Het pensioenfonds Zorg en Welzijn (PFZW) heeft begin dit jaar 4 miljard euro verloren op termijncontracten voor ruwe olie. Reden voor de slechte resultaten is, net zoals alles in 2020, de coronacrisis. Mensen zitten thuis, niemand vliegt meer en de extra pakketjes die worden besteld via internet vangen dit niet op qua benzineverbruik. Het fonds voor werknemers in de zorg en de cultuursector heeft dan ook besloten om helemaal uit de olie te stappen, zo is woensdag in het FD te lezen.
PFZW is met een geldpot van 250 miljard euro een van de grootste pensioenbeleggers ter wereld. Hiervan werd eind vorig jaar nog zo’n 8.6 miljard euro belegd in grondstoffen. De roep om duurzaamheid heeft volgens het pensioenfonds geen rol gespeeld om hiermee te stoppen. Het fonds blijft dan ook investeren in bedrijven die actief zijn in deze markt. Wel zegt voorzitter Joanne Kellerman vooral te willen beleggen in ‘de wereld van vandaag’. Rendementen uit het verleden bieden immers geen garantie voor de toekomst:
“We willen allemaal naar een wereld met schonere energie en CO2-neutraal in 2050, maar daar zijn we nog niet. Wij denken ook dat die wereld niet dichterbij komt, als wij nu zouden zeggen ‘we gaan overal uit’.”
Voor de gewone werkgever op de werkvloer betekent het verlies dat de premies omhoog gaan vanwege de lagere rendementen. De werknemer zal op zijn beurt volgend jaar genoegen moeten nemen met een lager pensioen.
In juli 2008 piekte de prijs van een vat olie boven de 145 dollar. Inmiddels mag je op sommige dagen blij zijn als je hiervoor vier tientjes kan vragen.
