Het verbod op vuurwerk had het werk van de hulpdiensten eigenlijk moeten verlichten. Nu het einde van het jaar snel in zicht komt blijkt steeds meer dat het tegenovergestelde hiermee is bereikt. De politie in Arnhem krijgt nauwelijks greep op alle onrusten met vuurwerk en ook in Noord-Brabant trekt men nu aan de noodbel. Zo kwamen er bij Omroep Brabant binnen 24 uur meer dan 500 meldingen binnen over vuurwerkoverlast.
Ook de bewoners van de wijk Langdonk in Roosendaal hebben hier last van. Zij spreken over ‘heel angstige momenten’ vanwege jongeren die in de weer zijn met vuurwerk en jerrycans. Kerken worden in brand gestoken, de politie met vuurwerk belaagd en de omwonenden spreken onomwonden van een oorlogssituatie zonder zicht op vrede:
“Rond zeven uur verzamelden ze zich hier allemaal. Met auto’s, scooters en fietsen. Ze komen van heinde en verre. Ze seinen naar elkaar, jutten elkaar op. Je voelt dan de spanning, je voelt het gewoon borrelen”
, aldus een oudere vrouw die de vuurwerkjongeren van dichtbij meemaakte. De jeugd zelf ziet ondertussen het probleem niet zo. Zij vinden dat de overheid het vandalisme en de onrusten aan zichzelf te danken heeft door het vuurwerk te verbieden. Bovendien is het ook gewoon heel stoer om de politie te bekogelen met explosieven:
“(D)it is iets wat je moet meemaken. Het is toch vet als je overal mortierbommen en cobra’s ziet vliegen?”
De Bredase burgemeester en voorzitter van de veiligheidsregio, Paul Depla, pleit inmiddels voor een vuurwerkinleverpunt. Ook gaat de (overbelaste) politie volgens hem extra controleren op vuurwerk dat illegaal in België wordt gekocht. Dat de burgervader hierdoor mogelijk wordt gezien als boeman die weer een pleziertje afpakt neemt Depla voor lief:
“Ik lijk iemand die alles wil verbieden, maar we doen het echt in het belang van de zorg.”
Onrusten in Roosendaal: