een onschuldige man.