Groot interview met Youp van ‘t Hek deze week in de VARAgids over zijn allerlaatste oudejaarsconference. Ondanks de lockdown zijn zowel BNNVara, de NPO als Youp zelf van plan om deze door te laten gaan, al is de vorm hiervan nog niet duidelijk.
In het interview neemt de komiek zoals vanouds geen blad voor de mond. Hieronder een aantal van de meest opmerkelijke quotes:
Over het gebruik van het woord pisnicht als ‘witte man van een zekere leeftijd’:
“Dat woord zal mij de rest van mijn leven achtervolgen. Ik gebruikte het ooit over een nicht, die een man voor de seks gedrogeerd zou hebben. Later bleek het verhaal anders. Maar nu word ik doorlopend als een soort homofobe islamist afgeschilderd. Onlangs werd ik er door een landelijk ochtendblad zeven pagina’s lang – zonder een vleugje ironie – over doorgezaagd. Volgende keer zeg ik gewoon dat alle homo’s dood moeten. Maar dat nemen ze dan ook weer serieus!”
Over humor in tijden van gekwetstheid en slachtofferschap:
“Ja, de húmor is veranderd, maar ík ben niet veranderd. Dat is het ravijn dat nu aan het ontstaan is tussen mij en een jongere generatie. Misschien ben ik een oubollige komiek geworden. Ook goed. Ik vind het juist wel grappig om die oude witte man te zijn.”
Over zijn ‘minderwaardigheidscomplex’ als Mavomannetje:
“Acht jaar heb ik ook nog over mijn mavo gedaan, hè. Maar nee hoor. Toen ik in Amsterdam kwam wonen, studeerden al mijn vrienden medicijnen of rechten. Eerst keek ik tegen ze op, was ik misschien een beetje gefrustreerd, maar ik kwam er al snel achter dat ik meer boeken las en meer films zag dan zij. En ik wist toch al dat ik cabaretier wilde worden.”
“En achter dat ‘mavomannetje’ zit juist een grappig, heel ander verhaal. Het waren namelijk de laatste woorden die mijn vader tegen mij zei. Op 1 april 1989 kreeg ik de sleutel van ons huis aan de Prinsengracht – dat was gigantisch groot, ik denk wel 400 vierkante meter. Mijn ouders kwamen langs tijdens de verhuizing. Op een gegeven moment sta ik met mijn vader in de achtertuin naar de gevel te kijken en hij zei: ‘En dat met vier jaar mavo’. Dat was heel geestig, maar ook lief.”
Over Thierry Baudet:
“(O)p Telegraaf.nl stond een interview met Thierry Baudet, waarin hij zei: ‘Alle bijzondere mensen hebben rafelrandjes, dus ik ook.’ Schitterend”
Over de dood:
“Toen ik rond de veertig was en de kinderen nog klein waren, dacht ik er elke dag aan: dat mag me nooit gebeuren. Maar nu ze alle drie hun eigen plek hebben gevonden, is er een soort vrede… Nee wacht, dat is niet het goede woord.”
Of Youp ooit de goede woorden zal vinden die iedereen vrolijk maakt is hoogst onwaarschijnlijk en dat is maar goed ook. Er zijn al genoeg artiesten die zich laten knevelen door beroepsgekwetsten die in hun hele leven nog nooit een creatieve gedachte hebben gehad.